In 2004 laagste groei uurloon in tien jaar
De groei van het uurloon was in 2004 de laagste van de afgelopen tien jaar. Het gemiddelde uurloon van werknemers nam met 2,1 procent toe tot 18,18 euro. Ondertussen vergrijst de werknemer: waren er in 1995 bijna 300 duizend werknemers tussen de 55 en 65 jaar, in 2004 is dat opgelopen tot 700 duizend.
Hoogste stijging uurloon in 2001
In de periode 1995-2004 was de gemiddelde uurloonstijging 3,6 procent. De hoogste stijging werd gemeten in 2001. Toen nam het uurloon met 5 procent toe, gecorrigeerd voor het effect van de overhevelingstoeslag. In de jaren daarna daalde de jaarlijkse stijging van het uurloon tot 2,1 procent in 2004.
Ontwikkeling uurlonen
Uurloonstijging horeca en onderwijs onder 1 procent
In de horeca en in het onderwijs werd de laagste stijging van de gemiddelde uurlonen gemeten. Het gemiddelde uurloon steeg in 2004 met minder dan 1 procent. Dit komt met name doordat in de cao’s van deze bedrijfstakken nauwelijks loonsverhogingen voorzien waren. De groei van de cao-uurlonen was in de horeca 0 procent en in het onderwijs 0,2 procent.
Sterkste stijging in bouwnijverheid
Het gemiddelde uurloon is in 2004 het sterkst gestegen in de bedrijfstak bouwnijverheid. De stijging bedroeg daar bijna 4 procent. In de bouw is het gemiddelde cao-loon in 2004 ook het hardst gestegen.
Andere bedrijfstakken met een bovengemiddelde stijging van het uurloon zijn vervoer en communicatie, industrie en de financiële instellingen.
Uurloonontwikkeling naar bedrijfstak, 2004
Aandeel werknemers tussen 25 en 35 jaar sterk gedaald
De verdeling van banen naar leeftijd is tussen 1995 en 2004 sterk veranderd. Het aandeel van jongeren is gedaald en dat van ouderen is gestegen. Vooral het aandeel van de 25- tot 35-jarigen is teruggelopen. Werd in 1995 nog 31 procent van alle banen ingevuld door iemand tussen de 25 en 35 jaar, in 2004 is dit nog maar 24 procent.
Banen naar leeftijdsklasse
Vergrijzing slaat toe
Tegenover de afname van jongere werknemers staat de groei van werknemers in de leeftijdklasse van 55 tot 65 jaar. Relatief gezien is hun aandeel bijna verdubbeld tot 10 procent in 2004. Absoluut gezien zijn het aantal banen voor ouderen gestegen van bijna 300 duizend in 1995 naar 700 duizend in 2004.
Antwan Vos