Uitgaven gezondheids-, welzijnszorg; kerncijfers, 1998-2022

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat gegevens over uitgaven aan zorg in werkelijke prijzen, waarbij de uitgaven aan groepen aanbieders volgens drie benaderingen worden gepresenteerd:
1 Uitgaven gezondheids- en welzijnszorg, waarbij alle activiteiten op het terrein van zorg, inclusief welzijn en kinderopvang, worden meegenomen, ongeacht of deze activiteiten als hoofd- of als nevenactiviteit plaatsvinden.
2 Uitgaven aan gezondheid waarbij de internationale definitie van het System of Health Accounts wordt gevolgd. Daarbij worden alle activiteiten opgesplitst in een deel dat gezien wordt als gezondheidszorg, en een deel dat daarbuiten valt en bijvoorbeeld sociale zorg omvat.
3 Zorguitgaven betaald uit verplichte verzekeringen. Dit is het deel van de zorguitgaven onder 1) dat betaald wordt via de Zorgverzekeringswet (tot en met 2005 door het Ziekenfonds), en de verzekering voor langdurige zorg, de Wet langdurige zorg (Wlz) (tot en met 2014 de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ)). De verplichting bestaat uit de verplichte deelname. Bij deze benadering wordt aangegeven hoe groot het verschil is met de zorguitgaven waar de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport voor verantwoordelijk is, het Budgettair Kader Zorg (BKZ). Met ingang van de begroting van 2019 is de term Budgettair Kader Zorg vervangen door Uitgavenplafond zorg (UPZ).

Gegevens beschikbaar van 1998 tot en met 2022

Status van de cijfers:
De cijfers over 2021 en 2022 zijn nader voorlopig. Aangezien deze tabel is stopgezet, worden de cijfers niet meer definitief gemaakt. Cijfers van de overige jaren zijn definitief.

Wijzigingen per 10 december 2024:
- De naam van het onderwerp 'zorguitgaven in brede zin' is gewijzigd in 'uitgaven gezondheids- en welzijnszorg'.
- De tabel is stopgezet.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Niet meer van toepassing. De tabel is stopgezet en wordt opgevolgd door tabel Uitgaven gezondheids- en welzijnszorg; kerncijfers (zie paragraaf 3). In de nieuwe tabel zijn gereviseerde cijfers gepubliceerd. Hierbij zijn nieuwe gegevensbronnen verwerkt en de meest actuele statistische inzichten toegepast.

Toelichting onderwerpen

Uitgaven gezondheids- en welzijnszorg
Uitgaven aan geneeskundige zorg, langdurige zorg, welzijn en maatschappelijke dienstverlening, jeugdzorg en kinderopvang. Zorg omvat levering van diensten en goederen. De uitgaven zijn inclusief de geleverde zorg aan niet-ingezetenen door Nederlandse zorgaanbieders. Uitgaven aan onderlinge leveringen tussen zorgaanbieders tellen niet mee, het gaat om de uiteindelijke (finale) uitgaven.
Zorguitgaven uitgedrukt in werkelijke prijzen geven aan hoe hoog de uitgaven zijn in prijzen van het betreffende jaar en geven de waardeontwikkeling weer.
Het gaat om uitgaven aan zorggoederen en -diensten door alle instellingen, praktijken en organisaties die die goederen en diensten leveren; ook aanbieders voor wie het niet hun belangrijkste werk is, tellen mee.

Totaal gezondheids- en welzijnszorg
Geneeskundige en langdurige zorg
Totaal uitgaven gezondheids- en welzijnszorg aan aanbieders geneeskundige en langdurige zorg
Geneeskundige zorg: Aanbieders van preventieve en acute medische zorg en onderzoek ter handhaving en herstel van de gezondheid van mensen. Omvat tevens de levering van genees- en hulpmiddelen en van ondersteunende diensten.
Langdurige zorg: Aanbieders van behandeling, verpleging, verzorging, begeleiding en opvang voor patiënten die langdurig afhankelijk zijn van die zorgdiensten. Omvat onder meer Verpleeghuis-, verzorgingshuis- en thuiszorginstellingen, instellingen voor gehandicaptenzorg.
Instellingen voor Geestelijke GezondheidsZorg leveren zowel geneeskundige als langdurige zorg.
Welzijn, jeugdzorg en kinderopvang
Totaal uitgaven gezondheids- en welzijnszorg aan aanbieders van welzijn en maatschappelijke dienstverlening, jeugdzorg en kinderopvang
Omvat
Verstrekkers van kinderopvang;
Verstrekkers van jeugdzorg;
Maatschappelijke opvang;
Sociaal werk.
Beleid en beheer
Omvat de uitvoeringskosten van de zorgverzekeraars, de uitvoeringsorganisaties van de zorgverzekering en de WLZ/ AWBZ, de overheid, en fondsen op het terrein van de zorg.
Uitgaven voor gezondheidszorg, int. def.
Uitgaven voor gezondheidszorg, internationale definitie
Alle activiteiten met als hoofddoel verbetering, handhaving en het voorkómen van verslechtering van de gezondheid van personen, en het beperken van de gevolgen van slechte gezondheid door toepassing van gekwalificeerde kennis van gezondheid. Gezondheidszorg omvat de volgende groepen van activiteiten, (waarbij het gebruik van genees- en hulpmiddelen en van ondersteunende diensten zoals ambulancevervoer is inbegrepen):
- Gezondheidsbevordering en preventie;
- Diagnose, behandeling, genezing en revalidatie van ziekte;
- Zorg voor chronisch zieken;
- Zorg voor personen met gezondheidsbeperkingen of handicaps;
- Palliatieve zorg;
- Het verzorgen van volksgezondheidsprogramma's;
- Bestuur en beheer van de gezondheidszorg en van haar financiering;

