Arbeidsinkomensquote; bedrijfstak, nationale rekeningen
| Bedrijfstakken branches (SBI 2008) | Perioden | Arbeidsinkomensquote (%) | Toegerekend arbeidsinkomen (mln euro) |
|---|---|---|---|
| A-U Alle economische activiteiten | 2023* | 71,1 | 77.687 |
| A Landbouw, bosbouw en visserij | 2023* | 72,0 | 5.365 |
| B Delfstoffenwinning | 2023* | 12,1 | 21 |
| B-E Nijverheid (geen bouw) en energie | 2023* | 52,5 | 5.713 |
| C Industrie | 2023* | 57,4 | 4.363 |
| D Energievoorziening | 2023* | 37,5 | 1.299 |
| E Waterbedrijven en afvalbeheer | 2023* | 67,8 | 30 |
| F Bouwnijverheid | 2023* | 78,0 | 11.980 |
| G-I Handel, vervoer en horeca | 2023* | 67,5 | 16.800 |
| G Handel | 2023* | 61,7 | 9.669 |
| H Vervoer en opslag | 2023* | 76,6 | 2.093 |
| I Horeca | 2023* | 87,8 | 5.038 |
| J Informatie en communicatie | 2023* | 79,9 | 3.311 |
| K Financiële dienstverlening | 2023* | 52,9 | 523 |
| L Verhuur en handel van onroerend goed | 2023* | 4,5 | -3.236 |
| M-N Zakelijke dienstverlening | 2023* | 72,4 | 17.964 |
| M Specialistische zakelijke diensten | 2023* | 74,8 | 13.036 |
| N Verhuur en overige zakelijke diensten | 2023* | 69,1 | 4.928 |
| O-Q Overheid en zorg | 2023* | 99,8 | 13.414 |
| O Openbaar bestuur en overheidsdiensten | 2023* | 100,0 | 0 |
| P Onderwijs | 2023* | 100,1 | 2.644 |
| Q Gezondheids- en welzijnszorg | 2023* | 99,6 | 10.770 |
| R-U Cultuur, recreatie, overige diensten | 2023* | 88,8 | 5.853 |
| R Cultuur, sport en recreatie | 2023* | 76,3 | 2.282 |
| S Overige dienstverlening | 2023* | 101,0 | 3.571 |
| T Huishoudens | 2023* | 100,0 | 0 |
| U Extraterritoriale organisaties | 2023* | 0,0 | 0 |
| 68A Toeger. huurwaarde eigen woningbezit | 2023* | 0,0 | 0 |
| 68B Exploitatie o.g. excl. woningbezit | 2023* | 14,2 | -3.236 |
| A-U (excl. O en P) | 2023* | 67,6 | 75.043 |
| A-U (excl. B, K, L, O, P en Q) | 2023* | 69,0 | 66.965 |
| Bron: CBS. | |||
Tabeltoelichting
Deze tabel bevat gegevens over de arbeidsinkomensquote en de componenten waarmee deze wordt berekend. De arbeidsinkomensquote is een maatstaf voor de verdeling van het verdiende inkomen over aanbieders van arbeid (werknemers en zelfstandigen) en kapitaalverstrekkers.
Gegevens beschikbaar vanaf 1995.
Status van de cijfers:
De gegevens van 1995 tot en met 2021 zijn definitief. De gegevens over 2022 en 2023 zijn voorlopig.
Wijzigingen per 24 juni 2024:
Dit is een nieuwe tabel.
Het Centraal Bureau voor de Statistiek heeft onlangs de nationale rekeningen gereviseerd. Daarbij worden nieuwe bronnen, methoden en concepten doorgevoerd in de nationale rekeningen, zodat het beeld van de Nederlandse economie weer optimaal aansluit bij alle onderliggende statistieken, bronnen en internationale richtlijnen voor het samenstellen van de nationale rekeningen. Deze tabel geeft de cijfers na revisie weer. Voor meer informatie zie paragraaf 3.
Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Na afloop van het verslagjaar worden na zes maanden voorlopige cijfers gepubliceerd. Na 18 maanden worden de definitieve cijfers gepubliceerd.
Toelichting onderwerpen
- Arbeidsinkomensquote
- Het aandeel van de beloning van arbeid (werknemers en zelfstandigen) in het totale verdiende inkomen van een land.
- Toegerekend arbeidsinkomen
- De beloning van arbeid die door zelfstandigen wordt verricht. Deze wordt gelijk gesteld aan het netto gemengd inkomen. Dit is totaal van de beloning van arbeid, de vergoeding van kapitaalgebruik en de beloning van ondernemerschap van zelfstandigen.