Steeds minder kinderen verdrinken
Jaarlijks overlijden ongeveer twintig jonge kinderen door verdrinking. Een kwart eeuw geleden waren het er nog ongeveer vier keer zo veel. Bij jongens is deze daling sterker geweest dan bij meisjes. Desondanks verdrinken nog circa tweemaal zoveel jongens als meisjes.
Verdrinking bij kinderen jonger dan 10 jaar
Een derde verdrinkingsdoden jonger dan 10 jaar
In de afgelopen 25 jaar zijn in Nederland ruim 2,7 duizend mensen door verdrinking om het leven gekomen. Een derde van hen betrof kinderen jonger dan 10 jaar. Deze doodsoorzaak is vooral onder peuters (2-4 jaar) relatief belangrijk. Bijna een op de tien sterfgevallen bij peuters is het gevolg van verdrinking.
In negen op de tien gevallen is sprake van zogeheten accidentele verdrinking. In een klein aantal gevallen spelen verkeersongevallen en moord een rol.
Sterfte door verdrinking per leeftijdsjaar, 2001/2005
Vooral zeer jonge kinderen
De kans op verdrinking is het grootst bij kinderen van 2 jaar. Het gaat om circa 3 sterfgevallen per 100 duizend kinderen per jaar. Na aangeboren afwijkingen en meningitis is verdrinking de derde belangrijke oorzaak van overlijden onder kinderen van 1 jaar. Bij jongetjes van 2 tot 5 jaar is verdrinking zelfs de voornaamste doodsoorzaak.
In de afgelopen 25 jaar verdronken 669 kinderen jonger dan 5 jaar en 216 kinderen van 5 tot 10 jaar. De meeste gevallen doen zich dus voor op leeftijden waarop toezicht een grote rol speelt.
Verdrinking bij kinderen jonger dan 10 jaar naar plaats, 2003/2005
Meestal dicht bij huis
Ongeveer twee derde van alle gevallen van verdrinking bij kinderen vindt in of rondom het ouderlijk huis plaats. In de meeste gevallen gaat het om peuters die in een vijvertje in de tuin of water bij de woning zijn gevallen. Veel minder vaak zijn het oudere kinderen van 5 tot 10 jaar die niet of onvoldoende konden zwemmen en in open zwemwater of het zwembad zijn verdronken.
Jan Hoogenboezem en Joop Garssen