Naar een andere woning
Driekwart van de huishoudens die tussen 1994 en 1998 binnen Nederland verhuisden, waren doorstromers. Zij waren zowel voor als na de verhuizing hoofdbewoner van een woning.
Vier van de tien doorstromende huishoudens waren afkomstig uit een goedkope huurwoning (in 1998: huur t/m ƒ 701 per maand). Van hen verhuisde ruim een derde naar een andere goedkope huurwoning. De anderen gingen vooral naar een betaalbare huurwoning (ƒ 702 t/m ƒ 938).
Huishoudens die een goedkope koopwoning achterlieten (in 1998: tot ƒ 210 000) gingen soms naar een goedkope of betaalbare huurwoning. Vooral echter gingen zij een klasse hoger: naar een betaalbare (ƒ 210 000 – ƒ 300 000) of dure koopwoning. Ook doorstromers vanuit een betaalbare koopwoning stelden hun eisen hoger: van hen ging meer dan de helft naar een dure koopwoning.
Dure koopwoningen waren eveneens populair bij de 112 000 huishoudens die een duur huurhuis verlieten. Eén op de drie koos voor een dergelijke overstap. Wie reeds een dure koopwoning bezat en ging verhuizen, ging voor het merendeel naar een andere dure koopwoning.
Doorstromen naar een andere woning, 1994-1998
Wim Faessen
Bron: CBS/VROM, Woningbehoefte Onderzoek 1998