Moord en doodslag in de grote stad
In 2000 zijn 180 personen slachtoffer geworden van dodelijk geweld. Een jaar eerder lag het aantal slachtoffers met 203 beduidend hoger. In de jaren 1996-2000 zijn in totaal bijna duizend inwoners van Nederland door geweld om het leven gebracht.
Doden door geweld naar leeftijd, 1996-2000
Het ‘doorsnee’ slachtoffer: jonge man
De kans om in vijf jaar tijd door moord of doodslag om het leven te komen is bijna 0,01 procent. Deze kans is niet voor iedereen gelijk. Mannen worden vaker slachtoffer dan vrouwen: zeven op de tien slachtoffers zijn mannen. Twintigers en in mindere mate dertigers en veertigers lopen een groter risico om gedood te worden. Op hogere leeftijden ligt het risico lager, hoewel 75-plussers een licht verhoogd risico hebben. Het gegeven dat ouderen zich minder goed kunnen verweren tegen lichamelijk geweld zal hieraan niet vreemd zijn. Kinderen hebben de kleinste kans gedood te worden.
Doden door geweld naar gemeentegrootte, 1996-2000
Riskante oorden, maanden en dagen
In Amsterdam en Rotterdam zijn de hoogste aantallen slachtoffers van moord en doodslag te betreuren. In vijf jaar tijd, tot 2000, waren 134 inwoners van Amsterdam het slachtoffer, 109 inwoners van Rotterdam en 63 inwoners van Den Haag. In de grote gemeenten ligt het risico ruim vier keer zo hoog als in de kleine gemeenten, maar lager dan 0,02 procent in vijf jaar tijd.
In zo’n vier op de tien gevallen is het uit de statistiek niet bekend waar iemand van het leven is beroofd. Van de bekende locaties komt het woonhuis het meest frequent voor, gevolgd door de openbare weg.
In de zomermaanden juni, juli en augustus is het aantal gevallen van moord en doodslag het grootst. Dan vallen ongeveer vijftien procent meer slachtoffers dan in een doorsnee maand. Oktober en december zijn maanden met de laagste aantallen met ongeveer twintig procent minder slachtoffers dan in een gemiddelde maand. In het lange weekend (vrijdag, zaterdag en zondag) en op woensdag is de kans om met opzet om het leven te worden gebracht zo’n dertig procent hoger dan op maandag, dinsdag en donderdag.
Andries de Jong
Bron: StatLine