Particulier onderwijs blijft in trek
In het schooljaar 2000/'01 telde het particulier onderwijs 333 duizend cursisten. Dat is iets meer dan het jaar ervoor en 8 procent meer dan in het midden van de jaren negentig.
Helft doet opleiding op middelbaar niveau
Bijna de helft van deelnemers in het particulier onderwijs volgt een opleiding of cursus op middelbaar niveau. Dit niveau is vergelijkbaar met het mbo of de hogere klassen van havo en vwo. Van alle deelnemers volgt 14 procent een opleiding op het niveau van het hoger onderwijs.
Particulier onderwijs naar cursusniveau, 2000/’01
Schriftelijk onderwijs populair
In 2000/’01 volgde 62 procent van de deelnemers in het particulier onderwijs een schriftelijke opleiding. De overige 38 procent deed mondeling of klassikaal onderwijs. Na een forse stijging in de periode 1995/’96 tot 1997/’98 ligt de deelname aan het schriftelijk onderwijs al enkele jaren op hetzelfde niveau.
Deelnemers particulier onderwijs naar onderwijsvorm
Economisch-administratief onderwijs de grootste sector
Cursussen en opleidingen op economisch, administratief en commercieel terrein vormen verreweg de grootste sector. Zij omvatten 46 procent van alle deelnemers in het particulier onderwijs. De laatste jaren nam het aandeel van deze sector echter voortdurend af. In 1995/'96 lag dit aandeel nog op 55 procent. Binnen de economisch-administratieve sector nam de belangstelling voor opleidingen op het terrein van de detailhandel af en steeg de populariteit van automatiseringsopleidingen.
Deelnemers particulier onderwijs naar richting
Erkende opleidingen voor het eerst in beeld
Voor 2000/’01 is het CBS voor het eerst in staat de erkende mbo- en hbo-opleidingen te onderscheiden. Dat zijn particuliere opleidingen die door de minister van onderwijs zijn erkend als volwaardig. Ze leiden tot hetzelfde diploma als het onderwijs dat de overheid financiert. De erkende mbo- opleidingen waren goed voor 7 procent van de deelnemers in het particulier onderwijs en de erkende hbo-opleidingen voor 9 procent.
Dick Takkenberg
Bron: StatLine