Auteur: Jaap Walhout, Sebastiaan Looijen
Onderwijsachterstandenindicator Primair Onderwijs – Scholen; 2019–2022

6. Samenvatting en conclusie

Dit rapport beschrijft en analyseert verschillen in onderwijsachterstandsscores van schoolvestigingen in het primair onderwijs tussen de oktober 2021 en februari 2022, en ontwikkelingen in onderwijsscores en de onderliggende omgevingskenmerken van leerlingen over de jaren 2019 tot en met 2022. De rapportage geeft een beeld van relevante ontwikkelingen op nationaal niveau. 

De voornaamste bevinding is dat achterstandsscores van de meeste schoolvestigingen meer fluctueren door de recentelijke herijking van het gebruikte model. Echter, deze fluctuaties zijn conform de aanpassingen in het model. Daarnaast schommelden de achterstandsscores voor een beperkt aantal schoolvestigingen wel sterk.  

De oorzaken van schommelingen in achterstandsscores van schoolvestigingen zijn in drie groepen in te delen, te weten veranderingen in onderwijsscores van leerlingen, veranderingen in de leerlingenpopulatie van een schoolvestiging en veranderingen in het aantal leerlingen op een schoolvestiging. 

Naast de effecten van de herijking – andere coëfficiënten en schaalwaarden bij de berekening van de onderwijsscores – zijn  het imputeren van onderwijsscores en het imputeren van opleidingsniveau van ouders zijn de belangrijkste bronnen van fluctuaties in onderwijsscores. De onderwijsscores van asielleerlingen worden altijd geïmputeerd. Omdat zij bij imputatie vanwege de gekozen methodologie automatisch aan achterstandsscores bijdragen, kan een verandering in het aantal asielleerlingen tot schommelingen in achterstandsscores leiden. 

Daarnaast zijn de onderwijsscores tussen 2019 en 2022 gemiddeld licht gestegen. Het opleidingsniveau van met name moeders en het aandeel asielleerlingen zijn de afgelopen jaren eveneens gestegen en het aandeel ouders dat in de schuldsanering zit is gedaald. Met name de eerste en laatste ontwikkeling zorgen voor hogere onderwijsscores.