Werkloosheid vrijwel onveranderd
In de periode januari-maart 2007 waren er 379 duizend personen werkloos. Het aantal werklozen is daarmee vrijwel gelijk aan dat in de twee voorgaande driemaandsperioden. Daarvoor daalde de seizoengecorrigeerde werkloosheid nog duidelijk.
Ten opzichte van een jaar eerder lag de werkloosheid in de periode januari-maart 59 duizend lager. De grootste afname vond plaats bij de 15-24-jarigen en de 25-44-jarigen. Er waren daarentegen bijna evenveel 45-plussers werkloos als een jaar eerder.
Net als in voorgaande perioden nam de werkloosheid onder mannen sneller af dan die onder vrouwen. Het verschil in ontwikkeling komt onder meer doordat steeds meer vrouwen zich melden op de arbeidsmarkt.
Het werkloosheidspercentage onder mannen zakte in een jaar tijd met 1,1 procentpunt tot 4,2 procent. Van de vrouwelijke beroepsbevolking was in de periode januari-maart van dit jaar 6,7 procent werkloos. Dit is 0,7 procentpunt minder dan een jaar eerder.
Relatief de hoogste werkloosheid wordt nog steeds gemeten onder de jongeren. Ruim 10 procent van de 15-24-jarige beroepsbevolking is werkloos, van de resterende beroepsbevolking nog geen 5 procent.
Werkloosheid, seizoengecorrigeerd
Meer cijfers staan op de themapagina Arbeid en sociale zekerheid.