Minder jongeren aan het werk

Het aantal jongeren (15–24 jaar) dat actief is op de arbeidsmarkt is sinds 2001 sterk gedaald. In het tweede kwartaal van 2005 zijn er ruim 100 duizend werkzame jongeren minder dan in het tweede kwartaal van 2001. De werkloosheid onder jongeren is in diezelfde periode met ongeveer 50 duizend toegenomen.

Arbeidsmarktpositie jongeren

Minder jongeren actief op arbeidsmarkt

De populatie jongeren groeide sinds 2001 met ruim 60 duizend tot bijna 1,95 miljoen in het tweede kwartaal van 2005. 43,9 procent van de jongeren is actief op de arbeidsmarkt. In het tweede kwartaal van 2001 was dit aandeel nog 48,2 procent. Van de jongeren die niet actief zijn op de arbeidsmarkt gaat het overgrote deel naar school of volgt een studie. Dit aantal is sterk gegroeid.

Personen actief op de arbeidsmarkt, 2001–2005

Aantal vacatures voor jongeren gedaald

Het aantal vacatures voor schoolverlaters is in de periode 2001–2004 sterk gedaald. In 2001 waren er nog 74 duizend openstaande arbeidsplaatsen voor jongeren beschikbaar, in 2004 nog maar 13 duizend. In 2004 nam het totale aantal vacatures weer toe, maar het aantal vacatures voor schoolverlaters daalde verder. Het geringe aantal vacatures voor starters op de arbeidsmarkt, gecombineerd met de hoge werkloosheid, maken het voor jongeren lastig om een baan te vinden.

Vacatures

Meer jongeren in het onderwijs

Steeds meer jongeren volgen een opleiding. Zo steeg het aantal jongeren in het middelbaar beroepsonderwijs tussen 2000/’01 en 2003/’04 met bijna 6 procent. Het aantal jongeren in het hoger onderwijs nam tussen 2001/’02 en 2004/’05 toe met ruim 9 procent. De onzekere situatie op de arbeidsmarkt ontmoedigt veel jongeren om deel te nemen aan het arbeidsproces. Het feit dat jongeren langer wachten met werk dempt de groei van de jeugdwerkloosheid en dus ook van de totale werkloosheid.

Aldert Boonen en Remko Hijman