CBS-hoogleraar onderzoekt invloed stad op levensloop

/ Auteur: Masja de Ree
Wat is de invloed van de nabijheid van familie in de grote stad? En hoe vergaat het vrouwen die van het platteland naar stedelijk gebied verhuizen? Deze en andere vragen vormen het onderzoeksgebied van Marjolijn Das. De CBS-onderzoeker is op 6 april jl. benoemd tot bijzonder hoogleraar Urban Statistics bij de Erasmus Universiteit, binnen het Leiden-Delft-Erasmus Centre for BOLD Cities.

Verstedelijking

‘Steeds meer mensen wonen in steden’, zegt Marjolijn Das. ‘Beleidsmakers willen graag weten hoe het deze mensen vergaat en welke groepen kwetsbaar zijn.’ Het Leiden-Delft-Erasmus Centre for BOLD Cities zet Big, Open en Linked Data in bij wetenschappelijk onderzoek over steden en stedelijke vraagstukken. ‘Het CBS heeft veel grote datasets beschikbaar en veel expertise op dit gebied.’ Das gaat de databronnen van het CBS inzetten om de levenslopen en familienetwerken van stadsbewoners beter in kaart te brengen.

Sociale netwerken

Het onderzoek van Das richt zich op sociale netwerken in de stad, met name familienetwerken. ‘Die netwerken kunnen we bij het CBS op basis van ons Stelsel van Sociaal-statistische Bestanden (SSB) goed in kaart brengen. We weten uit nationaal en internationaal onderzoek - bijvoorbeeld op basis van de Netherlands Kinship Panel Study - dat familie elkaar steunt en helpt. Door de verstedelijking woont familie echter vaak verder bij elkaar vandaan dan vroeger. Zijn stedelingen daardoor kwetsbaarder als ze mantelzorg nodig hebben? Voor gemeenten is dergelijke informatie van belang nu ze vanuit de Wet Maatschappelijk Ondersteuning (WMO) verantwoordelijk zijn voor de hulp aan inwoners die onvoldoende zelfredzaam zijn. Ook willen we onderzoeken of de nabijheid van familie een gunstige invloed heeft op de betrokkenen. Ondervinden kleinkinderen bijvoorbeeld voordelen van de nabijheid van grootouders?’

‘Het CBS is een kennisinstituut. Sterke banden met universiteiten zijn voor ons belangrijk’

Relatievorming in de stad

Das doet ook onderzoek naar de levensloop van mensen in steden. Samen met UvA-onderzoekers, waaronder collega en bijzonder hoogleraar Jan Latten, kijkt ze bijvoorbeeld naar plattelandsvrouwen die naar de stad trekken en daar hun leven opbouwen. ‘De stad werkt als een magneet, omdat de stad veel mogelijkheden biedt op het gebied van opleiding en werk. In ons onderzoek zien we dat de stad een relatiemarkt kan zijn. Plattelandsvrouwen die in de stad wonen hebben op de leeftijd van 45 jaar vaker een hoogopgeleide partner dan vrouwen die op het platteland zijn blijven wonen. Dit geldt voor laag- en hoogopgeleide vrouwen. En het beeld van Sex and the City - hoogopgeleide single vrouwen in de stad - klopt niet: het zijn niet de hoogopgeleide vrouwen maar juist de lager opgeleide dames die in de grote stad vaker single zijn dan elders.’

Kruisbestuiving

Das ziet uit naar de samenwerking die haar hoogleraarschap aan de EUR met zich meebrengt. ‘Het CBS is een kennisinstituut. Sterke banden met universiteiten zijn voor ons belangrijk, want diepgaande wetenschappelijk inhoudelijke kennis levert betere statistieken op.’ De universiteit profiteert op haar beurt van de praktische en methodologische kennis van het CBS op het gebied van grote datasets, bijvoorbeeld in het onlangs opgerichte Center for Big Data Statistics van het CBS. ‘Deze leerstoel bundelt de expertises en netwerken van het Centre for BOLD Cities en het CBS. Uit die kruisbestuiving kan veel moois voortkomen.’

Het Centre for BOLD Cities, dat van start ging in 2016, zet data-onderzoek in om bij te dragen aan oplossingen voor stedelijke vraagstukken. Het perspectief van de stadsbewoner staat hierbij centraal. De sterk verstedelijkte regio Rotterdam/Den Haag vormt zowel living lab als samenwerkingsverband. Onderwerpen van studie en samenwerking zijn: verkeersstromen, de kwaliteit van scholen in verschillende buurten, interactie tussen burgers, vestigingskansen voor ondernemers, energieverbruik en luchtkwaliteit.