2. Jeugdhulptrajecten
2.1 Vergelijkbaar aantal hulptrajecten in 2022 als in 2021
In 2022 waren bijna 644 duizend jeugdhulptrajecten actief. Dat waren er 5 duizend minder dan in 2021. Het aantal trajecten jeugdhulp door het wijk- of buurtteam daalde met ruim 8 procent, de overige jeugdhulp zonder verblijf nam met 0,7 procent toe en de jeugdhulp met verblijf daalde met bijna 4 procent (figuur 2.1.1). De ervaring uit 2021 leert dat het definitieve aantal jeugdhulptrajecten 3,7 procent hoger lag dan de voorlopige uitkomsten. De hier gepresenteerde voorlopige uitkomsten over 2022 zullen dus bij de definitieve versie naar verwachting ook hoger uitkomen.
2022* (x 1 000) | 2021 (x 1 000) | 2020 (x 1 000) | 2019 (x 1 000) | |
---|---|---|---|---|
Totaal jeugdhulp | 643,71 | 648,56 | 584,545 | 592,86 |
Wijk- of buurtteam | 72,735 | 79,235 | 85,74 | 86,85 |
Overig zonder verblijf | 520,325 | 516,7 | 448,225 | 453,575 |
Met verblijf | 50,645 | 52,63 | 50,575 | 52,43 |
1)Trajecten die over meerdere perioden liepen komen meerdere malen in de figuur voor. |
In 2022 zijn 295 duizend nieuwe jeugdhulptrajecten gestart. Dat is een daling van 6 procent ten opzichte van 2021. Bijna 46 procent van de trajecten die op enig moment in 2022 actief waren is ook in dat jaar begonnen. In 2021 was nog ruim 48 procent van de trajecten in het verslagjaar begonnen.
Het aantal trajecten ambulante jeugdhulp was in 2022 ongeveer gelijk aan 2021, maar het aantal nieuw begonnen trajecten daalde van 189 duizend naar 178 duizend (figuur 2.1.2).
In verslagjaar begonnen (x 1 000) | Reeds lopend traject (x 1 000) | |
---|---|---|
Ambulant | ||
2022* | 177,87 | 197,105 |
2021 | 188,555 | 186,66 |
2020 | 153,37 | 171,66 |
2019 | 165,79 | 170,47 |
Netwerk jongere | ||
2022* | 51,07 | 58,805 |
2021 | 55,62 | 50,54 |
2020 | 46,735 | 43,98 |
2019 | 44,27 | 42,095 |
Wijkteam | ||
2022* | 32,325 | 40,41 |
2021 | 33,445 | 45,79 |
2020 | 35,41 | 50,335 |
2019 | 37,995 | 48,86 |
Daghulp | ||
2022* | 14,4 | 21,075 |
2021 | 16,71 | 18,615 |
2020 | 14,845 | 17,635 |
2019 | 14,38 | 16,57 |
1)Trajecten die over meerdere perioden liepen komen meerdere malen in de figuur voor. |
Het aantal pleegzorgtrajecten daalde van 22 duizend in 2021 naar 21 duizend in 2022. Tegelijkertijd nam het aantal nieuw begonnen trajecten met 400 toe.
In verslagjaar begonnen (x 1 000) | Reeds lopend traject (x 1 000) | |
---|---|---|
Pleegzorg | ||
2022* | 4,73 | 16,22 |
2021 | 4,395 | 17,635 |
2020 | 4,365 | 17,83 |
2019 | 4,07 | 18,52 |
Gezinsgericht | ||
2022* | 2,405 | 4,12 |
2021 | 2,665 | 4,16 |
2020 | 2,045 | 3,42 |
2019 | 2,565 | 3,175 |
Gesloten plaatsing | ||
2022* | 1,395 | 0,725 |
2021 | 1,41 | 0,795 |
2020 | 1,475 | 0,955 |
2019 | 2,03 | 1,08 |
Overig | ||
2022* | 10,33 | 10,72 |
2021 | 11,29 | 10,28 |
2020 | 10,775 | 9,71 |
2019 | 10,715 | 10,275 |
1)Trajecten die over meerdere perioden liepen komen meerdere malen in de figuur voor. |
Bij 23 procent van de nieuw begonnen jeugdhulptrajecten in 2022 was sprake van herhaald beroep (figuur 2.1.4). Dat wil zeggen dat de jongeren die in 2022 een jeugdhulptraject startten, in de vijf voorafgaande jaren al eerder jeugdhulp hadden. Daarbij wordt geen onderscheid gemaakt naar het soort jeugdhulp dat eerder is ontvangen.
