CBS onderzoekt krapte op de arbeidsmarkt
Maatschappelijke opgaven
Bij het opstellen van het Meerjarenprogramma heeft het CBS besloten te investeren in het thema arbeidsmarkt. Hoofddirecteur Sociaaleconomische en ruimtelijke statistieken Hanneke Imbens: ‘Het Meerjarenprogramma is ontworpen in overleg met de gebruikers van onze data, zoals ministeries, universiteiten en planbureaus. Het gaat onder meer over de maatschappelijke opgaven waar Nederland voor staat waaronder wonen, klimaat én arbeidsmarkt. De huidige krapte op de arbeidsmarkt is daar een belangrijk onderdeel van.’Onbenut arbeidspotentieel
Elk kwartaal publiceert het CBS cijfers over het onbenut arbeidspotentieel in Nederland. Dat potentieel bestaat uit drie groepen. Ten eerste de werklozen: mensen die recent hebben gezocht naar werk en daarvoor direct beschikbaar zijn. In het tweede kwartaal van 2023 waren dat er, gecorrigeerd voor seizoensinvloeden, 350 duizend. Daarnaast is er de groep mensen die wel georiënteerd zijn op werk maar die in de afgelopen vier weken niet gezocht hebben of die niet binnen twee weken beschikbaar zijn. Deze groep ‘semi-werklozen’ telde 295 duizend mensen. Verder bestond het onbenut arbeidspotentieel uit 530 duizend onderbenutte deeltijdwerkers: mensen die meer uren willen werken en daarvoor binnen twee weken beschikbaar zijn.Aanvullende vragen
Martijn Souren, projectleider van het onderzoek naar onbenut arbeidspotentieel bij het CBS: ‘Werkgevers kunnen in Nederland niet genoeg mensen vinden om het werk uit te voeren. Tegelijkertijd zijn er veel mensen die misschien wel kunnen werken, maar dat niet doen. Wie zijn die mensen en waarom zijn ze niet aan het werk? Die vragen willen we beter kunnen beantwoorden door onze StatLine-tabellen uit te breiden met beschikbare gegevens en door aanvullende vragen op te nemen in de Enquête Beroepsbevolking (zie kader).’
Effectief beleid inzetten
De huidige Enquête Beroepsbevolking levert veel informatie op. Er was één tabel met achtergrondkenmerken over het onbenut arbeidspotentieel. Nu worden extra StatLine-tabellen gemaakt over de drie groepen arbeidspotentieel: werklozen, semi-werklozen en deeltijdwerkers die meer uren willen werken. Het CBS maakt een tabel over het arbeidsverleden van mensen, bijvoorbeeld hoe lang geleden mensen hebben gewerkt en in welke beroepsklasse of bedrijfstak dat was. Het statistiekbureau maakt ook een tabel over het onderwijs: welke opleidingsrichting hebben ze en volgen ze momenteel nog onderwijs. Tevens is er een tabel over gezondheid: hoe ervaren ze hun gezondheid en ervaren ze beperkingen om aan het werk te gaan. Verder wordt gewerkt aan een tabel waarin onderzocht wordt hoevéél werklozen en onderbenutte deeltijders meer zouden willen werken. Souren: ‘Als de overheid meer informatie heeft over het arbeidspotentieel en de achtergronden en beweegredenen van mensen kan effectiever beleid worden ingezet. Een deel van de mensen die op papier beschikbaar zijn voor werk volgt bijvoorbeeld nog onderwijs. Dan is die beschikbaarheid maar beperkt. Het is dus belangrijk om te weten hoe groot hun aandeel is. Een andere groep heeft wellicht omscholing nodig om aan de slag te kunnen op de huidige arbeidsmarkt.’ De nieuwe StatLine-tabellen worden elk kwartaal geactualiseerd. ‘Want niet alleen in tijden van krapte zijn de data relevant voor het beleid. Dat is ook het geval als de situatie verandert en Nederland bijvoorbeeld te maken krijgt met stijgende werkloosheid.’Vragen naar het waarom
In de uitbreiding van de Enquête Beroepsbevolking gaat het CBS dieper in op de vraag waarom mensen niet werken. Souren: ‘Willen zij bijvoorbeeld in de toekomst wel werken? Of als mensen nu niet binnen twee weken beschikbaar zijn, wanneer is dat dan wel het geval? Welke factoren beïnvloeden de keuze om in de toekomst wel of niet te gaan werken? Ook bij mensen die wel werk zoeken maar dat nog niet hebben gevonden vragen we naar de redenen. En bij mensen die aangeven dat ze meer willen werken: in welke branche dan en waarom is dat nog niet gelukt?’ De nieuwe vragenlijst voor de Enquête Beroepsbevolking is inmiddels gemaakt en getest. In juli is hij voor het eerst afgenomen. ‘Dat betekent dat we in het najaar de eerste gegevens kunnen analyseren. Daarna beslissen we welke vragen we behouden en welke gegevens we gaan publiceren.’
