Grote ondernemingen in beeld binnen Europa
Kwaliteit van de cijfers
Grote ondernemingen leveren voor veel belangrijke economische statistieken van het CBS gegevens door het invullen van vragenlijsten. De globalisering van de economie is de afgelopen decennia echter fors toegenomen. Informatie daarover was moeilijk in de traditionele vragenlijsten te vangen en lastig te verwerken bij het samenstellen van de Nationale Rekeningen. Het ConGO-team ontwikkelde daarom samen met de afdeling Nationale Rekeningen een applicatie waarmee relevante data uit financiële statistieken (onder andere omzet, loonkosten, bedrijfsresultaat, import, export, etc.) snel vergeleken konden worden. Daarnaast werd ingezet op relatiemanagement. De concerncoördinatoren van het CBS bezochten de ondernemingen en bespraken de data en hun samenhang voor een juiste vertaling in de statistieken. De kwaliteit van de data verbeterde hierdoor aanzienlijk, waardoor ook de aansluiting op de Nationale Rekeningen beter werd.
Training
Dries Butink (concerncoördinator) en Ken Arentsen (plaatsvervangend hoofd ConGO) waren namens het CBS nauw betrokken bij dit proces. ‘Andere Europese landen zijn al meerdere jaren geïnteresseerd in hoe wij de cijfers van de grootste ondernemingen consistent maken. Bij Eurostat hebben wij presentaties hierover gegeven, maar andere landen gaven aan dat de stap van de theorie naar de praktijk lastig is. Traditioneel zijn statistiekbureaus georganiseerd in ‘kokers’ per statistiek, wij kijken daar nu juist overheen.’ Het Europese statistiekbureau Eurostat stelde aan landen die hun kennis en ervaring willen overdragen aan andere Europese statistische bureaus subsidie ter beschikking. Het CBS kwam vanwege zijn jarenlange specifiek opgebouwde kennis over grote ondernemingen hiervoor in aanmerking. Butink: ‘Dit project gaat verder dan de theorie. Landen krijgen van ons een praktijkadvies, afhankelijk van hun eigen concrete situatie.’
‘Dit project gaat verder dan de theorie. Landen krijgen van ons een praktijkadvies’
Ervaringen
Butink en zijn collega’s zijn in februari van dit jaar bij Eurostat in Luxemburg geweest met de Zweedse, Deense en Ierse collega’s om de trainingsopzet te bespreken. Butink: ‘Vervolgens hebben wij eind april een training bij het centrale Duitse statistiekbureau Destatis in Wiesbaden verzorgd. Voorafgaand hebben zij een vragenlijst ontvangen, zodat we een beeld konden krijgen van de bestaande situatie zoals de organisatiestructuur, huidige werkwijze, aanwezige data, personeel en hun wensen. Van daaruit planden we interviews met specialisten van bepaalde statistieken en op basis van deze informatie hebben we presentaties voorbereid.’ Volgens Arentsen is de situatie in Duitsland complex doordat het statistiekbureau grotendeels decentraal is georganiseerd. ‘In ons advies hebben we de nadruk gelegd op specifieke datachecks die men nu al kan doen en die een goede basis vormen voor het consistent maken van de gegevens. Ook moet inzichtelijk worden wat er met de data gebeurt na inzending, bijvoorbeeld op het gebied van bewerking. Het CBS adviseerde verder een tool te ontwikkelen, waardoor de data uit allerlei statistische systemen niet meer handmatig opgehaald hoeven te worden om checks te doen op de relevante data. Zo’n tool die automatisch data ophaalt, bespaart veel tijd.’
Praktijkcasussen
Momenteel bezoeken de Zweedse collega’s het Hongaarse statistiekbureau om er een training te geven. De Denen en Ieren verzorgen in de loop van dit jaar een sessie in Griekenland en Litouwen. Begin 2020 is het CBS te gast bij het Belgische statistiekbureau om zijn kennis en ervaring te delen. In datzelfde jaar wordt ook een vervolgtraining voor deze landen georganiseerd, waarin diverse praktijkcasussen aan de orde komen. ‘We delen graag onze kennis en expertise en hopen dan ook dat dit project van Eurostat komende jaren een structureel vervolg krijgt’, besluit Butink.