Het aandeel herhaald beroep van de nieuw begonnen jeugdhulptrajecten zonder verblijf nam in 2022 af ten opzichte van 2021. Het aandeel herhaald beroep van trajecten jeugdhulp met verblijf nam in dezelfde periode toe.
2022* (%) | 2021 (%) | 2020 (%) | 2019 (%) | |
---|---|---|---|---|
Totaal jeugdhulp | 22,7 | 23,1 | 23,6 | 28,5 |
Wijk- of buurtteam | 23,4 | 22,8 | 24,5 | 21,5 |
Overig zonder verblijf | 23 | 23,8 | 24,1 | 30,1 |
Met verblijf | 17,9 | 14,5 | 15,8 | 24 |
1)Jeugdhulptrajecten die zijn gestart in de verslagperiode. |
Bij 3,5 procent van de 295 duizend trajecten die in 2022 zijn gestart, was sprake van crisis bij aanvang. Dat gold met name bij trajecten jeugdhulp met verblijf. Daar is 18 procent van de trajecten gestart met crisis.
2022* (%) | 2021 (%) | 2020 (%) | 2019 (%) | |
---|---|---|---|---|
Totaal jeugdhulp | 3,5 | 3,7 | 3,7 | 4,3 |
Wijk- of buurtteam | 0,6 | 0,7 | 0,6 | 1 |
Overig zonder verblijf | 2,8 | 3,1 | 3 | 3,4 |
Met verblijf | 18,1 | 16,7 | 17,4 | 21,3 |
1)Jeugdhulptrajecten die zijn gestart in de verslagperiode. |
2.2 Meeste jeugdhulp doorverwezen door de huisarts
In 2022 werd bijna 38 procent van de jeugdhulptrajecten gestart na verwijzing door een huisarts en 31 procent via een gemeentelijke toegang. Uitgesplitst naar hulpvorm blijkt dat de huisarts 40 procent van de in 2022 nieuw begonnen trajecten jeugdhulp zonder verblijf heeft verwezen (figuur 2.2.1) en 6 procent van de nieuw begonnen trajecten jeugdhulp met verblijf (figuur 2.2.2).
2022* (%) | 2021 (%) | 2020 (%) | 2019 (%) | |
---|---|---|---|---|
Huisarts | 39,86 | 39,7 | 38,41 | 40,42 |
Gemeentelijke toegang | 30,02 | 30,93 | 33,54 | 31,24 |
Geen verwijzer | 15,93 | 14,6 | 11,25 | 12,53 |
Gecertificeerde instelling | 5,85 | 6,18 | 7,7 | 6,57 |
Medisch specialist | 4,38 | 4,8 | 5,07 | 4,99 |
Jeugdarts | 3,59 | 3,14 | 3,2 | 3,12 |
Rechter, Officier van Justitie, functionaris Justitiële jeugdinrichting | 0,34 | 0,46 | 0,45 | 0,41 |
Onbekend | 0,02 | 0,19 | 0,39 | 0,72 |
1)Jeugdhulptrajecten die zijn gestart in de verslagperiode. Trajecten onder Geen verwijzer betreft vrij toegankelijke jeugdhulp. |
De meeste jeugdhulp met verblijf wordt doorverwezen via de gemeente (42 procent) en door Gecertificeerde Instellingen (39 procent).
