Achteruitgang arbeidsmarkt treft ook vrouwen

De situatie op de arbeidsmarkt is de laatste jaren sterk verslechterd. De werkloosheid is inmiddels opgelopen tot boven de 400 duizend personen en de werkgelegenheid daalt. Aanvankelijk werden voornamelijk mannen getroffen, maar inmiddels geldt voor vrouwen een soortgelijke situatie.

Ontwikkeling beroepsbevolking, jaarmutaties

Afname groei werkgelegenheid

Door een gemiddelde economische groei van 3,5 procent is de werkgelegenheid in de periode 1994-2000 sterk toegenomen. Begin 2001 viel de economische groei vrijwel weg. Hierdoor is eind 2001 ook het tij op de arbeidsmarkt gekeerd. Het stijgingstempo van de werkgelegenheid is vanaf dat moment afgenomen en begin dit jaar omgeslagen in een lichte daling.

De beroepsbevolking (het aanbod op de arbeidsmarkt) groeit sinds begin van de jaren negentig jaarlijks met 100 duizend tot 150 duizend personen. Vrouwen nemen tweederde van deze toename voor hun rekening. Om de groei van de beroepsbevolking op te kunnen vangen moet de werkgelegenheid (de vraag op de arbeidsmarkt) evenredig toenemen. De werkgelegenheid is in de jaren voorafgaand aan 2001 sterker gegroeid dan de beroepsbevolking. Hierdoor is de werkloosheid afgenomen. Vanaf eind 2001 is dit niet meer het geval. Overigens neemt inmiddels ook de groei van de beroepsbevolking af omdat in tijden van oplopende werkloosheid veel mensen zich terugtrekken van de arbeidsmarkt.

Werkloosheid nu ook onder vrouwen aan het stijgen

De werkloosheid onder mannen vertoont een stijgende trend vanaf het eind van 2001. Bij vrouwen is dit pas sinds het begin van dit jaar het geval. De banengroei hield voor vrouwen dan ook langer gelijke tred met de groei van de beroepsbevolking dan bij mannen. Dit kwam doordat er een forse werkgelegenheidsuitbreiding plaatsvond bij de overheid en in de zorg. Daarvan hebben vooral vrouwen geprofiteerd. Zo is het aantal banen in beide bedrijfstakken tezamen gegroeid met ongeveer 100 duizend in 2002. Het aantal banen dat in deze bedrijfstakken bezet werd door vrouwen is in dat jaar met 75 duizend toegenomen. Ter vergelijking: in hetzelfde jaar zijn er 31 duizend banen verloren gegaan in de industrie waarvan 22 duizend onder mannen.

Werkloosheid en werkgelegenheid (index 2000-I = 100)

De stagnatie van de werkgelegenheid en de stijging van de werkloosheid onder vrouwen vindt plaats vanaf begin 2003. Inmiddels gaan er niet alleen in mannenbranches als de industrie maar ook in meer gemengde bedrijfstakken banen verloren. Er werken in het eerste kwartaal van dit jaar bijvoorbeeld 10 duizend vrouwen minder in de financiële en zakelijke dienstverlening dan een jaar daarvoor. Momenteel groeit gemiddeld het aantal werkloze vrouwen met 8 duizend en het aantal werkloze mannen met 6 duizend per maand.

Remko Hijman

Bron::StatLine