De kunst van het leidinggeven

/ Auteur: Jaap van Sandijk
Hij heeft het stempel van managementgoeroe, maar ziet zichzelf vooral als docent en schrijver. Ben Tiggelaar, gespecialiseerd in leiderschap en gedragsverandering, vindt het ‘ontzettend spannend’ om mensen vooruit te helpen.

Impact

Tiggelaar geeft geen vaardigheidstrainingen. De seminars en lezingen die hij verzorgt, draaien om nieuwe inzichten die mensen helpen vooruit te komen. ‘Niet per se op de maatschappelijke ladder, maar vooral bij het krijgen van een helder beeld van de impact die je hebt op een ander.’ Hiervoor combineert hij wetenschappelijke inzichten uit de psychologie met bedrijfskunde. ‘Reflecteren op wat je al doet en weet, kan heel krachtig zijn.’ Veel leidinggevenden zijn zich volgens Tiggelaar niet bewust van hun enorme impact op hun medewerkers. ‘Dat geldt voor alles wat je doet, maar ook voor alles dat je nalaat in je werk. Leidinggevende zijn is een ongelooflijk moeilijk vak, met een zware verantwoordelijkheid. Leidinggevenden hebben grote invloed op beleving, arbeidsvreugde en het levensgeluk van hun medewerkers.’

Kritiek

Triest voorbeeld van die impact op medewerkers is volgens Tiggelaar de zelfmoord van beleidsmedewerker Arthur Gotlieb, die wantoestanden bij de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) aan het licht bracht. ‘Gotlieb had te maken met een paar managers die hem er hoe dan ook uit wilden werken’, aldus Tiggelaar. ‘Maar ook met managers die de wantoestanden wel zagen, maar er niets aan deden.’ De managementgoeroe denkt dat veel medewerkers zich wel twee keer bedenken voordat ze kritiek leveren op het management. ‘Voor hen is de algemene les: als het een verloren strijd is, moet je opgeven en iets anders gaan doen.’ Leidt dat niet tot de conclusie dat het dus beter is om je mond te houden? ‘Je zou bijna zeggen van wel’, concludeert Tiggelaar. ‘Iemand ergens op aanspreken, is voor mensen die lager in de hiërarchie staan nog altijd een groot risico. Als bedrijf moet je hiervoor duidelijke, anonieme procedures creëren. Op die manier zijn er geen repercussies voor degene die de kritiek levert. Bij kritiek is de eerste vraag immers altijd: wie heeft dat gezegd?’

‘Leidinggevende zijn is een ongelooflijk moeilijk vak’

Klokkenluiders

De meeste bedrijven hebben volgens Tiggelaar hun zaken rondom vertrouwenspersonen en vertrouwensprocedures slecht geregeld. ‘Er is nu een wet voor klokkenluiders. Maar dat is veel te laat, dan zit je al aan het eind van de procedure. Het is veel nuttiger als medewerkers in het begin van een traject aan de bel kunnen trekken. Zo kan de manager zonder gezichtsverlies dingen terugdraaien.’ De kunst van het leidinggeven is volgens Tiggelaar anderen goed te laten functioneren. ‘Een leidinggevende moet minimaal oprecht geïnteresseerd zijn in mensen. Hij moet er lol in hebben andere mensen te laten stralen. Anders moet je niet kiezen voor die functie, want een medewerker wil aandacht van zijn leidinggevende. Hij hoort graag vragen als: hoe ging het of kan ik je ergens mee helpen? Daarom moet een leidinggevende van elke medewerker weten waar deze staat in zijn werk, hoe het thuis gaat en wat er nodig is om hem nóg beter te laten functioneren.’

Motivatiebronnen

Tiggelaar noemt verschillende motivatiebronnen die je als leidinggevende kunt aanboren. Drie belangrijke zijn: autonomie, feedback en efficacy (waargenomen eigen competentie, red.). ‘Autonomie motiveert mensen’, licht hij toe. ‘Dicteer medewerkers niet wat er moet gebeuren. Stel vragen en spreek ze aan op hun autonome motivatie. Organiseer dat medewerkers feedback kunnen ervaren en dat de progressie van hun werk zichtbaar wordt. Dat kan bijvoorbeeld in de vorm van intervisie. Efficacy draait om de inschatting die medewerkers maken van hun eigen competenties. Ze kunnen bijvoorbeeld best klaar zijn voor een volgende stap in hun werk, maar geloven dat zelf misschien nog niet. De kunst is dan deze medewerkers te helpen in de vorm van een veilige trainingssituatie, een opleiding of door ze mee te laten lopen met een collega. Op die manier gaan ze beter zien wat ze in hun mars hebben.’

Totale plaatje

Tiggelaar raadpleegt regelmatig de statistieken van CBS. ‘Vooral de statistieken die over werk gaan. Maar ook de cijfers over bedrijven en consumentenbestedingen hebben mijn speciale belangstelling. Als het over economie gaat, kijken veel journalisten alleen naar de grote bedrijven en de AEX. Flauwekul, want dat is niet ‘de’ economie. Het leeuwendeel van de mensen werkt in het midden- en kleinbedrijf. Daarom kijk ik graag naar het totale plaatje van CBS. De cijfers van CBS laten je zien wat zich écht afspeelt in Nederland.’ Tiggelaar gebruikt CBS-informatie zowel voor zijn columns als voor zijn trainingen, lezingen en seminars. ‘Er wordt in de trainingswereld veel onzin verkocht. En het is ook niet makkelijk om alle vraagstukken op het gebied van management en ondernemerschap ‘evidence based’ te benaderen. Ik streef er wel naar. En als je zo wilt werken, kun je niet om CBS heen.’