Normen van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Het Ministerie van OCW heeft voor een aantal kengetallen signaleringsgrenzen bepaald: een onder- en een bovengrens met daartussen de bandbreedte waarbinnen een bestuur (van een of meerdere scholen) zich het beste zou kunnen bevinden voor een gezonde financiële positie.
De solvabiliteitsratio zou in het voortgezet onderwijs tussen 10 en 45 procent moeten liggen en in het beroepsonderwijs en volwasseneneducatie, hoger beroepsonderwijs en wetenschappelijk onderwijs tussen 10 en 60 procent.
Solvabiliteit is te berekenen via: eigen vermogen/balanstotaal x 100 procent.
De rentabiliteitsratio heeft in het voortgezet onderwijs, beroepsonderwijs en volwasseneneducatie, hoger beroepsonderwijs en wetenschappelijk onderwijs een begrenzing van min en plus 3 procent.
Rentabiliteit is te berekenen via: (totale baten - totale lasten)/totale baten x 100 procent.
Het weerstandsvermogen zou in het voortgezet onderwijs een percentage tussen 10 en 40 procent moeten bedragen. Voor de overige sectoren zijn door het ministerie (nog) geen signaleringsgrenzen voor weerstandsvermogen bepaald.
Weerstandsvermogen is te berekenen via: eigen vermogen/ (totale baten + financiële baten) x 100 procent. De totale baten zijn inclusief de financiële baten en exclusief de buitengewone baten.