Stijging zorguitgaven loopt sterk terug
De gezondheids- en welzijnszorg kostte in 2004 bijna 60 miljard euro. Dat is 4,3 procent meer dan in 2003. In de periode 2001-2003 namen de uitgaven aan zorg nog jaarlijks toe met ongeveer 10 procent. Dit blijkt uit voorlopige cijfers van het CBS. De ontwikkeling van de zorguitgaven wordt mede bepaald door overheidsbeleid.
De stijging van de zorguitgaven is onder meer teruggelopen door een gematigde stijging van de loonkosten in de instellingen. Ook de tarieven van de vrije beroepsbeoefenaren zijn nauwelijks verhoogd. Verder zijn de vergoedingen in het kader van de Ziekenfondswet en de AWBZ beperkt.
Zorg kost 3 661 euro per persoon
In 2004 kostte de zorg per hoofd van de bevolking 3 661 euro. Dit is 4 procent meer dan in 2003. Toen is 3 521 euro per persoon uitgegeven.
De procentuele stijging van de zorguitgaven lag in 2004 boven die van het bruto binnenlands product (BBP). Hierdoor is het aandeel van de uitgaven aan zorg in het BBP verder opgelopen en uitgekomen op 12,8 procent. In 2003 bedroeg dit aandeel 12,6 procent.
Uitgaven gezondheidszorg 4,4 procent gestegen
De uitgaven aan gezondheidszorg zijn in 2004 met 4,4 procent gestegen tot 37,3 miljard euro. Binnen de gezondheidszorg vormen de algemene ziekenhuizen de grootste post. De uitgaven hieraan zijn met 5,8 procent gestegen tot 9,4 miljard euro.
Aan de praktijken van vrije beroepsbeoefenaren (huisartsen, specialisten, tandartsen, verloskundigen en paramedici) is ruim 6,9 miljard euro uitgegeven. Dit is 1,9 procent meer dan in 2003. De stijging komt geheel voor rekening van de specialisten. Hier is sprake van een incidenteel inlopen van achterstanden in de financiering van de honoraria.
De uitgaven aan huisartsen, tandartsen en paramedici zijn licht gedaald. Bij de tandartsen en paramedici hangt dit vooral samen met de beperkingen die zijn doorgevoerd in de Ziekenfondswet. Bovendien zijn de tarieven van vrije beroepsbeoefenaren nauwelijks gewijzigd.
De uitgaven aan geneesmiddelen (voornamelijk via apotheken) zijn hetzelfde als in 2003, namelijk 5,3 miljard euro. Dat komt door verdere beperkingen in het wettelijk verzekerde geneesmiddelenpakket en afspraken over een sterke verlaging van de prijzen van generieke geneesmiddelen.
Stijging uitgaven welzijnszorg 4,3 procent
Aan welzijnszorg is vorig jaar 4,3 procent meer uitgegeven. Deze lage toename is het gevolg van wijzigingen in de AWBZ. De aanspraken op verpleging, verzorging en gehandicaptenzorg zijn beperkt.
Binnen de welzijnszorg lieten de uitgaven aan verstrekkers van gehandicaptenzorg de grootste stijging zien, ruim 7 procent. De uitgaven aan verpleeghuizen, verzorgingshuizen, thuiszorginstellingen en verstrekkers van kinderopvang vertoonden kleinere stijgingen.
Uitgaven particuliere zorgverzekeraars sterker gestegen
De overheid en sociale verzekeringen (AWBZ en Ziekenfondswet) betaalden in 2004 ruim 40 miljard euro aan zorg. Dat is een stijging van 3,7 procent ten opzichte van 2003. De uitgaven van de particuliere zorgverzekeraars stegen met 8,3 procent sterker. Zij financierden bijna 8,5 miljard euro.
De hogere stijging bij de particuliere zorgverzekeraars komt onder meer doordat het aantal particulier verzekerden sterker groeide dan het aantal ziekenfondsverzekerden. Verder zijn de vergoedingen van het Ziekenfondswetpakket (tandheelkundige hulp, paramedische hulp en zittend ziekenvervoer) beperkt en zijn de aanvullende verzekeringen sterk gegroeid.
De overige financiers hebben voor ruim 10,7 miljard euro bijgedragen aan de totale zorguitgaven. Dat is 3,6 procent meer dan in 2003. De overige financiers bestaan uit gezinshuishoudingen (eigen betalingen) en instellingen en bedrijven (onder andere betalingen voor kinderopvang en arbozorg).
De PDF bevat het volledige persbericht inclusief tabellen en grafieken.