Uitgaven bijzondere bijstand gedaald
In 1999 hebben de gemeenten in Nederland in totaal 466 miljoen gulden uitgegeven aan bijzondere bijstand. Ten opzichte van 1998 zijn deze uitgaven met 8,5% afgenomen. Toch waren ze vorig jaar nog twee maal zo hoog als in 1994. Bijna 10% van de bijzondere bijstand gaat naar personen ouder dan 65 jaar.
Uitgaven gemeenten aan bijzondere bijstand
Met de bijzondere bijstand geven de gemeenten aan personen een tegemoetkoming aan personen die in bijzondere omstandigheden verkeren en die de kosten daarvan niet zelf kunnen opbrengen. Daarbij kan het gaan om een bijdrage aan verhuiskosten of aan de inrichting van een nieuwe woning, maar ook om hulp bij het delgen van schulden. Bijstand bij medische kosten omvat bijvoorbeeld een tegemoetkoming in de kosten van een bril of in die van de tandarts. Verder vallen onder de bijzondere bijstand onder andere bijdragen in de kosten van studie en omscholing, die dienen om een persoon kansen op de arbeidsmarkt te geven.
Bijdragen in de woonlasten waren in 1999 goed voor eenderde van de uitgaven aan bijzondere bijstand. Dit geldt zowel voor 65-plussers als voor jongere personen. Van de bijstand aan 65-plussers was ruim eenvijfde bedoeld als een bijdrage in medische kosten. Bij de personen jonger dan 65 jaar was dat eentiende.
Daarentegen maakt een tegemoetkoming in de directe levensbehoeften bij jongere personen bijna een kwart uit van de bijzondere bijstand. Bij de 65-plussers is dat 15%. Hulp bij de delging van schulden vormt 5% van de bijstand aan 65-minners en ruim 1% van die aan 65-plussers.
Terreinen van bijzondere bijstand
Karin Oosterlaken