Financiële prikkels
Tegelijk met het onderzoek naar onbenut arbeidspotentieel vinden vier andere onderzoeken binnen het thema arbeidsmarkt plaats bij het CBS. Deze onderzoeken leveren op basis van bestaande data extra informatie op voor beleidsmakers en die zullen de komende maanden gepubliceerd worden in nieuwsberichten of maatwerktabellen op StatLine. Projectleider Marieke de Bruine: ‘Om te beginnen onderzoeken we de financiële prikkel om toe te treden tot de arbeidsmarkt vanuit een uitkeringssituatie. De armoedeval is een bekend probleem in Nederland: door het verlies van subsidies en toeslagen kun je erop achteruit gaan als je een baan accepteert. De SER stelt dat werken financieel aantrekkelijk genoeg moet zijn. Maar hoe zit dat in de praktijk? Wat ervaren mensen werkelijk als ze een baan accepteren na een periode van uitkering. Daar is nog weinig zicht op.’Vacatures in beeld
Daarnaast wordt gekeken naar vacatures. Welk soort vacatures is het vaakst onvervuld? De Bruine: ‘Het ministerie en de gemeentes hebben behoefte aan meer informatie daarover. Het ministerie wil bijvoorbeeld weten waar veel vacatures open staan waarop statushouders aan de slag zouden kunnen gaan, gemeentes willen per regio informatie over kansen en uitdagingen op de arbeidsmarkt. Als eerste stap brengen we nu de vraagkant – de vacatures dus – gedetailleerd in kaart.’ De data over vacatures werden onlangs uitgebreid dankzij de inzet van webscraping. ‘Dat biedt kansen om de vacatures ook op regionaal niveau beter in kaart te brengen’, aldus De Bruine.Spanningsmeter
Ook wil het CBS de zogenoemde arbeidsmarktspanningsmeter opnieuw gaan publiceren. Dit instrument, dat in 2019 werd stopgezet, karakteriseert de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en bepaalt in welke fase de arbeidsmarkt zich bevindt: is sprake van een gespannen, ruime, aantrekkende of afnemende arbeidsmarkt? Hierbij wordt gebruik gemaakt van de bestaande vraagindicator vacaturegraad (vacatures/banen) en de bestaande aanbodindicator werkloosheidspercentage (werkloze beroepsbevolking/beroepsbevolking). Het CBS onderzoekt of de arbeidsmarktspanningsmeter kan worden uitgebreid met een regionale component.
Mobiliteit op de arbeidsmarkt
Een laatste onderzoek richt zich op stromingen op de arbeidsmarkt. Door de krapte is de stroming toegenomen: veel vacatures in de ene sector kunnen zorgen voor bewegingen in de arbeidsmarkt, mensen wisselen vaker van baan. De Bruine: ‘De relevantie van informatie over doorstroming is bij krapte op de arbeidsmarkt dus hoger. Krapte biedt kansen aan mensen die weinig kans hadden. Maar hoe tref je als overheid maatregelen die ervoor zorgen dat werknemers op de juiste plek terecht komen? En vooral: hoe grijpen die maatregelen op elkaar in? Elk gat dat je vult, creëert immers mogelijk een probleem ergens anders.’
Thema verder uitdiepen
Hoofddirecteur Imbens benadrukt de gezamenlijke inspanning die geleverd is en die de komende maanden verder vorm krijgt. ‘We hebben aan onze teams budget beschikbaar gesteld om het thema krapte op de arbeidsmarkt verder uit te diepen. Zij hebben daar CBS-breed samen voorstellen voor ingediend die nu uitgewerkt worden. Vanwege de actualiteit van de onderwerpen zijn ze direct aan de slag gegaan. Ik vind het heel mooi om te zien dat dat nu al concrete resultaten en producten oplevert die voldoen aan de vraag die er is.’
Relevante links
- Statlinetabel - Binding met de arbeidsmarkt; onderwijs
- Statlinetabel - Binding met de arbeidsmarkt; gezondheid
- Dashboard beroepsbevolking - Gezocht, niet beschikbaar
- Privacyregels CBS - Privacy