Gezondheid en zorggebruik; geslacht, leeftijd, persoonskenmerken

Gezondheid en zorggebruik; geslacht, leeftijd, persoonskenmerken

Geslacht Leeftijd Kenmerken van personen Marges Perioden Ervaren gezondheid: goed of zeer goed (%) Mental Health Inventory (MHI-5),12 plus Angst- of depressiegevoelens, afg 4 wk (%) Medische contacten Contact met huisarts Personen met minimaal 1 contact (%)
Mannen Totaal Totaal Waarde 2020/2021 82,9 36,3 57,7
Mannen Totaal Totaal Waarde 2022/2023 79,6 37,5 60,9
Mannen Totaal Onderwijsniveau: laag Waarde 2020/2021 65,4 40,5 67,5
Mannen Totaal Onderwijsniveau: laag Waarde 2022/2023 63,0 43,8 68,2
Mannen Totaal Onderwijsniveau: middelbaar Waarde 2020/2021 79,1 34,4 59,9
Mannen Totaal Onderwijsniveau: middelbaar Waarde 2022/2023 75,6 35,8 63,8
Mannen Totaal Onderwijsniveau: hoog Waarde 2020/2021 86,7 33,9 58,7
Mannen Totaal Onderwijsniveau: hoog Waarde 2022/2023 81,2 35,5 59,2
Mannen Totaal Onderwijsniveau: onbekend Waarde 2020/2021 67,1 48,4 65,2
Mannen Totaal Onderwijsniveau: onbekend Waarde 2022/2023 55,5 50,0 54,7
Mannen Totaal Gestandaardiseerd inkomen: 1e 20%-groep Waarde 2020/2021 72,2 54,2 63,0
Mannen Totaal Gestandaardiseerd inkomen: 1e 20%-groep Waarde 2022/2023 68,3 51,4 63,4
Mannen Totaal Gestandaardiseerd inkomen: 2e 20%-groep Waarde 2020/2021 74,5 39,5 62,0
Mannen Totaal Gestandaardiseerd inkomen: 2e 20%-groep Waarde 2022/2023 70,6 42,9 63,6
Mannen Totaal Gestandaardiseerd inkomen: 3e 20%-groep Waarde 2020/2021 83,5 34,4 57,3
Mannen Totaal Gestandaardiseerd inkomen: 3e 20%-groep Waarde 2022/2023 81,0 35,8 60,3
Mannen Totaal Gestandaardiseerd inkomen: 4e 20%-groep Waarde 2020/2021 86,8 32,9 55,8
Mannen Totaal Gestandaardiseerd inkomen: 4e 20%-groep Waarde 2022/2023 84,1 31,8 60,5
Mannen Totaal Gestandaardiseerd inkomen: 5e 20%-groep Waarde 2020/2021 90,3 28,0 54,3
Mannen Totaal Gestandaardiseerd inkomen: 5e 20%-groep Waarde 2022/2023 86,5 27,7 59,6
Mannen 25 tot 45 jaar Totaal Waarde 2020/2021 87,4 40,2 54,0
Mannen 25 tot 45 jaar Totaal Waarde 2022/2023 83,9 44,6 54,8
Mannen 25 tot 45 jaar Onderwijsniveau: laag Waarde 2020/2021 79,2 45,1 56,8
Mannen 25 tot 45 jaar Onderwijsniveau: laag Waarde 2022/2023 76,9 53,0 57,9
Mannen 25 tot 45 jaar Onderwijsniveau: middelbaar Waarde 2020/2021 85,7 38,5 54,4
Mannen 25 tot 45 jaar Onderwijsniveau: middelbaar Waarde 2022/2023 83,1 43,6 58,0
Mannen 25 tot 45 jaar Onderwijsniveau: hoog Waarde 2020/2021 91,0 38,9 53,9
Mannen 25 tot 45 jaar Onderwijsniveau: hoog Waarde 2022/2023 87,5 42,3 52,0
Mannen 25 tot 45 jaar Onderwijsniveau: onbekend Waarde 2020/2021 . . .
Mannen 25 tot 45 jaar Onderwijsniveau: onbekend Waarde 2022/2023 . . .
Mannen 25 tot 45 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 1e 20%-groep Waarde 2020/2021 79,4 61,9 61,8
Mannen 25 tot 45 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 1e 20%-groep Waarde 2022/2023 71,1 56,8 57,2
Mannen 25 tot 45 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 2e 20%-groep Waarde 2020/2021 81,1 46,0 55,6
