Niet landelijk dekkende indelingen
Grootstedelijke agglomeraties
Deze stedelijke gebieden in morfologische zin zijn aaneengesloten gebieden met stedelijke bebouwing waarin de meeste menselijke activiteiten plaatsvinden, de meeste banen aanwezig zijn en de meeste openbare voorzieningen zijn gelokaliseerd. De grootstedelijke agglomeraties vormen de centra van de stadsgewesten.
De gebieden met stedelijke bebouwing zijn afgebakend aan de hand van de digitale kaart van het bodemgebruik naar de situatie van 1996. Welk gebied het centrum van het stadsgewest is, is bepaald aan de hand van inwonertal (meer dan 100 duizend), aantal banen (meer dan 50 duizend) en potentieel aan regionale klanten (meer dan 150 duizend). De indeling in grootstedelijke agglomeraties is niet landelijk dekkend en is beschikbaar vanaf 1 januari 2000.
Stadsgewesten
De stadsgewesten - het stedelijk gebied in functionele zin - bestaan uit een grootstedelijke agglomeratie en het omringende gebied met kleinere kernen die door verschillende relaties met die agglomeratie zijn verbonden. Die relaties hebben betrekking op het dagelijks verkeer tussen woon- en werkplaats, verhuizingen van huishoudens en bedrijven en het gebruik van stedelijke voorzieningen. Als zodanig kan het stadsgewest daarom worden beschouwd als een combinatie van een regionaal arbeid-, woning- en verzorgingsgebied.
De uiteindelijke afbakening van de grootstedelijke agglomeraties en de stadsgewesten heeft plaatsgevonden in nauw overleg met de Commissie van Advies voor de Regionale Statistieken. Hierin hadden de ministeries, gemeenten, planbureaus, de wetenschap en het bedrijfsleven zitting als belangrijkste gebruikers van de regionale gegevens van het CBS.
De indeling in stadsgewesten is niet landelijk dekkend en is beschikbaar vanaf 1 januari 2000.
Afschaffing van niet landelijk dekkende indelingen per 2016
Met ingang van verslagjaar 2016 worden er door CBS geen gegevens meer gepubliceerd over grootstedelijke agglomeraties en stadsgewesten. Door diverse maatschappelijke ontwikkelingen zijn de filosofie en methode die ten grondslag liggen aan de afbakening niet langer actueel. Daarnaast blijkt dat andere instanties, afhankelijk van het toepassingsgebied, een afwijkende indeling van grootstedelijke agglomeraties en stadsgewesten hanteren, waardoor er niet meer gesproken kan worden van één standaard.