Niet-werkenden in aandachtswijken willen vaak aan de slag
In de veertig aandachtswijken die zijn aangewezen door minister Vogelaar werkten in 2006 relatief minder mensen dan in heel Nederland. Echter, de personen zonder werk wilden vaker dan gemiddeld aan de slag.
Vaker een uitkering in aandachtswijken
In 2006 woonden 779 duizend mensen in een aandachtswijk. Van de 542 duizend inwoners van 15–64 jaar was bijna 50 procent niet-westers allochtoon (in Nederland ruim 10 procent) en ruim 40 procent lager opgeleid (in Nederland ruim 30 procent). In de aandachtswijken hadden personen ook vaker een uitkering (22 procent, in Nederland 12 procent). Vooral het aantal personen met een bijstandsuitkering was in de aandachtswijken relatief hoog.
Ook ten opzicht van de vier grote steden Amsterdam, Den Haag, Utrecht en Rotterdam woonden in de aandachtswijken meer niet-westerse allochtonen, lager opgeleiden en personen met een uitkering.
Percentage personen met een uitkering, 2006
Bijna eenderde wil aan het werk
Van de 542 duizend inwoners van de aandachtswijken werkte ruim 50 procent. Dit is minder dan het landelijk gemiddelde (64 procent). Van de 257 duizend personen zonder werk wil bijna een derde wel werken. In heel Nederland wil maar een kwart van alle personen zonder werk aan de slag. Vooral personen met een bijstandsuitkering en personen met een middelbaar- of hoger opleidingsniveau willen aan het werk.
Werkwillenden in de aandachtswijken, 2006
Daniëlle ter Haar en Maaike Hersevoort
Bron:
- Cijfers zijn afkomstig uit de publicatie ‘Participatiepotentieel aandachtswijken 2006’.
- Dit onderzoek is uitgevoerd in opdracht van de Raad voor Werk en Inkomen. De RWI heeft zijn advies ‘De Wijk Inc.’ gepubliceerd op 15 november 2007.