Mannen 25 tot 45 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 2e 20%-groep Waarde 2022/2023 82,1 50,9 56,1
Mannen 25 tot 45 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 3e 20%-groep Waarde 2020/2021 88,6 38,6 51,2
Mannen 25 tot 45 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 3e 20%-groep Waarde 2022/2023 85,2 41,8 53,6
Mannen 25 tot 45 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 4e 20%-groep Waarde 2020/2021 90,4 35,2 53,5
Mannen 25 tot 45 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 4e 20%-groep Waarde 2022/2023 87,1 37,6 54,9
Mannen 25 tot 45 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 5e 20%-groep Waarde 2020/2021 92,3 28,8 51,8
Mannen 25 tot 45 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 5e 20%-groep Waarde 2022/2023 90,0 36,3 55,2
Mannen 45 tot 65 jaar Totaal Waarde 2020/2021 76,9 35,3 61,0
Mannen 45 tot 65 jaar Totaal Waarde 2022/2023 72,8 35,9 63,9
Mannen 45 tot 65 jaar Onderwijsniveau: laag Waarde 2020/2021 62,2 43,8 68,1
Mannen 45 tot 65 jaar Onderwijsniveau: laag Waarde 2022/2023 59,3 44,4 70,9
Mannen 45 tot 65 jaar Onderwijsniveau: middelbaar Waarde 2020/2021 78,4 32,9 59,3
Mannen 45 tot 65 jaar Onderwijsniveau: middelbaar Waarde 2022/2023 75,8 32,3 63,6
Mannen 45 tot 65 jaar Onderwijsniveau: hoog Waarde 2020/2021 85,8 31,3 56,6
Mannen 45 tot 65 jaar Onderwijsniveau: hoog Waarde 2022/2023 78,6 33,4 60,4
Mannen 45 tot 65 jaar Onderwijsniveau: onbekend Waarde 2020/2021 . . .
Mannen 45 tot 65 jaar Onderwijsniveau: onbekend Waarde 2022/2023 . . .
Mannen 45 tot 65 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 1e 20%-groep Waarde 2020/2021 46,8 62,9 71,7
Mannen 45 tot 65 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 1e 20%-groep Waarde 2022/2023 43,6 68,1 71,3
Mannen 45 tot 65 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 2e 20%-groep Waarde 2020/2021 62,7 48,0 66,4
Mannen 45 tot 65 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 2e 20%-groep Waarde 2022/2023 58,7 45,5 68,2
Mannen 45 tot 65 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 3e 20%-groep Waarde 2020/2021 77,8 34,9 62,8
Mannen 45 tot 65 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 3e 20%-groep Waarde 2022/2023 75,7 36,2 63,0
Mannen 45 tot 65 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 4e 20%-groep Waarde 2020/2021 83,2 29,9 57,6
Mannen 45 tot 65 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 4e 20%-groep Waarde 2022/2023 78,1 29,5 62,9
Mannen 45 tot 65 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 5e 20%-groep Waarde 2020/2021 87,3 25,6 56,8
Mannen 45 tot 65 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 5e 20%-groep Waarde 2022/2023 82,6 23,8 61,5
Mannen 65 jaar of ouder Totaal Waarde 2020/2021 69,4 31,1 71,8
Mannen 65 jaar of ouder Totaal Waarde 2022/2023 64,8 31,0 72,0
Mannen 65 jaar of ouder Onderwijsniveau: laag Waarde 2020/2021 61,6 35,0 72,3
Mannen 65 jaar of ouder Onderwijsniveau: laag Waarde 2022/2023 57,8 37,4 72,1
Mannen 65 jaar of ouder Onderwijsniveau: middelbaar Waarde 2020/2021 70,4 30,6 69,3
