Auteur: Jaap Walhout, Lisa van der Storm, Bertina Ransijn
Plausibiliteitsanalyses Risico-indicator Onderwijsachterstanden Scholen

2. Data en methoden

2.1 Selectie en afbakening onderzoeksdata

Voor het uitvoeren van deze plausibiliteitsanalyses gebruiken we hetzelfde databestand als voor de jaarlijkse berekening van de achterstandsscores per school. Dit bestand bevat de gegevens van alle bekostigde basisschoolleerlingen op 1 oktober 2020, 1 oktober 2021, 1 februari 2022 en 1 februari 2023. 

2.2 Gebruikte methoden

Om ontwikkelingen in de verschillende variabelen in kaart te brengen, maken we voornamelijk gebruik van frequentieanalyses. 

Bij deze analyses bekijken we in hoeverre de frequentieverdelingen over de jaren heen dezelfde patronen volgen. We laten de frequentieverdelingen zien voor de onderwijs- en achterstandsscores en voor de gebruikte omgevingskenmerken. We kijken voornamelijk naar de relatieve frequentie omdat groepen van verschillende grootte daarmee makkelijk zijn te vergelijken. Bij de analyse van de achterstandsscores wordt ook gekeken naar de verschillen per school tussen de jaren 2022 en 2023.

2.3 Herijking Risico-indicator Onderwijsachterstanden

In de voorgaande jaren van de plausibiliteitsanalyse vertoonden de resultaten weinig fluctuatie. Dit was het gevolg van het gebruik van hetzelfde model en de berekening op hetzelfde peilmoment in elk jaar. Echter, in de recente jaren hebben er een aantal veranderingen plaatsgevonden. Allereerst is het peilmoment van de analyses veranderd. Vanaf 2022 ligt dit in februari, waar de voorgaande peilmomenten in oktober lagen. Ten tweede is er een herijking van het gebruikte model uitgevoerd in 2022. Het doel van de herijking is het actueel houden van het model en dat het gebruikte model ontwikkelingen in de populatie in de tijd blijft volgen. Bij deze herijking stonden vooral de coëfficiënten en schaalwaarden van het model van de risico-indicator onderwijsachterstanden voor het basisonderwijs centraal. Daarnaast is gekeken naar het effect van het meenemen van extra asielinstroom gegevens voor de identificatie van asielzoekers en statushouders. Doordat in het herijkte model de coëfficiënten en schaalwaarden zijn veranderd, treden er daardoor ook grotere verschillen op in 2022 ten opzichte van de voorgaande jaren.