De uitgaven voor gezondheidszorg zijn de uiteindelijke (finale) uitgaven aan gezondheidszorg die ingezetenen van Nederland, ruwweg de bevolking in Nederland, gebruiken. Dit geldt ongeacht waar deze consumptie plaats vindt. Dat betekent dat invoer (het gebruik van gezondheidszorg in het buitenland door Nederlandse ingezetenen) meetelt en uitvoer (het gebruik van gezondheidszorg in Nederland door buitenlanders) niet.
Totaal gezondheidszorg, int.def.
Totaal uitgaven voor gezondheidszorg, internationale definitie
Geneeskundige en langdurige zorg
Totaal gezondheidsuitgaven aan aanbieders geneeskundige en langdurige zorg
Geneeskundige zorg: Aanbieders van preventieve en acute medische zorg en onderzoek ter handhaving en herstel van de gezondheid van mensen. Omvat tevens de levering van genees- en hulpmiddelen en van ondersteunende diensten.
Langdurige zorg: Aanbieders van behandeling, verpleging, verzorging, begeleiding en opvang voor patiënten die langdurig afhankelijk zijn van die zorgdiensten. Omvat onder meer Verpleeghuis-, verzorgingshuis- en thuiszorginstellingen, instellingen voor gehandicaptenzorg.
Instellingen voor Geestelijke GezondheidsZorg leveren zowel geneeskundige als langdurige zorg.
Welzijn, jeugdzorg en kinderopvang
Totaal gezondheidsuitgaven aan aanbieders van welzijn en maatschappelijke dienstverlening, jeugdzorg en kinderopvang
Omvat
Verstrekkers van kinderopvang;
Verstrekkers van jeugdzorg;
Internaten;
Sociaal-cultureel werk;
Verstrekkers van overige welzijn en maatschappelijke diensten (omvat onder meer instellingen voor maatschappelijk werk en opvanghuizen).
Beleid en beheer
Omvat de uitvoeringskosten van de zorgverzekeraars, de uitvoeringsorganisaties van de zorgverzekering en de WLZ/ AWBZ, de overheid, en fondsen op het terrein van de zorg.
Uitgaven verplichte verzek. en UPZ/BKZ
Uitgaven op grond van verplichte verzekeringen en op grond van het Uitgavenplafond zorg (UPZ)/Budgettair Kader Zorg (BKZ)
Netto UPZ/BKZ
Het uitgavenplafond waarin de maximale zorguitgaven zijn vastgelegd, die jaarlijks gedurende de kabinetsperiode mogen worden gedaan, exclusief verplicht eigen risico en verplichte eigen bijdragen. De UPZ/BKZ-uitgaven bestaan in de eerste plaats uit de zorguitgaven op grond van de Zorgverzekeringswet (Zvw) en de Wet langdurige zorg (Wlz), voorheen de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ). Daarnaast wordt een deel van de begrotingsuitgaven toegerekend aan het UPZ/BKZ. Tot deze categorie hoort een deel van de uitgaven aan de zorgopleidingen en de uitgaven voor zorg, welzijn en jeugdzorg op Caribisch Nederland. Verder vallen onder de UPZ/BKZ-uitgaven middelen die via het Gemeentefonds worden uitgekeerd aan gemeenten voor uitgaven voor huishoudelijke hulp in het kader van de Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO). Vanaf 2015 vallen er ook de uitgaven voor begeleiding in het kader van de WMO en uitgaven op grond van de Jeugdwet onder.

Verschil met Uitgavenplafond zorg/BKZ
Het verschil tussen de uitgaven aan gezondheids- en welzijnszorg op grond van verplichte verzekeringen en het netto Uitgavenplafond zorg/Budgettair Kader Zorg.
Vanaf 2006 bestaat het verschil uit het saldo van
- het uit de begroting gefinancierde deel van het UPZ/BKZ (onder meer uitgaven Wet Maatschappelijke Ondersteuning en vanaf 2015 Jeugdwet) en
- de kosten van beheer van de zorgverzekeraars (geen onderdeel van het UPZ/BKZ).