Mannen 65 jaar of ouder Onderwijsniveau: middelbaar Waarde 2022/2023 65,0 30,3 72,2
Mannen 65 jaar of ouder Onderwijsniveau: hoog Waarde 2020/2021 78,3 27,2 74,7
Mannen 65 jaar of ouder Onderwijsniveau: hoog Waarde 2022/2023 73,0 25,2 72,2
Mannen 65 jaar of ouder Onderwijsniveau: onbekend Waarde 2020/2021 . . .
Mannen 65 jaar of ouder Onderwijsniveau: onbekend Waarde 2022/2023 . . .
Mannen 65 jaar of ouder Gestandaardiseerd inkomen: 1e 20%-groep Waarde 2020/2021 56,3 39,4 68,9
Mannen 65 jaar of ouder Gestandaardiseerd inkomen: 1e 20%-groep Waarde 2022/2023 52,8 35,6 76,0
Mannen 65 jaar of ouder Gestandaardiseerd inkomen: 2e 20%-groep Waarde 2020/2021 63,0 33,2 73,4
Mannen 65 jaar of ouder Gestandaardiseerd inkomen: 2e 20%-groep Waarde 2022/2023 56,1 37,7 72,5
Mannen 65 jaar of ouder Gestandaardiseerd inkomen: 3e 20%-groep Waarde 2020/2021 68,9 28,8 73,5
Mannen 65 jaar of ouder Gestandaardiseerd inkomen: 3e 20%-groep Waarde 2022/2023 67,1 31,1 69,9
Mannen 65 jaar of ouder Gestandaardiseerd inkomen: 4e 20%-groep Waarde 2020/2021 75,4 31,1 69,6
Mannen 65 jaar of ouder Gestandaardiseerd inkomen: 4e 20%-groep Waarde 2022/2023 72,6 23,5 70,8
Mannen 65 jaar of ouder Gestandaardiseerd inkomen: 5e 20%-groep Waarde 2020/2021 83,3 24,6 71,4
Mannen 65 jaar of ouder Gestandaardiseerd inkomen: 5e 20%-groep Waarde 2022/2023 74,8 23,1 72,0
Vrouwen Totaal Totaal Waarde 2020/2021 79,1 47,6 69,2
Vrouwen Totaal Totaal Waarde 2022/2023 75,2 48,9 70,5
Vrouwen Totaal Onderwijsniveau: laag Waarde 2020/2021 62,4 48,6 74,8
Vrouwen Totaal Onderwijsniveau: laag Waarde 2022/2023 54,7 51,1 77,1
Vrouwen Totaal Onderwijsniveau: middelbaar Waarde 2020/2021 76,1 43,9 73,0
Vrouwen Totaal Onderwijsniveau: middelbaar Waarde 2022/2023 70,9 43,8 75,5
Vrouwen Totaal Onderwijsniveau: hoog Waarde 2020/2021 82,7 45,7 71,6
Vrouwen Totaal Onderwijsniveau: hoog Waarde 2022/2023 80,8 45,9 69,5
Vrouwen Totaal Onderwijsniveau: onbekend Waarde 2020/2021 57,7 52,5 72,0
Vrouwen Totaal Onderwijsniveau: onbekend Waarde 2022/2023 50,2 61,4 64,9
Vrouwen Totaal Gestandaardiseerd inkomen: 1e 20%-groep Waarde 2020/2021 67,3 59,4 73,0
Vrouwen Totaal Gestandaardiseerd inkomen: 1e 20%-groep Waarde 2022/2023 60,9 64,7 73,4
Vrouwen Totaal Gestandaardiseerd inkomen: 2e 20%-groep Waarde 2020/2021 73,5 51,0 72,0
Vrouwen Totaal Gestandaardiseerd inkomen: 2e 20%-groep Waarde 2022/2023 67,8 49,5 72,7
Vrouwen Totaal Gestandaardiseerd inkomen: 3e 20%-groep Waarde 2020/2021 80,5 46,0 69,2
Vrouwen Totaal Gestandaardiseerd inkomen: 3e 20%-groep Waarde 2022/2023 76,4 44,4 70,3
Vrouwen Totaal Gestandaardiseerd inkomen: 4e 20%-groep Waarde 2020/2021 83,1 43,9 67,2
Vrouwen Totaal Gestandaardiseerd inkomen: 4e 20%-groep Waarde 2022/2023 81,4 46,8 69,5
Vrouwen Totaal Gestandaardiseerd inkomen: 5e 20%-groep Waarde 2020/2021 87,3 40,0 66,0
Vrouwen Totaal Gestandaardiseerd inkomen: 5e 20%-groep Waarde 2022/2023 84,8 39,3 67,7
Vrouwen 25 tot 45 jaar Totaal Waarde 2020/2021 81,2 50,9 72,8
Vrouwen 25 tot 45 jaar Totaal Waarde 2022/2023 78,7 50,4 73,1
Vrouwen 25 tot 45 jaar Onderwijsniveau: laag Waarde 2020/2021 65,0 57,3 73,2
