2006 sluit af met hoogconjunctuur
Nederland heeft 2006 veel beter afgesloten dan 2004 en 2005. Het beeld dat de indicatoren van de Conjunctuurklok laten zien, geeft een fase van hoogconjunctuur aan.
Eind 2004: laagconjunctuur
De groei van de indicatoren in de Conjunctuurklok ligt onder het langjarig gemiddelde en is afgenomen. Het zwaartepunt ervan ligt in het rode kwadrant, de fase van laagconjunctuur.
Het meest opmerkelijk is dat de vertrouwensindicatoren voor de industrie (het producentenvertrouwen en de ontvangen orders) in de klok achteraan lopen. Meestal is dit anders: in een conjunctuurcyclus lopen de vertrouwensindicatoren voorop en enkele arbeidsmarktindicatoren (werkloosheid en arbeidsvolume) achteraan. Overigens was er eind 2004 al sprake van enig economisch herstel.
Conjunctuurklok, december 2004-2006
Eind 2005: herstel
Het zwaartepunt van de indicatoren ligt eind 2005 in de herstelfase (het gele kwadrant). De groei van de meeste indicatoren ligt nog wel onder hun langjarig gemiddelde, maar is wel toegenomen. Het producentenvertrouwen en de ontvangen orders staan inmiddels bovenaan in de puntenwolk. Daarentegen is de indicator die aanwijst of consumenten de tijd gunstig vinden voor het doen van grote aankopen ten opzichte van december 2004 bijna niet van positie veranderd.
Eind 2006: hoogconjunctuur
Het zwaartepunt van de indicatoren ligt eind 2006 in de fase van hoogconjunctuur (het groene kwadrant). De groei neemt nog steeds toe en is inmiddels boven het langjarig gemiddelde gekomen. Opvallend is de forse toename van de groei van de vacatures en het arbeidsvolume.
Producentenvertrouwen en werkloosheid het meest verbeterd
Vergelijken we het conjunctuurbeeld van eind december 2004 met dat van eind december 2006 dan zijn het producentenvertrouwen en de werkloosheid het meest verbeterd. Deze indicatoren hebben in de klok de grootste sprong gemaakt van onder naar boven. Dat is niet verwonderlijk. De werkloosheid daalde in deze periode met 80 duizend personen en het vertrouwen van de ondernemers in de industrie steeg van iets onder nul naar bijna 8. De industriële productie daarentegen is het minst verbeterd.
Ben van Cleef
Bron: Conjunctuurklok