Conjunctuurbeeld minder florissant
Het conjunctuurbeeld was eind mei minder gunstig dan in de voorgaande maanden. Het zwaartepunt van de indicatoren in de Conjunctuurklok ligt op de grens van “hoogconjunctuur”en “teruggang”. Dertien van de vijftien indicatoren in de Conjunctuurklok presteren boven hun langjarig gemiddelde.
De Nederlandse economie is in het eerste kwartaal van 2008 met 3,1 procent gegroeid. De toename werd gerealiseerd met een werkdag minder dan een jaar eerder. Na correctie voor werkdag- en seizoeneffecten was het volume van het bbp slechts 0,2 procent groter dan in het vierde kwartaal van 2007.
Het consumentenvertrouwen daalde fors. De indicator zakte van -12 in april naar -17 in mei. De ondernemers in de industrie zijn daarentegen iets positiever geworden. Bij de zakelijke dienstverleners overtrof het aantal ondernemers dat denkt in de komende drie maanden meer orders te ontvangen en een hogere omzet te boeken het aantal dat een afname verwacht. Deze meerderheid is wel langzaam aan het afnemen.
De kapitaalmarktrente bedroeg in april gemiddeld 4,2 procent en was daarmee 0,2 procentpunt hoger dan in maart. De inflatie is in april gedaald ten opzichte van maart. De afzetprijzen van de industrie waren bijna 9 procent hoger. Deze toename is iets minder groot dan in de drie voorgaande maanden.
Gecorrigeerd voor seizoeninvloeden is de werkloosheid in de periode februari – april gedaald. Het aantal vacatures is in het eerste kwartaal iets gedaald, maar bleef op een hoog niveau. Het aantal uitzenduren is toegenomen, zij het dat het groeitempo verder is afgenomen. Het aantal banen van werknemers was in het eerste kwartaal 2,1 procent hoger dan een jaar eerder. De groei is wel minder krachtig dan in de kwartalen van 2007.
Bruto binnenlands product (bbp)
Meer cijfers staan in het dossier Conjunctuur.