Ron Meyer: ‘Door de cijfers van het CBS gaat de blinddoek af’

Koning Willem Alexander bezoekt een basisschool tijdens een werkbezoek aan het Nationaal Programma Heerlen-Noord
© ANP / ANP
Heerlen-Noord is in opdracht van het Rijk aangewezen als één van de 20 stedelijke vernieuwingsgebieden in het kader van het Nationaal Programma Leefbaarheid en Veiligheid (NPLV). Resultaat hiervan is het Nationaal Programma Heerlen-Noord (NPHLN). Binnen dit programma werken bewoners, bedrijven, overheden en maatschappelijke organisaties 25 jaar lang samen aan een betere toekomst voor Heerlen-Noord. In opdracht van het NPHLN heeft het CBS een dashboard gebouwd waarmee de doelstellingen van het programma op het gebied van wonen, werken, leren, veiligheid en gezondheid kunnen worden gemonitord. Dit gebeurt aan de hand van een aantal indicatoren. Ron Meyer, programmadirecteur van NPHLN, en CBS-onderzoeker Tim Muller lichten een en ander toe.

Verbeteren van de toekomst

Heerlen is één van de armste steden van Nederland. Dit is voor een belangrijk deel te wijten aan een concentratie van armoede in Heerlen-Noord. Dit deel van de stad, waar 14 wijken met in totaal 55 000 inwoners deel van uitmaken, is na de sluiting van de mijnen in de jaren zeventig langzaam afgegleden. Meyer: ‘Met het Nationaal Programma Heerlen-Noord zijn we gestart met een sociale inhaalrace. Het is een marathon, géén sprint. Wat wij willen zijn betere levenskansen voor de volgende generatie. Dat zijn de kinderen van de kinderen die vandaag worden geboren. Alles draait bij ons om het verbeteren van hun toekomst.’

Integrale aanpak

Om die toekomst te verbeteren is een integrale aanpak nodig. ‘Die integrale aanpak is nodig op de gebieden van wonen, werken, leren, veiligheid en gezondheid. Het gaat immers om de samenhang tussen die vijf thema’s’, aldus Meyer. ‘Ik zal twee voorbeelden noemen. In Heerlen-Noord is sprake van grote energiearmoede. Dit wordt veroorzaakt door slecht geïsoleerde woningen waar zich problemen met schimmel voordoen. Dat leidt vervolgens weer tot gezondheidsproblemen. Een ander voorbeeld betreft de grote achterstanden op het gebied van taalgeletterdheid. Oorzaak is het feit dat kleine kinderen hier minder vaak naar de peuteropvang gaan. De reden daarvan is tweeledig. Ouders denken dat het te duur is en ze zijn ook bang vanwege het toeslagenschandaal. Als we dit willen verbeteren moeten we beginnen bij gezinnen met kleine kinderen. Zij krijgen van ons bezoek en ontvangen een box met allerlei nuttige babyspullen en adviezen.’

Ron Meyer (programmadirecteur van het Nationaal Programma Heerlen-Noord) en Joost Huurman (CBS) bekrachtigen de samenwerking met een ondertekening
© CBS / Jos Geurts

Dashboard

Voor het wegwerken van de achterstanden op de bovengenoemde gebieden werkt het Nationaal Programma Heerlen-Noord met allerlei instanties samen in een alliantie. ‘Denk bijvoorbeeld aan de gemeente, het Rijk, de politie, de Rabobank, zorgverzekeraar CZ, de peuteropvang, etc. Ook zij zijn zich bewust van de achterstanden en hebben de handen in elkaar geslagen.’ Om te kunnen meten hoe Heerlen-Noord er voor staat heeft het Nationaal Programma Heerlen-Noord contact gezocht met onderzoekers van de gemeente Heerlen, de Open Universiteit en het CBS. ‘We monitoren wat de situatie is aan de hand van een aantal indicatoren die te zien zijn in het dashboard dat het CBS op ons verzoek gemaakt heeft. Die data zijn super belangrijk: het is een luik dat we open zetten om te laten zien waar we voor staan en waar we voor gaan. Om zaken fundamenteel te kunnen veranderen, moeten we zicht op die data hebben. De beste instantie om dat voor ons te doen is het CBS, dat gevestigd is in Heerlen-Noord op de restanten van de oude mijn.’