2022* (%) | 2021 (%) | 2020 (%) | 2019 (%) | |
---|---|---|---|---|
Gemeentelijke toegang | 41,84 | 45,57 | 42,78 | 42,69 |
Gecertificeerde instelling | 39,44 | 35,32 | 39,78 | 38,68 |
Medisch specialist | 6,28 | 4,93 | 5,41 | 6,12 |
Huisarts | 5,5 | 5,6 | 6,66 | 7,78 |
Rechter, Officier van Justitie, functionaris Justitiële jeugdinrichting | 0,77 | 0,72 | 0,58 | 0,75 |
Jeugdarts | 0,42 | 0,4 | 0,31 | 0,37 |
Geen verwijzer | 0 | 0 | 0 | 0 |
Onbekend | 5,75 | 7,46 | 4,48 | 3,62 |
1)Jeugdhulptrajecten die zijn gestart in de verslagperiode. Trajecten onder Geen verwijzer betreft vrij toegankelijke jeugdhulp. |
Vanaf 2021 zijn alle trajecten met de hulpvorm uitgevoerd door het wijk- of buurtteam ondergebracht in de categorie ‘geen verwijzer’. Dit betreft jeugdhulptrajecten waarvoor geen verwijzing nodig is, de zogenaamde vrij toegankelijke jeugdhulp. Wijkhulp is immers per definitie vrij toegankelijk. Wel kan het zo zijn dat bijvoorbeeld de huisarts de jongere of diens ouders heeft geadviseerd om contact op te nemen met het wijkteam, maar dit is formeel gezien geen verwijzing. Bij de aantallen over 2020 en eerder is een deel van de wijkhulptrajecten nog geclassificeerd met de verwijzer zoals die door de wijkteams is aangeleverd, veelal gemeentelijke toegang, gecertificeerde instelling of huisarts. Dit kan enige vertekening in deze categorieën geven.
2.3 Jeugdhulptrajecten duren meestal korter dan een jaar
Van de trajecten die in 2022 zijn afgesloten, duurde 33 procent korter dan zes maanden en 63 procent duurde korter dan een jaar. Als gevolg van de in de inleiding genoemde methodewijziging, worden definitieve cijfers over het eerste halfjaar van 2022 pas vastgesteld wanneer ook de gegevens over het tweede halfjaar van 2022 en over eerste halfjaar van 2023 beschikbaar zijn. Trajecten die in het eerste halfjaar zijn aangeleverd zonder einddatum en die ontbreken in het tweede halfjaar worden door CBS alsnog van een einddatum in het eerste halfjaar voorzien op basis van de gemiddelde duur van de trajecten waarvan wel een einddatum is aangeleverd. Van de trajecten uit het tweede halfjaar zonder einddatum kan nog niet worden vastgesteld of deze in 2022 zijn afgesloten omdat nog onbekend is of deze in de levering over het eerste halfjaar van 2023 voorkomen. Naar verwachting zullen nog enkele tienduizenden trajecten alsnog worden afgesloten.
Hierdoor is besloten om bij de presentatie van de voorlopige cijfers het aantal afgesloten trajecten niet te presenteren, omdat dit aantal nog te onbetrouwbaar is. De gemiddelde duur en de reden beëindiging van trajecten waarvan nu al bekend is dat ze afgesloten zijn, wordt wel weergegeven. De verwachting is dat het beeld dat hieruit ontstaat bij de publicatie van definitieve uitkomsten niet wezenlijk zal afwijken van het beeld uit de voorlopige uitkomsten.
