Psychische belasting op het werk
Ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid werden vroeger vooral veroorzaakt door lichamelijke werkbelasting. Tegenwoordig speelt psychische werkbelasting ook een belangrijke rol.
Bij psychische belasting ofwel werkstress wordt een onderscheid gemaakt tussen de werkdruk en de autonomie in het werk. Bij dit laatste moet bijvoorbeeld worden gedacht aan de vrijheid om het werk naar eigen inzicht in te richten, de ontplooiingsmogelijkheden die het werk biedt en de aansluiting van het werk op opleiding en/of werk.
Tussen 1994 en 1997 is het percentage werkenden dat regelmatig in een hoog tempo werkt gestegen van 38% naar 43%. Bovendien is de tevredenheid over de ontplooiingsmogelijkheden en de aansluiting tussen werk en opleiding en/of ervaring gedaald. De mogelijkheden het werk naar eigen inzicht in te richten zijn daarentegen verbeterd.
Minder gezond
Van de werkenden met veel autonomie heeft 8% ernstige slaapstoornissen, terwijl van de werkenden met weinig autonomie 12% ernstige slaapstoornissen heeft. 13% van de werkenden die een hoge werkdruk hebben heeft ernstige slaapstoornissen, tegenover 8% bij een lage werkdruk. Zware lichamelijke belasting gaat niet gepaard met meer ernstige slaapstoornissen.
Slaapstoornissen en werkbelasting
Hoe groter de autonomie in het werk, hoe lager de werkdruk en hoe lager de lichamelijke belasting is, hoe minder pijnklachten aan rug, nek, schouders, handen of armen. Zoals verwacht hangt met name de lichamelijke belasting nauw samen met de pijnklachten. Van de werkenden die in hoge mate lichamelijk worden belast heeft de helft pijnklachten, terwijl 17% van de mensen die niet of nauwelijks lichamelijk worden belast pijnklachten heeft.
Uit werk voorkomende klachten aan rug, nek, schouders, handen of armen en werkbelasting
Van de mensen die lichamelijk belastend werk doen beoordeelt 14% de eigen gezondheid minder positief. Ter vergelijking, van de niet of nauwelijks lichamelijk belaste mensen heeft 9% een minder goede gezondheid. Van de werkende met veel autonomie heeft 8% een minder goede gezondheid, terwijl van de werkenden met weinig autonomie 14% de eigen gezondheid minder positief beoordeelt. De werkdruk hangt nauwelijks samen met de ervaren gezondheid van mensen.
Ervaren gezondheid en werkbelasting
Van de werkenden met veel autonomie heeft 18% in een periode van twee maanden het werk verzuimd wegens ziekte of ongeval, terwijl van de werkenden met weinig autonomie 25% het werk heeft verzuimd. Van de werkenden met een hoge werkdruk heeft 24% in de afgelopen twee maanden het werk verzuimd wegens ziekte of ongeval, terwijl dat bij een lage werkdruk 20% is. Mannen en vrouwen verschillen voor wat betreft de samenhang tussen werkstress en ziekteverzuim. Bij mannen is alleen autonomie gerelateerd aan ziekteverzuim, terwijl bij vrouwen ook de werkdruk relevant is.
Ziekteverzuim en werkbelasting
Vrouwen slechter af
In het algemeen nemen vrouwen in vergelijking met mannen een minder gunstige positie in voor wat betreft psychische werkbelasting. Vrouwen werken vaker in een hoger tempo, hebben minder mogelijkheden het werk naar eigen inzicht in te richten, zijn minder tevreden over de promotiemogelijkheden en over de aansluiting tussen werk en opleiding en/of ervaring. Recente trends wijzen bovendien op een minder gunstig verloop van de meeste van deze kenmerken bij vrouwen. In tegenstelling tot mannen, is bij vrouwen de afgelopen vier jaar het werktempo gestegen, terwijl de mogelijkheden het werk naar eigen inzicht in te richten zijn afgenomen.
Gaat het om lichamelijke werkbelasting dan zijn vrouwen beter af dan mannen. Vrouwen verrichten minder vaak lichamelijk belastend werk. Bovendien is er bij vrouwen sprake van een dalende trend in lichamelijke werkbelasting. Ook nemen vrouwen in vergelijking met mannen een minder gunstige positie in voor wat betreft gezondheid en ziekteverzuim. Vrouwen hebben meer gezondheidsklachten en verzuimen vaker om gezondheidsredenen het werk.
Ferdy Otten en Myra Wieling
Bron: CBS, Permanent Onderzoek LeefSituatie (POLS), 1997