Ruim 12 miljoen bezoekers planten en dierentuinen
In 1999 bezochten 12,2 miljoen mensen de Nederlandse planten- en dierentuinen. De dierentuinen namen met 10,4 miljoen bezoekers het leeuwendeel voor hun rekening. Onder dierentuinen zijn ook begrepen safari- en natuurparken, aquaria en gespecialiseerde parken voor bijvoorbeeld apen of vogels. Bij plantentuinen gaat het onder meer om kijk- en siertuinen, botanische tuinen en heem- en kruidentuinen.
Ruim de helft van de bezoekers aan planten- en dierentuinen koopt een kaartje aan de kassa. Meer dan een kwart komt binnen op vertoon van een jaarabonnement. De overige 13% bezoekt de tuinen gratis.
Bezoek planten- en dierentuinen, 1999
Van de plantentuinen is bijna de helft gratis toegankelijk. Deze tuinen worden het meest door volwassenen bezocht. Dierentuinen daarentegen ontvangen naar verhouding meer kinderen. Eén op de drie bezoekers van een dierentuin is jonger dan twaalf jaar.
Veel activiteiten voor publiek
Tegenwoordig bieden veel planten- en dierentuinen het publiek méér dan alleen de tentoonstelling van hun collectie. Zo verzorgt tweederde van de tuinen rondleidingen voor de bezoekers. Meer dan de helft ontvangt schoolklassen. Bovendien organiseert een derde van de planten- en dierentuinen tijdelijke tentoonstellingen en activiteiten voor kinderen.
Opbrengsten van het bezoek
Vorig jaar hebben de dieren- en plantentuinen samen 142 miljoen gulden aan entree- en abonnementsgeld geïnd. De plantentuinen verwierven 40% van hun baten uit de opbrengsten van kaartjes en abonnementen. Bij de dierentuinen kwam 62% van de baten uit eigen inkomsten. De rest van de inkomsten van de tuinen kwam van horeca en winkelverkoop, opbrengsten van activiteiten en uit subsidies.
Baten planten- en dierentuinen, 1999
Hans van de Giessen
Bron: Statistiek planten- en dierentuinen 1999