Hoe gaan we naar een circulaire economie?
Om de Nederlandse economie draaiende te houden, hebben we allerlei grondstoffen nodig. Denk aan natuurlijke hulpbronnen als hout en aardolie, die in binnen- en buitenland gewonnen worden om in Nederland gebruikt te worden. Na verwerking en consumptie belanden (delen van) deze materialen weer in het milieu. Bijvoorbeeld in de vorm van luchtemissies door verbranding, of als afval op de stortplaats. Ons consumptiegedrag en de verspilling van grondstoffen zijn oorzaken van veel van onze natuur- en milieuproblemen, ze putten de aarde uit en hebben een negatieve invloed op de kwaliteit van lucht, water en bodem.
Door een groeiende bevolking en een toenemende welvaart in de wereld wordt er een steeds grotere claim gelegd op grondstoffen, waardoor de prijzen stijgen en ook tekorten ontstaan. In een circulaire economie wordt kritisch nagedacht over het gebruik van grondstoffen. Doel is om zo min mogelijk grondstoffen te gebruiken, en waar grondstoffen echt nodig zijn om hernieuwbare grondstoffen, zoals bio-based producten en producten met een lage milieu-impact te gebruiken. Er zijn verschillende strategieën om dit te realiseren. Naast hergebruik van producten kun je denken aan reparatie, opknappen, hergebruik van productonderdelen, oude producten een nieuw gebruiksdoel geven en als laatste alternatief het recyclen van grondstoffen. Maar voorafgaand aan dit alles is het natuurlijk belangrijk om na te denken over het productontwerp, zoals het modulair produceren zodat alle onderdelen eenvoudig vervangen kunnen worden, of recyclebaar produceren.
Door de omslag te maken naar een circulaire economie worden grondstoffen optimaal gebruikt en hergebruikt, worden de negatieve effecten naar het milieu verkleind en wordt Nederland minder afhankelijk van de steeds schaarser wordende grondstoffen. Dit biedt ook kansen voor bedrijven: nieuwe markten, meer samenwerking en minder grondstoffenverbruik.
Beleidsdoelen
In 2016 heeft het kabinet zich ten doel gesteld om de Nederlandse economie in 2050 volledig circulair te maken. Daarbij spelen allerlei overwegingen een rol, waaronder effectieve aanpak van klimaatverandering, het tegengaan van biodiversiteitsverlies en andere zaken die onze leefomgeving onder druk zetten. Maar ook geopolitieke overwegingen, die samenhangen met onze afhankelijkheid van grondstoffen uit het buitenland. De beleidsdoelen worden continu verder uitgewerkt en aangepast aan de actuele situatie. Grofweg komen ze neer op het toewerken naar een economie waarin ‘vrijwel alleen herbruikbare primaire, secundaire en duurzame grondstoffen in omloop’ zijn.
In het meest recente beleidsdocument, het Nationaal Programma Circulaire economie 2023-2030, staan algemene maatregelen centraal die gericht zijn op het verminderen van het grondstofverbruik, het vervangen van primaire grondstoffen door secundaire en duurzame grondstoffen, het verlengen van de levensduur van producten en onderdelen, en de hoogwaardige verwerking van afval. Daarnaast wordt gekeken welke ondersteunende maatregelen nodig zijn, en worden soms beleidsdoelen gesteld voor specifieke productketens.
In het jaar 2030 wordt de tussenstand opgenomen. De uitwerking van de strategieën en het monitoren van de voortgang is uitbesteed aan het Planbureau voor de Leefomgeving.
ICER
Om de voortgang naar een circulaire economie te monitoren heeft het PBL een samenwerking opgezet met tal van instituten en organisaties die raakvlakken hebben met de thema’s van de circulaire economie. Sinds 2021 publiceert dit consortium tweejaarlijks de Integrale Circulaire Economie Rapportage (ICER). Het CBS levert daarin een belangrijke bijdrage aan de monitoring van de voortgang van Nederland richting een circulaire economie, via onder andere de materiaalstroom- en afvalrekeningen.
Relevante links
- Link Nieuwsbericht - Circulariteit Nederlandse economie nauwelijks toegenomen
- Link Dashboard - Green Deal
- Link Nieuwsbericht - Minder materiaalgebruik in Nederlandse economie
- Link Publicatie - Groeiend naar een groene economie