Vrouwen 25 tot 45 jaar Onderwijsniveau: laag Waarde 2022/2023 63,7 55,8 78,9
Vrouwen 25 tot 45 jaar Onderwijsniveau: middelbaar Waarde 2020/2021 77,7 51,4 74,9
Vrouwen 25 tot 45 jaar Onderwijsniveau: middelbaar Waarde 2022/2023 74,6 50,2 77,3
Vrouwen 25 tot 45 jaar Onderwijsniveau: hoog Waarde 2020/2021 87,4 48,8 71,6
Vrouwen 25 tot 45 jaar Onderwijsniveau: hoog Waarde 2022/2023 84,7 48,8 70,1
Vrouwen 25 tot 45 jaar Onderwijsniveau: onbekend Waarde 2020/2021 . . .
Vrouwen 25 tot 45 jaar Onderwijsniveau: onbekend Waarde 2022/2023 . . .
Vrouwen 25 tot 45 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 1e 20%-groep Waarde 2020/2021 64,2 65,4 79,9
Vrouwen 25 tot 45 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 1e 20%-groep Waarde 2022/2023 66,7 66,7 75,4
Vrouwen 25 tot 45 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 2e 20%-groep Waarde 2020/2021 76,6 55,2 75,5
Vrouwen 25 tot 45 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 2e 20%-groep Waarde 2022/2023 74,2 48,7 75,4
Vrouwen 25 tot 45 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 3e 20%-groep Waarde 2020/2021 81,3 49,1 71,7
Vrouwen 25 tot 45 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 3e 20%-groep Waarde 2022/2023 78,7 44,5 73,3
Vrouwen 25 tot 45 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 4e 20%-groep Waarde 2020/2021 87,8 43,6 68,0
Vrouwen 25 tot 45 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 4e 20%-groep Waarde 2022/2023 81,9 47,9 74,5
Vrouwen 25 tot 45 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 5e 20%-groep Waarde 2020/2021 90,6 44,4 71,7
Vrouwen 25 tot 45 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 5e 20%-groep Waarde 2022/2023 89,4 38,2 67,8
Vrouwen 45 tot 65 jaar Totaal Waarde 2020/2021 74,2 43,3 70,7
Vrouwen 45 tot 65 jaar Totaal Waarde 2022/2023 68,6 46,1 71,5
Vrouwen 45 tot 65 jaar Onderwijsniveau: laag Waarde 2020/2021 62,7 46,1 72,8
Vrouwen 45 tot 65 jaar Onderwijsniveau: laag Waarde 2022/2023 50,1 57,4 75,7
Vrouwen 45 tot 65 jaar Onderwijsniveau: middelbaar Waarde 2020/2021 78,4 40,8 70,2
Vrouwen 45 tot 65 jaar Onderwijsniveau: middelbaar Waarde 2022/2023 71,9 40,9 72,4
Vrouwen 45 tot 65 jaar Onderwijsniveau: hoog Waarde 2020/2021 79,9 43,1 69,6
Vrouwen 45 tot 65 jaar Onderwijsniveau: hoog Waarde 2022/2023 78,3 43,9 67,9
Vrouwen 45 tot 65 jaar Onderwijsniveau: onbekend Waarde 2020/2021 . . .
Vrouwen 45 tot 65 jaar Onderwijsniveau: onbekend Waarde 2022/2023 . . .
Vrouwen 45 tot 65 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 1e 20%-groep Waarde 2020/2021 52,9 59,6 75,4
Vrouwen 45 tot 65 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 1e 20%-groep Waarde 2022/2023 40,3 67,4 77,0
Vrouwen 45 tot 65 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 2e 20%-groep Waarde 2020/2021 67,0 50,5 76,3
Vrouwen 45 tot 65 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 2e 20%-groep Waarde 2022/2023 61,6 50,5 73,0
Vrouwen 45 tot 65 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 3e 20%-groep Waarde 2020/2021 72,6 40,3 71,3
