R&D-uitgaven stabiliseren
De Nederlandse R&D-uitgaven zijn in 1998 gestabiliseerd op 15 miljard gulden. In de periode 1994-1997 zijn deze uitgaven met 20% gestegen van 12,5 naar 15 miljard gulden. Die sterke stijging van de uitgaven aan R&D is nu tot staan gebracht.
Niet alleen de totale Nederlandse R&D-uitgaven zijn van 1997 op 1998 constant gebleven, ook die van de ondernemingen en universiteiten bleven min of meer gelijk. De researchinstellingen daarentegen laten nog een stijging zien. Vooral voor de ondernemingen betekent dit een trendbreuk: daar stegen in de periode 1994-1997 de uitgaven aan R&D met 28%. Dat was de sterkste stijging van alle sectoren.
R&D-uitgaven
Tussen EU en OESO
De Nederlandse uitgaven aan R&D bedragen 1,94% van ons bruto binnenlands product (BBP) in 1998. Dat is 0,1 procentpunt minder dan in 1997. Van 1997 op 1998 bleven de R&D-uitgaven immers gelijk; het BBP daarentegen groeide met 5,5%.
In internationaal perspectief is de positie van de Nederlandse R&D-uitgaven verslechterd. De R&D-intensiteit van Nederland ligt met 1,94% van het BBP tussen het EU-gemiddelde (1,81%) en het OESO-gemiddelde (2,23%) in. De tendens van de laatste jaren dat de Nederlandse R&D-intensiteit het OESO-gemiddelde steeds meer naderde, is in 1998 tot staan gebracht.
Vier van de tien bedrijven innovatief
Veertig procent van de bedrijven met 10 of meer werknemers heeft zich in de periode 1996-1998 met innovatieve activiteiten beziggehouden. Het percentage bedrijven dat actief is met het invoeren of ontwikkelen van technologische nieuwe of sterk verbeterde producten, diensten of processen varieert sterk over de sectoren. In de industrie is 60% van de bedrijven bezig met technologische innovatie. In de dienstverlening is dat 35%.
Bedrijven met vernieuwde activiteiten (innovatoren)
Technologische vernieuwingen zijn veelal het resultaat van onderzoeksinspanningen. De stijging van de R&D-uitgaven bij bedrijven in de jaren '90 gaat dan ook gepaard met een toenemende innovatiegraad.
De innovatiegraad in de periode 1994-1996 was al hoger dan in het verdere verleden. Het percentage innoverende bedrijven is in de periode 1996-1998 weer hoger dan in de periode 1994-1996: 40 tegenover 37%. Of de huidige stabilisatie van de R&D-uitgaven eenmalig is of structureel, en wat daarvan het effect zal zijn op de innovatiegraad, kan echter nog niet vastgesteld worden.
Luuk Klomp en Gerhard Meinen