Concentratie van armoede

Het CBS-dashboard is op 29 mei jl. gelanceerd. De meeste cijfers zijn geen echte verrassing voor Ron Meyer. Wel is het opvallend dat Heerlen-Noord doorgaans veel slechter scoort op de gebieden wonen, werken, leren, veiligheid en gezondheid ten opzichte van het landelijk gemiddelde. ‘Neem bijvoorbeeld de ervaren gezondheid van de inwoners van Heerlen-Noord. Uit eerder NPHLN-onderzoek blijkt dat mensen 6 tot 7 jaar eerder overlijden dan mensen elders in ons land. Ook leven zij 15–20 jaar korter in goede gezondheid.’ Waar Meyer zich in het interview behoorlijk boos over maakt is dat de maatschappelijke druk op sommige straten in Heerlen-Noord enorm hoog is, doordat arme mensen uit rijke steden naar wijken in Heerlen-Noord trekken waar al veel armoede heerst. ‘Dat blijkt ook uit de cijfers en dat vind ik schokkend. Dit komt omdat bepaalde gemeenten niet voldoende woningen voor hun inwoners in armoede beschikbaar stellen. Daardoor trekken zij naar andere plaatsen en vindt daar een nóg grotere concentratie van armoede plaats.’

Belangrijke opgaves

Tim Muller is onderzoeker bij het CBS in Heerlen en vanaf begin 2018 betrokken bij de samenwerking tussen het CBS en de gemeente Heerlen in het CBS Urban Data Center Heerlen. In april 2022 is deze samenwerking regionaal opgeschaald tot Datacenter Parkstad Limburg. Zeven gemeenten in de regio met soortgelijke problematieken als Heerlen zijn daarbij aangesloten. Muller: ‘Er zijn een aantal belangrijke opgaves om de mensen van Heerlen-Noord te helpen. Dit kunnen we doen door hen te ondersteunen met onze data. Zo maken we met onze data de omvang van de problematieken inzichtelijk. Daarnaast kunnen we de cijfers van Heerlen-Noord in perspectief plaatsen ten opzichte van het landelijk gemiddelde. Ook maakt het dashboard inzichtelijk in hoeverre het NPHLN haar streefwaardes weet te bereiken.’

Goede initiatieven

De ontwikkeling van het dashboard Heerlen-Noord is opgedeeld in verschillende fases, omdat de middelen en tijd aanvankelijk beperkt waren. Muller: ‘Fase 1 van het dashboard is inmiddels afgerond. De publicatie van fase 2 volgt vandaag, 27 juni. Dan wordt het dashboard uitgebreid met een aantal indicatoren.’ Muller is zeer te spreken over de diverse mooie initiatieven van het Nationaal Programma Heerlen-Noord. ‘Een concreet voorbeeld daarvan is de introductie van de Rijke Schooldag. Daardoor kunnen scholieren in het basis- en voortgezet onderwijs 5 uur extra per week naar school. Die 5 uur wordt gericht ingezet op talentontwikkeling op het gebied van taal, rekenen, voeding en bewegen.’ Een ander positief punt is volgens de CBS-onderzoeker de betrokkenheid die de inwoners van Heerlen-Noord bij de projecten tonen. ‘Er is veel enthousiasme.’

Blinddoek gaat af door de CBS-cijfers

Muller geeft aan dat Heerlen-Noord een kwetsbaar deel van de gemeente Heerlen is, maar er zijn in Nederland nog 19 andere focusgebieden door het Rijk aangewezen die zich in een vergelijkbare positie bevinden. ‘We streven er naar ook deze gebieden te helpen met een monitoringsprogramma. Het CBS heeft zich in zijn Meerjarenprogramma 2024–2028 namelijk ten doel gesteld de toegankelijkheid en het gebruik van data te vergroten. Op deze manier kunnen we nóg meer de maatschappelijke meerwaarde van data laten zien, onder andere voor monitoring van beleid. Vanuit die ambitie gaat het CBS – mede op verzoek van Heerlen-Noord – binnenkort ook in gesprek met het ministerie van Binnenlandse Zaken. Wij hopen deze mogelijke opschaling dan te verkennen. Zo besparen de betreffende gebieden namelijk niet alleen kosten – omdat we het voor alle 20 focusgebieden samen kunnen doen– maar krijgen ze ook direct relevant vergelijkingsmateriaal.’ Meyer vult aan: ‘Op onze beurt willen wij al onze informatie en ervaringen delen met andere gemeenten. De lessen die wij hier leren moeten ook bij hen bekend worden. Met speciale themadagen willen wij hen laten zien hoe je de verschillende problematieken in samenhang kunt oplossen. Mede door de cijfers van het CBS gaat de blinddoek af. Dat gun ik iedereen.’