Vrouwen 45 tot 65 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 3e 20%-groep Waarde 2022/2023 65,6 43,7 74,0
Vrouwen 45 tot 65 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 4e 20%-groep Waarde 2020/2021 80,3 40,4 69,0
Vrouwen 45 tot 65 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 4e 20%-groep Waarde 2022/2023 78,9 44,0 70,7
Vrouwen 45 tot 65 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 5e 20%-groep Waarde 2020/2021 83,8 35,9 66,8
Vrouwen 45 tot 65 jaar Gestandaardiseerd inkomen: 5e 20%-groep Waarde 2022/2023 79,0 37,6 67,7
Vrouwen 65 jaar of ouder Totaal Waarde 2020/2021 65,0 44,2 76,3
Vrouwen 65 jaar of ouder Totaal Waarde 2022/2023 60,9 43,5 76,5
Vrouwen 65 jaar of ouder Onderwijsniveau: laag Waarde 2020/2021 61,3 47,7 76,6
Vrouwen 65 jaar of ouder Onderwijsniveau: laag Waarde 2022/2023 55,0 46,1 77,5
Vrouwen 65 jaar of ouder Onderwijsniveau: middelbaar Waarde 2020/2021 68,9 39,2 75,6
Vrouwen 65 jaar of ouder Onderwijsniveau: middelbaar Waarde 2022/2023 63,9 40,1 78,5
Vrouwen 65 jaar of ouder Onderwijsniveau: hoog Waarde 2020/2021 72,8 40,7 76,9
Vrouwen 65 jaar of ouder Onderwijsniveau: hoog Waarde 2022/2023 73,8 40,9 71,1
Vrouwen 65 jaar of ouder Onderwijsniveau: onbekend Waarde 2020/2021 . . .
Vrouwen 65 jaar of ouder Onderwijsniveau: onbekend Waarde 2022/2023 . . .
Vrouwen 65 jaar of ouder Gestandaardiseerd inkomen: 1e 20%-groep Waarde 2020/2021 55,5 51,1 77,6
Vrouwen 65 jaar of ouder Gestandaardiseerd inkomen: 1e 20%-groep Waarde 2022/2023 43,4 53,1 75,0
Vrouwen 65 jaar of ouder Gestandaardiseerd inkomen: 2e 20%-groep Waarde 2020/2021 62,1 47,3 75,9
Vrouwen 65 jaar of ouder Gestandaardiseerd inkomen: 2e 20%-groep Waarde 2022/2023 53,9 45,6 78,9
Vrouwen 65 jaar of ouder Gestandaardiseerd inkomen: 3e 20%-groep Waarde 2020/2021 71,7 42,3 77,9
Vrouwen 65 jaar of ouder Gestandaardiseerd inkomen: 3e 20%-groep Waarde 2022/2023 67,7 40,1 75,9
Vrouwen 65 jaar of ouder Gestandaardiseerd inkomen: 4e 20%-groep Waarde 2020/2021 64,4 41,2 74,6
Vrouwen 65 jaar of ouder Gestandaardiseerd inkomen: 4e 20%-groep Waarde 2022/2023 67,2 43,3 74,0
Vrouwen 65 jaar of ouder Gestandaardiseerd inkomen: 5e 20%-groep Waarde 2020/2021 72,9 35,6 76,0
Vrouwen 65 jaar of ouder Gestandaardiseerd inkomen: 5e 20%-groep Waarde 2022/2023 80,5 30,8 76,0
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat cijfers over de (ervaren) gezondheid en de medische contacten van de Nederlandse bevolking. De cijfers kunnen worden uitgesplitst naar geslacht, leeftijd en sociaaleconomische status (herkomst, onderwijs- en inkomensniveau). Voor enkele onderwerpen geldt een afwijkende leeftijdsafbakening. Deze leeftijden worden bij de betreffende onderwerpen vermeld. De cijfers in de tabel zijn een gemiddelde over twee onderzoeksjaren. De cijfers in zijn afkomstig uit de Gezondheidsenquête. De Gezondheidsenquête is een doorlopend onderzoek onder de Nederlandse bevolking van 0 jaar en ouder, woonachtig in particuliere huishoudens. Alle cijfers zijn gebaseerd op tenminste 100 waarnemingen.

