Van trainee tot big data expert
Kneepjes van het vak
Confurius is geboren en getogen in Gabon. Toen ze 16 jaar was verhuisde ze naar Frankrijk. Daar studeerde ze af aan de prestigieuze landbouwuniversiteit in Clermont-Ferrand. ‘Wiskunde, biologie en natuurkunde waren in die studie belangrijke vakken. Dat was mijn basis toen ik naar Nederland kwam, waar mijn partner woonde en werkte.’ Van 2002-2003 was Confurius trainee bij het CBS en leerde daar de fijne kneepjes van het statistiekvak: ‘Ik verrichtte onderzoek bij drie verschillende afdelingen van het CBS: communicatie, landbouw en zorg. Daardoor kreeg ik een breed beeld van wat mogelijk is met statistiek.’
Maatschappelijk relevant
Na de traineeperiode kreeg Confurius bij het statistiekbureau een baan als statistisch onderzoeker. Daar deed ze ervaring op met het koppelen van bestanden en data-analyse. In 2007 vertrok ze met haar echtgenoot naar Gabon, waar hij werd gestationeerd voor zijn werk. Zelf ging ze aan de slag bij het Franse olie- en gasconcern Total. Ook gaf ze wiskundeles. Omdat de politieke situatie in Gabon onveilig werd, kwam ze na 3 jaar met haar gezin terug naar Nederland en beraadde zich op haar loopbaan. ‘Mijn hart heeft altijd bij het onderzoek gelegen. Daarnaast wil ik iets doen dat maatschappelijk relevant is. Ik besloot te promoveren op een onderzoek naar migranten uit de Afrikaanse sub-Sahara op de Nederlandse arbeidsmarkt.’
Eerste publicatie
Voor haar promotieonderzoek kwam Confurius weer bij het CBS terecht. ‘Via remote access (op basis van microdata van het CBS onder strikte voorwaarden onderzoek doen in een streng beveiligde omgeving, red.) kreeg ik toegang tot het Stelsel van Sociaal-statistische Bestanden (SSB) van het CBS. Aan de hand van wel 60 bestanden over onder andere banen, lonen en migranten heb ik na ruim anderhalf jaar een bestand kunnen maken dat de basis vormt voor mijn onderzoek. Het was wel pionierswerk, want het onderwerp was nog niet eerder onderzocht.’ Over het resultaat is ze erg tevreden. Inmiddels heeft ze ook haar eerste artikel gepubliceerd in het wetenschappelijke ‘Journal of Ethnic and Migration Studies’. Het tweede artikel volgt binnenkort.
‘De expertise van mijn bedrijf ligt op het gebied van de arbeidsmarktproblematiek’
Eigen big data bedrijf
In 2017 richtte Confurius haar eigen big data bedrijf op. ‘Ik wilde geen standaard loopbaan, maar mijn kennis en expertise verder inzetten voor de maatschappij. Ik kom niet uit een ondernemersfamilie, maar dit eigen bedrijf biedt me de mogelijkheid mijn kennis over data-analyse en data science verder uit te diepen.’ Haar bedrijf loopt goed: het verricht opdrachten voor de overheid en werkt samen met bedrijven als SMIT Legal en City Solutions. ‘De expertise van mijn bedrijf ligt op het gebied van de arbeidsmarktproblematiek. Wij bieden een unieke methode om werkloosheidsproblemen op te lossen door nog onbenutte arbeidskrachten op de arbeidsmarkt zichtbaar te maken voor bedrijven. Daarbij maken we gebruik van data science. We gaan bijvoorbeeld de vacatures in het UWV-portaal proberen te matchen met werkzoekende migranten met een technische achtergrond. Ik wil onzichtbaar talent zichtbaar maken.’
Big data voor Afrika
In diverse delen van de wereld worden big data volop benut. Maar hoe zit het met het gebruik van big data in het werelddeel waar Confurius is opgegroeid? ‘Big data worden in Afrika vooral ingezet door banken en mobiele telefoniebedrijven. De overheid heeft op dit gebied nog onvoldoende kennis.’ Volgens Confurius zouden big data een belangrijke rol kunnen spelen in Afrika op het gebied van de landbouw en de arbeidsmarkt. ‘De bevolkingsgroei neemt explosief toe. Hoe moeten we al die mensen voeden? Met behulp van sensoren in de landbouw is het mogelijk om de weersomstandigheden met meer precisie te meten. Wanneer deze gegevens worden gekoppeld aan bijvoorbeeld bodeminformatie kunnen de boeren nauwkeuriger interveniëren. Dit kan zorgen voor hogere opbrengsten. Daarnaast zijn in Afrika 200 miljoen mensen in de leeftijdscategorie 15-24 jaar werkloos. Met de inzet van big data is het mogelijk om deze arbeidskrachten beter te kwantificeren en beschrijven. Daardoor kan de afstand tussen werkzoekenden en werkgevers worden verkleind.’