Lopende transacties; sectoren, nationale rekeningen, 1995- Kw4 2023

Lopende transacties; sectoren, nationale rekeningen, 1995- Kw4 2023

Institutionele sectoren Niet-geconsolideerd/geconsolideerd Perioden Middelen Beloning van werknemers Lonen (mln euro) Bestedingen Beloning van werknemers Lonen (mln euro)
Totale binnenlandse sectoren Niet-geconsolideerd 2023* 370.774 380.796
Totale binnenlandse sectoren Geconsolideerd 2023* 370.774 380.796
Niet-financiële vennootschappen Niet-geconsolideerd 2023* 280.585
Niet-financiële vennootschappen Geconsolideerd 2023* 280.585
Financiële instellingen Niet-geconsolideerd 2023* 17.360
Financiële instellingen Geconsolideerd 2023* 17.360
Monetaire financiële instellingen Niet-geconsolideerd 2023* 7.764
Monetaire financiële instellingen Geconsolideerd 2023* 7.764
Centrale bank Niet-geconsolideerd 2023* 212
Centrale bank Geconsolideerd 2023* 212
Ov. deposito-instellingen en GMF's Niet-geconsolideerd 2023* 7.552
Ov. deposito-instellingen en GMF's Geconsolideerd 2023* 7.552
Overige financiële instellingen Niet-geconsolideerd 2023* 5.452
Overige financiële instellingen Geconsolideerd 2023* 5.452
Beleggingsfondsen m.u.v geldmarktfondsen Niet-geconsolideerd 2023* 72
Beleggingsfondsen m.u.v geldmarktfondsen Geconsolideerd 2023* 72
Ov. fin. inst. excl. beleggingsfondsen Niet-geconsolideerd 2023* 5.380
Ov. fin. inst. excl. beleggingsfondsen Geconsolideerd 2023* 5.380
Ov. fin. intermediairs en hulpbedrijven Niet-geconsolideerd 2023* 5.048
Ov. fin. intermediairs en hulpbedrijven Geconsolideerd 2023* 5.048
Fin. instellingen binnen concernverband Niet-geconsolideerd 2023* 332
Fin. instellingen binnen concernverband Geconsolideerd 2023* 332
Verzekeringsinstel. en pensioenfondsen Niet-geconsolideerd 2023* 4.144
Verzekeringsinstel. en pensioenfondsen Geconsolideerd 2023* 4.144
Verzekeringsinstellingen Niet-geconsolideerd 2023* 4.015
Verzekeringsinstellingen Geconsolideerd 2023* 4.015
Pensioenfondsen Niet-geconsolideerd 2023* 129
Pensioenfondsen Geconsolideerd 2023* 129
Overheid Niet-geconsolideerd 2023* 64.331
Overheid Geconsolideerd 2023* 64.331
Centrale overheid Niet-geconsolideerd 2023* 24.484
Centrale overheid Geconsolideerd 2023* 24.484
Lokale overheid Niet-geconsolideerd 2023* 38.567
Lokale overheid Geconsolideerd 2023* 38.567
Socialezekerheidsfondsen Niet-geconsolideerd 2023* 1.280
Socialezekerheidsfondsen Geconsolideerd 2023* 1.280
Huishoudens incl. IZW's t.b.v. huish. Niet-geconsolideerd 2023* 370.774 18.520
Huishoudens incl. IZW's t.b.v. huish. Geconsolideerd 2023* 370.774 18.520
Huishoudens Niet-geconsolideerd 2023* 370.774 16.024
Huishoudens Geconsolideerd 2023* 370.774 16.024
IZW's t.b.v. huishoudens Niet-geconsolideerd 2023* 2.496
IZW's t.b.v. huishoudens Geconsolideerd 2023* 2.496
Buitenland Niet-geconsolideerd 2023* 11.851 1.829
Buitenland Geconsolideerd 2023* 11.851 1.829
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel geeft een overzicht van de niet-financiële transacties van de institutionele sectoren van de Nederlandse economie. Niet-financiële transacties bestaan uit lopende transacties en transacties van de kapitaalrekening. De transacties worden ingedeeld naar middelen en bestedingen. Daarnaast worden ook de saldi van de sectoren weergegeven.
Niet-financiële transacties worden geraamd voor de hoofdsectoren van de economie: niet-financiële vennootschappen, financiële instellingen, overheid, huishoudens, instellingen zonder winstoogmerk ten behoeve van huishoudens en het buitenland. De sectoren financiële instellingen en overheid zijn bovendien nog naar subsectoren uitgesplitst. Sectoren worden zowel geconsolideerd als niet-geconsolideerd gepresenteerd.