Het CBS gaat over op een nieuwe indeling van de bevolking naar herkomst. Voortaan is meer bepalend waar iemand zelf geboren is, naast waar iemands ouders geboren zijn. Daarbij wordt het woord migratieachtergrond niet meer gebruikt. De hoofdindeling westers/niet-westers wordt vervangen door een indeling op basis van werelddelen en veelvoorkomende immigratielanden. Deze indeling wordt geleidelijk ingevoerd in tabellen en publicaties met bevolking naar herkomst.

Gegevens beschikbaar vanaf: 2014/2015

Status van de cijfers: de cijfers zijn definitief.

Wijzigingen per 10 september 2024:
De onderwerpmap ‘Mental Health Inventory (MHI-5), 12 plus’ werd toegevoegd. Binnen deze map staan twee onderwerpen. Ten eerste het nieuwe onderwerp ‘angst- of depressiegevoelens, afg 4 wk’. Ten tweede het onderwerp ‘psychische klachten, afgelopen 4 weken’. Dit laatste onderwerp was eerder in deze tabel te vinden onder de naam ‘psychische klachten (MHI-5<60), 12 plus’.
Verder werd onder de map ‘beperkingen’ de submap ‘personen met GALI-beperking, 4 jaar of ouder’ toegevoegd. In die submap zijn drie onderwerpen te vinden. Ten eerste het onderwerp ‘GALI-beperking’. Dit betreft de cijfers die eerder rechtstreeks onder de map ‘beperkingen’ waren te vinden onder de naam ‘Personen met GALI beperking, 4 of ouder’. Ten tweede het nieuwe onderwerp ‘GALI beperking, ernstig’. En ten derde het nieuwe onderwerp ‘GALI beperking, niet ernstig’.
Daarnaast werden in de map ‘Op enquêtedatum/in afgelopen 12 maanden’ onder langdurige aandoeningen data over ‘ADHD/ADD, 4 jaar of ouder’ en ‘Autismespectrumstoornis, 4 jaar of ouder’ toegevoegd. Tenslotte werd een map ‘Angst, 12 jaar of ouder’ toegevoegd met daarin data over ‘Angstige periode, ooit’ en ‘Angstige periode, in de afgelopen 12 maanden’.

Wijzigingen per 3 mei 2024:
De cijfers over 2022/2023 zijn toegevoegd.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Cijfers over 2024/2025 zullen in het 2e kwartaal van 2026 worden verwacht.

Toelichting onderwerpen

Ervaren gezondheid: goed of zeer goed
Percentage personen met antwoordcategorie 'goed' of 'zeer goed' op de vraag 'Hoe is over het algemeen uw gezondheid / de gezondheid van uw kind?' Voor kinderen tot 12 jaar wordt deze vraag beantwoord door een van de ouders of verzorgers.
Mental Health Inventory (MHI-5),12 plus
‘Mental Health Inventory 5' ofwel 'MHI-5'. Dit is een internationale standaard voor een specifieke meting van de psychische gezondheid, bestaande uit 5 vragen. De MHI-5 is feitelijk een deelschaal van de Short Format 36 ofwel SF-36, een uitvoerige internationale standaard voor de meting van gezondheid. De MHI-5 betreft vragen die steeds betrekking hebben op hoe men zich in de afgelopen 4 weken voelde. De vragen zijn gesteld aan respondenten van 12 jaar of ouder
Gevraagd is:
1. Voelde u zich erg zenuwachtig?
2. Zat u zo erg in de put dat niets u kon opvrolijken?
3. Voelde u zich kalm en rustig?
4. Voelde u zich neerslachtig en somber?
5. Voelde u zich gelukkig?

