Milieuvoetafdrukken voor 2010 en 2014 berekent met de Exiobase “Multi-Regional Input-Output Tabel” welke consistent gemaakt is met de Nederlandse Nationale Rekeningen.
In deze studie wordt een dataset gemaakt die gebruikt kan worden in de context van het Rijksbreed Programma Circulaire Economie (RPCE). Het RCPE heeft als doel om in 2030 het Nederlandse gebruik van grondstoffen met 50% te hebben verminderd. Het RPCE richt zich ook op het verminderen van milieudruk en risico’s van aanbodketens. Een “Multi-Regional Input-Output Tabel (MRIOT)” kan gebruikt worden om inzichten te genereren met betrekking tot het RPCE. De eerste stap is om een MRIOT te kiezen. Deze studie analyseert zes MRIOTs aan de hand van acht criteria. Uit deze analyse blijkt dat Exiobase de meest geschikte MRIOT is vanwege de actuele tijdreeks en het detailniveau van gegevens wat het mogelijk maakt om de circulaire economie te analyseren. Exiobase wordt vervolgens consistent gemaakt met de Nederlandse Nationale Rekening door het vervangen van de Nederlandse data door data van de Nationale Rekening, de handelsstatistiek en de milieurekening. Vervolgens wordt de dataset opnieuw gebalanceerd zodat de nationale rekeningregels niet geschonden worden. Tijdens het balanceren wordt de Nederlandse data niet aangepast. Op deze manier wordt Exiobase een “SNAC” (Single-country National Accounts Consistent) MRIOT waarmee experimentele voetafdrukken berekent kunnen worden. De CO2 voetafdruk van SNAC-Exiobase is 207 miljard ton in 2010 en 175 miljard ton in 2014 (een daling van 15%). De broeikasgassenvoetafdruk daalt van 274 miljard ton in 2010 tot 217 miljard ton in 2014. De voetafdruk voor metaalwinning daalt van 24 miljoen ton in 2010 tot 19 miljoen ton in 2014. Diverse aspecten van deze resultaten worden geanalyseerd, zoals de locatie van voetafdrukemissies, het belang van specifieke metalen, de rollen van gegeven producten en het effect van de SNAC procedure op de voetafdrukken. Ondanks dat de resultaten plausibel zijn, is er toch een relatief sterke daling in de experimentele SNAC-Exiobase voetafdrukken in vergelijking met de bestaande officiële CBS voetafdrukken. Dit in combinatie met het feit dat Exiobase 2014 een zogeheten “now-cast” is (een extrapolatie), maakt dat de kwaliteit van de 2014 data wat lager beoordeeld wordt.
Opdrachtgever: Ministerie van Economische Zaken