Niet-westerse derde generatie groeit sterk
De niet-westerse derde generatie neemt in Nederland snel in omvang toe. Op 1 januari 2003 telde deze bevolkingsgroep ongeveer 35 duizend personen. In 2000 waren het er nog ongeveer 25 duizend.
Niet-westerse derde generatie, 1 januari
Eerste, tweede en derde generatie
Het groeitempo van de derde generatie is hoger dan dat van de tweede en eerste generatie. Getalsmatig draagt de groei van de derde generatie nog weinig bij aan de bevolkingsgroei.
Toename verschillende bevolkingsgroepen tussen 1 januari 2000 en 2003
De niet-westerse tweede generatie groeide tussen 1 januari 2000 en 2003 met 96 duizend (+18 procent) en de eerste generatie met 118 duizend (+13 procent).
Niet-westerse bevolking naar generatie, 1 januari
Derde generatie vooral Surinamers
De Surinaamse derde generatie vormt bijna de helft van de totale niet-westerse derde generatie. Tussen de 11 duizend en 15 duizend personen hebben ten minste één in Suriname geboren grootouder. Tussen de 5 duizend en 7 duizend hebben twee of meer Surinaamse grootouders.
De Turkse en Marokkaanse derde generatie zijn aanzienlijk kleiner. Dit komt onder meer doordat veel Turkse en Marokkaanse jongeren hun partner in het land van herkomst zoeken. Kinderen van deze paren worden tot de tweede generatie gerekend omdat ten minste één van de ouders in het buitenland is geboren.
Derde generatie naar geboorteland grootouders, 1 januari
Jonge bevolkingsgroep
De niet-westerse derde generatie is een zeer jonge bevolkingsgroep. Bijna tweederde is jonger dan tien jaar. Van de tweede generatie geldt dit voor iets minder dan de helft. Van de totale bevolking is 12 procent jonger dan tien jaar.
Maarten Alders en Ingeborg Keij