0 tot 3 maanden (%) | 3 tot 6 maanden (%) | 6 tot 12 maanden (%) | 12 tot 36 maanden (%) | langer dan 36 maanden (%) | |
---|---|---|---|---|---|
Totaal | 46055 | 46805 | 84805 | 84840 | 18815 |
Zonder verblijf | 40795 | 44180 | 80715 | 80195 | 15230 |
waarvan | |||||
Wijkteam | 7570 | 5630 | 7315 | 8485 | 2895 |
Ambulant | 24055 | 29165 | 52645 | 52215 | 9000 |
Daghulp | 1505 | 2020 | 4540 | 4570 | 1130 |
Netwerk jongere | 7670 | 7365 | 16220 | 14925 | 2205 |
Met verblijf | 5260 | 2625 | 4095 | 4645 | 3590 |
waarvan | |||||
Pleegzorg | 715 | 530 | 855 | 1505 | 2550 |
Gezinsgericht | 405 | 310 | 545 | 655 | 385 |
Gesloten plaatsing | 655 | 300 | 270 | 175 | 20 |
Overig | 3485 | 1485 | 2420 | 2305 | 630 |
Een in 2022 afgesloten jeugdhulptraject duurde gemiddeld 417 dagen (figuur 2.3.2). Dat is 2 dagen langer dan een gemiddeld afgesloten traject in 2021. Trajecten met de hulpvorm Gesloten plaatsing duren met gemiddeld 184 dagen in 2022 het kortst. Afgesloten pleegzorgtrajecten duurden het langst, gemiddeld 1 344 dagen. In 2021 duurde een gemiddeld pleegzorgtraject nog 22 dagen korter.
De gemiddelde duur van jeugdhulptrajecten zonder verblijf daalde in 2022 ten opzichte van 2021 met 2 dagen. De gemiddelde duur van wijkhulp daalde met 55 dagen. De gemiddelde duur van de afgesloten trajecten met de andere vormen van jeugdhulp zonder verblijf nam toe. Afgesloten ambulante trajecten duurden gemiddeld 4 dagen langer, daghulp 38 dagen en jeugdhulp in het netwerk van de jongere 20 dagen.
2022* (dagen) | 2021 (dagen) | 2020 (dagen) | 2019 (dagen) | |
---|---|---|---|---|
Totaal | 417 | 415 | 405 | 360 |
Zonder verblijf | 398 | 400 | 398 | 356 |
waarvan | ||||
Wijkteam | 414 | 469 | 419 | 368 |
Ambulant | 396 | 392 | 399 | 365 |
Daghulp | 455 | 417 | 442 | 350 |
Netwerk jongere | 379 | 359 | 363 | 312 |
Met verblijf | 660 | 620 | 498 | 405 |
waarvan | ||||
Pleegzorg | 1344 | 1322 | 1046 | 853 |
Gezinsgericht | 572 | 483 | 476 | 400 |
Gesloten plaatsing | 184 | 199 | 204 | 185 |
Overig | 337 | 323 | 310 | 258 |
2.4 Jeugdhulptraject meestal volgens plan beëindigd
Van alle jeugdhulptrajecten die in 2022 met een bekende reden7) werden afgesloten, werd 81 procent beëindigd volgens plan (figuur 2.4.1). Naast beëindiging volgens plan werd bijna 12 procent van de trajecten voortijdig afgesloten in overeenstemming tussen cliënt en aanbieder. De overige werden eenzijdig beëindiging door de jeugdige (3 procent) of door de aanbieder (1 procent) of er was sprake van externe omstandigheden (3 procent).
2022* (%) | 2021 (%) | 2020 (%) | 2019 (%) | |
---|---|---|---|---|
Beëindigd volgens plan | 81 | 81 | 81,3 | 80,2 |
Voortijdig in over- eenstemming | 11,6 | 11,5 | 10,8 | 11,4 |
Voortijdig door cliënt | 3,3 | 3,2 | 3,5 | 3,5 |
Voortijdig wegens externe omstandigheden | 2,8 | 3 | 2,8 | 1,2 |
Voortijdig door aanbieder | 1,4 | 1,3 | 1,5 | 1,6 |
1)Jeugdhulptrajecten die zijn beëindigd in de verslagperiode en waarvan de reden beëindiging bekend is. |