Met beroepsopleiding het snelst aan de slag
In 2001 verlieten 170 duizend scholieren en studenten het voltijdonderwijs. Om een reguliere baan te vinden, hadden deze schoolverlaters in de periode 1999-2001 gemiddeld vijf maanden nodig. Vooral degenen met een beroepsopleiding kwamen snel aan de slag.
Baanzoekduur van schoolverlaters, 1999-2001
Vmbo-ers vinden het snelst een baan
Schoolverlaters van het vmbo hadden de minste tijd nodig om werk te vinden: vier en een halve maand. Voor hbo-ers was dit gemiddeld vijf maanden. Daarmee zijn schoolverlaters met een beroepsopleiding het snelst succesvol op de arbeidsmarkt. Universitair opgeleiden zochten het langst.
Technische vmbo-ers zoeken relatief lang
Vmbo-ers met een economische opleiding hadden gemiddeld minder dan vier maanden nodig om werk te vinden. Degenen met een technische vbo-opleiding vonden echter pas na zes maanden een baan. De relatief lange baanzoekduur van vmbo-technici kan te maken hebben met de toenemende vraag naar hoger opgeleide technici. Daardoor is het voor technici op vbo-niveau moeilijker om werk te vinden.
Baanzoekduur vmbo-ers naar richting, 1999-2001
Technische mbo-ers wel snel aan het werk
Ook onder schoolverlaters met een mbo- of havo/vwo-opleiding bestaan grote verschillen in baanzoekduur. Mbo-ers met een technische opleiding hadden het snelst werk: gemiddeld binnen vier maanden. Schoolverlaters met een verzorgende opleiding hadden ruim vijf maanden nodig en havo/vwo-ers zelfs meer dan een half jaar.
Baanzoekduur havo/vwo-ers en mbo-ers naar richting, 1999-2001
Hoger onderwijs: weinig verschil naar studierichting
Hbo-ers waren in de periode 1999-2001 gemiddeld vijf maanden op zoek naar een baan. Voor academici was dit vijf en een halve maand. Zowel bij hbo-ers als bij academici bestonden weinig verschillen in baanzoekduur naar studierichting. Alleen mensen met een technische universitaire opleiding waren met vier en een halve maand zoeken relatief snel aan het werk.
Tanja Traag
Bron: StatLine