Inkomen agrariërs

Het inkomen van boeren in de Europese Unie (EU) is in 1997 gemiddeld met zo’n 3% gedaald. De ontwikkeling van het inkomen van de Nederlandse boeren laat een gunstiger beeld zien. Zij zagen hun inkomen in 1997 met bijna 9% toenemen. Dit in tegenstelling tot in het Verenigd Koninkrijk (VK) en Portugal waar het inkomen van agrariërs aanzienlijk daalde, in het VK zelfs meer dan 20%.

De daling van de landbouwinkomens in de EU wordt veroorzaakt door een combinatie van factoren. Zo daalden de prijzen van landbouwproducten, terwijl de productie ervan op hetzelfde niveau bleef. Bovendien werd er door de EU 2% minder aan subsidies in het kader van het markt- en prijsbeleid uitgekeerd. De Nederlandse varkenshouders kregen overigens wel een flink bedrag om de schade als gevolg van de varkenspest te compenseren.

Het aandeel van de landbouw in de totale economie neemt al jaren geleidelijk af. In de EU bedroeg dit aandeel vorig jaar een kleine 2%. In 1980 was dit nog ruim 3%. Ook in Nederland wordt het aandeel van de agrarische sector kleiner. In 1997 nam de land- en tuinbouw ongeveer 2,6% van de totale productie in Nederland voor zijn rekening, het laagste percentage ooit gemeten. In 1980 bedroeg het aandeel van de landbouw nog bijna 4%.

Inkomensontwikkeling agrariërs. Mutaties t.o.v. vorig jaar

Inkomensontwikkeling agrariërs. Mutaties t.o.v. vorig jaar

Bron: CBS - Kwartaalrekeningen, 1998-I