Iedere vraag heeft de volgende 6 antwoordcategorieën: voortdurend-meestal-vaak-soms-zelden-nooit. Bij de positief geformuleerde vragen van de MHI vragenlijst (vraag 3 en 5) zijn voor de antwoordcategorieën in volgorde de waarden 5, 4, 3, 2, 1, en 0 toegekend. Bij de negatief geformuleerde vragen (vraag 1, 2 en 4) zijn precies de omgekeerde waarden toegekend. Vervolgens zijn per persoon de somscores berekend en zijn deze vermenigvuldigd met 4, zodat de minimale somscore van een persoon 0 en de maximale score 100 kan bedragen, waarbij een lagere score meer gevoelens van angst of depressie aangeeft.

De somscore bepaalt of iemand als ‘zonder psychische klachten’ (score 60 of hoger) of ‘met psychische klachten’ (score lager dan 60) wordt ingedeeld. Tot 2022 werden hiervoor de termen ‘psychisch gezond’ en ‘psychisch ongezond’ gebruikt.

Onderzoekers van het Trimbos-instituut hebben echter in 2024 vastgesteld dat het afkappunt van 60 zoals eerder gebruikt, om een aantal redenen niet langer voldeed. De eerdere bepaling van de afkapwaarde van de MHI-5 gebruikte een methode die afhankelijk is van de prevalentie van psychische aandoeningen. Omdat de prevalentie veranderlijk is gebleken, voldeed deze afkapwaarde niet meer. Verder is de classificatie van psychische aandoeningen sinds de eerdere afkapwaardebepaling veranderd: momenteel wordt de DSM-5 gebruikt terwijl de oude afkapwaarde gebaseerd was op de criteria van DSM-III-R. Meer informatie over herijking van de MHI is te vinden in de factsheet van het Trimbos-Instituut (zie tabeltoelichting).

De variabele ‘Psychische klachten, afgelopen 4 weken’ zal daarom niet meer worden aangevuld vanaf 2024 en het CBS zal vanaf september 2024 alleen de reeks over de variabele Angst- of depressiegevoelens, afg. 4 wk (afgelopen 4 weken) aanvullen.
Angst- of depressiegevoelens, afg 4 wk
Het percentage mensen van 12 jaar of ouder dat 76 of lager scoort op de Mental Health Inventory (MHI-5) voor adolescenten vanaf 12 jaar en volwassenen. Deze mensen hebben angst- of depressiegevoelens in de afgelopen 4 weken.
Medische contacten
Aan personen wordt gevraagd of zij contact hebben gehad met de huisarts, de specialist, de tandarts, de mondhygiënist, de orthodontist , de fysio- en oefentherapeut, de psycholoog, psychotherapeut of psychiater, en of zij behandeld zijn door een alternatief genezer. Ook wordt gevraagd naar ziekenhuisopnamen of dagopnamen, of mensen thuiszorg hebben ontvangen. De meeste vragen naar medische contacten worden aan personen van alle leeftijden gesteld. Voor kinderen tot 12 jaar worden deze vragen door de ouder/verzorger beantwoord. Contacten die niet vaak voorkomen bij kinderen worden gesteld vanaf een hogere leeftijd.
Contact met huisarts
Vanaf 2021 is de inleidende tekst voor de vraag over huisartscontacten gewijzigd in: Nu iets over contacten met de huisarts. Denkt u hierbij aan bezoeken aan de huisartspraktijk, huisbezoeken, telefonische consulten, beeldbellen , contacten via e-mail of andere e-consulten. Contacten met een vervangende huisarts of met de huisartsenpost moet u ook meetellen. Contacten met de praktijkondersteuner en de praktijkverpleegkundige moet u niet meetellen.
Tot 2021 was de inleidende tekst‘ Contacten met de huisarts zijn bezoeken aan de huisartspraktijk, huisbezoeken en telefonische consulten. Contacten met een vervangende huisarts of met de huisartsenpost tellen hierbij ook mee. Contacten met de praktijkondersteuner en de praktijkverpleegkundige tellen niet mee'. Gevraagd wordt naar contacten in de 12 maanden voorafgaand aan de enquêtedatum. De vragen worden aan respondenten van alle leeftijden gesteld.

Personen met minimaal 1 contact
Percentage personen in de bevolking dat minimaal 1 keer in de 12 maanden voorafgaand aan de enquêtedatum contact heeft gehad.