Gegevens beschikbaar vanaf:
Jaargegevens vanaf 1995.
Kwartaalgegevens vanaf het eerste kwartaal 1999.

Status van de cijfers:
De gegevens van 1995 tot en met 2020 zijn definitief. Gegevens van 2021, 2022 en 2023 hebben de status voorlopig. Aangezien deze tabel is stopgezet, worden voorlopige gegevens niet meer definitief gemaakt.

Wijzigingen per 24 juni 2024
Geen, deze tabel is stopgezet.
Het Centraal Bureau voor de Statistiek heeft onlangs de nationale rekeningen gereviseerd. Daarbij worden nieuwe bronnen, methoden en concepten doorgevoerd in de nationale rekeningen, zodat het beeld van de Nederlandse economie weer optimaal aansluit bij alle onderliggende statistieken, bronnen en internationale richtlijnen voor het samenstellen van de nationale rekeningen. Voor meer informatie zie paragraaf 3.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Niet meer van toepassing.

Toelichting onderwerpen

Middelen
Middelen bestaan uit transacties die de economische waarde van sectoren verhogen (oftewel de inkomsten door sectoren).
Beloning van werknemers
De totale vergoeding, in geld of in natura, die door een werkgever aan een werknemer verschuldigd is voor de arbeid die deze tijdens een verslagperiode heeft verricht. De beloning van werknemers is gelijk aan het totaal van lonen en sociale premies ten laste van werkgevers.
Lonen
De vergoedingen voor de werknemer, die in een bepaalde periode arbeid verricht, en die ten laste komen van de werkgever, inclusief de door de werkgever ingehouden loonbelasting en de sociale premies die ten laste komen van de werknemer. De belangrijkste vorm van loon is 'loon in geld' (inclusief de ingehouden loonbelasting en werknemerspremies). Dit loon omvat het basis bruto loon, premies, provisies, toeslagen, overwerkloon, gevarengeld, bijzondere beloningen en fooien, maar ook onkostenvergoedingen in verband met de dienstbetrekking (zoals een vergoeding of tegemoetkoming voor de kosten van woon-werkverkeer). Bijzondere beloningen omvatten vakantiegeld, tantième, gratificaties, winstuitkeringen en een dertiende of veertiende maand. Doorbetaald loon bij ziekte behoort niet tot de lonen, maar wordt toegerekend aan de sociale premies t.l.v. werkgevers. Naast 'loon in geld' kan 'loon in natura' onderdeel van het loon uitmaken, als dit voor de werknemer een voordeel uit dienstbetrekking is. Voorbeelden van loon in natura zijn het privégebruik van de auto van de zaak, dienstwoningen, het rentevoordeel van geldleningen, tegen korting of gratis verkregen producten van de zaak en werkgeversbijdragen aan kinderopvang.
Bestedingen
Bestedingen bestaan uit transacties die de economische waarde van sectoren verminderen (oftewel de uitgaven door sectoren).
Beloning van werknemers
De totale vergoeding, in geld of in natura, die door een werkgever aan een werknemer verschuldigd is voor de arbeid die deze tijdens een verslagperiode heeft verricht. De beloning van werknemers is gelijk aan het totaal van lonen en sociale premies ten laste van werkgevers.
Lonen
De vergoedingen voor de werknemer, die in een bepaalde periode arbeid verricht, en die ten laste komen van de werkgever, inclusief de door de werkgever ingehouden loonbelasting en de sociale premies die ten laste komen van de werknemer. De belangrijkste vorm van loon is 'loon in geld' (inclusief de ingehouden loonbelasting en werknemerspremies). Dit loon omvat het basis bruto loon, premies, provisies, toeslagen, overwerkloon, gevarengeld, bijzondere beloningen en fooien, maar ook onkostenvergoedingen in verband met de dienstbetrekking (zoals een vergoeding of tegemoetkoming voor de kosten van woon-werkverkeer). Bijzondere beloningen omvatten vakantiegeld, tantième, gratificaties, winstuitkeringen en een dertiende of veertiende maand. Doorbetaald loon bij ziekte behoort niet tot de lonen, maar wordt toegerekend aan de sociale premies t.l.v. werkgevers. Naast 'loon in geld' kan 'loon in natura' onderdeel van het loon uitmaken, als dit voor de werknemer een voordeel uit dienstbetrekking is. Voorbeelden van loon in natura zijn het privégebruik van de auto van de zaak, dienstwoningen, het rentevoordeel van geldleningen, tegen korting of gratis verkregen producten van de zaak en werkgeversbijdragen aan kinderopvang.