Fors lagere oogst akkerbouw
In 2005 was de oogst van de meeste akkerbouwgewassen flink lager dan in 2004. Bij vrijwel alle akkerbouwgewassen is dat het gevolg van een lagere opbrengst per hectare en een daling van de geoogste oppervlakte. De akkerbouwers hebben vooral minder aardappelen en uien binnengehaald. Dit blijkt uit de definitieve oogstraming van het CBS.
Minder aardappelen
In 2005 is bijna 7 miljard kilogram aardappelen geoogst. Dat is ruim 9 procent minder dan in 2004. Ook ten opzichte van de gemiddelde oogst in de periode 2000-2004 was de aardappeloogst in 2005 beduidend minder. Aan consumptie- en pootaardappelen is 13 procent minder van het land gehaald, terwijl de oogst van zetmeelaardappelen vrijwel gelijk is gebleven.
De daling van de consumptie- en pootaardappelen komt doordat de geoogste oppervlakte met 6 procent en de opbrengst per hectare met bijna 8 procent is gedaald. De consumptie- en pootaardappelen bestaan voor ruim driekwart uit kleiaardappelen en voor ongeveer een kwart uit zand- en veenaardappelen.
Vooral minder zaai-uien door kleiner areaal
De totale opbrengst van zaai-uien was vorig jaar 20 procent kleiner dan in 2004. Dat komt vooral door een afname van het areaal uien. In 2004 was de oppervlakte zaai-uien echter uitzonderlijk groot. In vergelijking met het gemiddelde in de periode 2000-2004 was de totale opbrengst in 2005 met ongeveer 1 miljard kilogram wel vrij hoog.
Wel meer zomergerst en koolzaad
Zomergerst en koolzaad waren akkerbouwgewassen met een hogere opbrengst in 2005. Ten opzichte van 2004 is de oppervlakte zomergerst met 7 procent toegenomen, bij een gelijke hectareopbrengst. Het areaal koolzaad is met bijna eenderde toegenomen, van 1 600 hectare in 2004 tot 2 100 hectare in 2005. De opbrengst per hectare was echter 20 procent lager dan in het productieve jaar 2004.
De PDF bevat het volledige persbericht inclusief tabellen en grafieken.