Van VUT naar prepensioen
De afgelopen jaren zijn veel VUT-regelingen tegen het licht gehouden. Enerzijds gaat het om de kosten van de vervroegde uittreding in de hand te kunnen houden. Anderzijds betreft het de wens tot flexibilisering. Werkgevers en werknemers willen namelijk niet vastgebakken zitten aan één regeling.
De huidige VUT-regelingen werken met een omslagstelsel. De VUT-fondsen keren per jaar ongeveer 4 miljard gulden uit aan de bij hen aangesloten Vutters. Deze uitkeringen worden betaald met de premies –eveneens 4 miljard per jaar –die de actieve werknemers en de werkgevers opbrengen. De omvang van de beleggingen is in dit systeem naar verhouding gering.
Door de vergrijzing leidt de VUT tot als onaanvaardbaar gevoelde kosten. De VUT wordt daarom steeds vaker vervangen door prepensionering. Hierbij wordt een kapitaaldekkingsstelsel toegepast. De werknemer bouwt individuele rechten op, net als bij het gewone pensioen. Zijn premie wordt belegd, zodat later zijn uitkering uit de belegde middelen kan worden betaald.
In een aantal bedrijfstakken zijn de afgelopen jaren al afspraken gemaakt om de VUT-regeling om te bouwen naar prepensioen. Tussen het moment van de afspraken en de feitelijke invoering van het prepensioen liggen drie à vier jaar. Dan duurt het nog ongeveer vijf jaar voordat de laatste VUT-uitkering is gedaan. De afslanking van de VUT-fondsen zal dus pas aan het begin van het volgende millennium goed zichtbaar worden.
Premies en uitkeringen VUT
John Gebraad en Feni Pfaff
Bron: CBS, Financiële Maandstatistiek