Overheid motor van economische groei

De consumptieve bestedingen van de overheid leveren in 2001 en 2002 de grootste bijdrage aan de economische groei. Zonder de bijdrage van de overheid zou de economie in 2001 nauwelijks zijn gegroeid, in 2002 was de groei zelfs negatief geweest.

2001–2002: overheid draagt economische groei

De jaren 2001 en 2002 kenmerken zich door een lage economische groei. In 2001 groeide het bruto binnenlands product nog met 1,2 procent, in 2002 is het nog maar 0,2 procent.

Door de stagnerende wereldhandel is de bijdrage van de export aan de groei beperkt. Ook de gezinsconsumptie groeit zeer bescheiden.

De consumptieve bestedingen van de overheid hebben in 2001 en 2002 de economie overeind gehouden.

Economische groei naar sector

1997: export motor van economie

Tijdens de hoogconjunctuur van de jaren 1996–2000, toen de economie groeide met percentages tussen 3,0 en 4,3, was de bijdrage van de overheid aan de groei gering. In 1996 droeg de gezinsconsumptie het meest bij aan de groei, in 1997 was het de export. Met een aandeel in de groei van 50 procent was de export de motor van de economie.

1998: sterke groei nationale bestedingen

In 1998 groeide de economie het hardst: 4,3 procent. Het waren de nationale bestedingen die daarvoor zorgden. De consumptieve bestedingen van huishoudens en overheid waren goed voor bijna de helft van de groei. Huishoudens spendeerden veel geld aan luxe goederen als auto’s, computers en mobiele telefonie. Bij de overheid namen de uitgaven toe aan de opvang van asielzoekers en gevangenissen.

1999: groei breed gedragen

De groei van de economie in 1999 was breed gedragen. Zowel de consumptie, de investeringen als de uitvoer leverden een forse bijdrage aan de groei van 4 procent.

In 2000 zorgde de aantrekkende wereldhandel voor een toename van de export, goed voor maar liefst 70 procent van de groei van het BBP.

2002: hoge uitgaven gezondheidszorg en onderwijs

In 2001 en 2002 is het de overheid die de kar trekt. In beide jaren geeft de overheid vooral meer geld uit aan gezondheids- en welzijnszorg, onderwijs en openbaar bestuur.

Taeke Takema