Inkomensverschillen binnen stadsgewesten nemen af
In 2004 was in de meeste grote steden het gemiddeld inkomen lager dan in de omringende gemeenten. Deze verschillen zijn tussen 1996 en 2004 kleiner geworden. Amsterdam realiseerde de grootste inhaalslag, Enschede, Leeuwarden en Heerlen zijn de minst welvarende stadsgewesten.
Inkomensverschil het grootst in Rotterdam
In Rotterdam ligt het gemiddeld inkomen ruim 10 procent lager dan in de omliggende gemeenten. Ook in Utrecht en Den Haag zijn deze verschillen in inkomen groot. Op Breda en Apeldoorn na hebben ook de andere centrale steden een achterstand ten opzichte van hun omliggende gemeenten. De achterstanden zijn het gevolg van een langdurig proces van suburbanisatie, waarbij veel inwoners met hogere inkomens de stad verlieten en in de omgeving gingen wonen.
Inkomensverschillen binnen stadsgewesten, 2004
Achterstanden worden kleiner
Tussen 1996 en 2004 is de inkomensachterstand van de meeste centrale steden afgenomen. Het inkomen van de stedelijke bevolking ontwikkelde zich relatief goed tijdens de economische bloei rond de eeuwwisseling. De hogere inkomens zijn onder andere te danken aan de daling van de werkloosheid. Ook speelt de recente afname van het aantal niet-westerse immigranten, die veelal lage inkomens hebben, een rol. Tot slot lijkt een aantal steden er beter in te slagen inwoners met hoge inkomens vast te houden.
Vermindering inkomensachterstand centrale steden tussen 1996 en 2004
Minst welvarende stadsgewesten liggen buiten de Randstad
De minst welvarende centrale steden zijn Enschede, Heerlen en Leeuwarden. Zij wisten tussen 1996 en 2004 hun inkomenspositie ook niet te verbeteren. Bovendien zijn de gemeenten rond deze steden het minst welvarend.
Met ruim 12 procent boven het Nederlands gemiddelde is de omgeving van Utrecht het meest welvarend van alle stadsgewesten. Leiden is de rijkste centrale stad.
Inkomenspositie stadsgewesten, 2004
Jan-Willem Bruggink
Downloads
- Tabel - 2004-sgw-tab