Zelfstandigen; inkomen, vermogen, bedrijfstak, 2007-2016

Zelfstandigen; inkomen, vermogen, bedrijfstak, 2007-2016

Type zelfstandige Bedrijfstakken/branches (SBI 2008) Perioden Zelfstandigen (x 1 000) Vermogen van zelfstandigen Mediaan vermogen (1 000 euro) Vermogen van zelfstandigen Mediaan bedrijfsvermogen (1 000 euro)
Zelfstandige zonder personeel (zzp) A-U Alle economische activiteiten 2016* 894,6 101,5 18,8
Zelfstandige zonder personeel (zzp) A Landbouw, bosbouw en visserij 2016* 61,2 652,1 332,4
Zelfstandige zonder personeel (zzp) B-E Nijverheid (geen bouw) en energie 2016* 28,5 109,6 18,0
Zelfstandige zonder personeel (zzp) F Bouwnijverheid 2016* 116,3 52,5 11,7
Zelfstandige zonder personeel (zzp) G-I Handel, vervoer en horeca 2016* 130,8 86,5 16,9
Zelfstandige zonder personeel (zzp) J Informatie en communicatie 2016* 36,1 78,1 20,8
Zelfstandige zonder personeel (zzp) K Financiële dienstverlening 2016* 49,0 374,3 243,2
Zelfstandige zonder personeel (zzp) L Verhuur en handel van onroerend goed 2016* 8,5 324,0 61,3
Zelfstandige zonder personeel (zzp) M-N Zakelijke dienstverlening 2016* 185,9 116,6 21,9
Zelfstandige zonder personeel (zzp) O-Q Overheid en zorg 2016* 121,9 74,9 10,8
Zelfstandige zonder personeel (zzp) R-U Cultuur, recreatie, overige diensten 2016* 94,8 51,2 5,4
Zelfstandige zonder personeel (zzp) SBI-code onbekend 2016* 61,7 49,2 24,5
Zelfstandige met personeel (zmp) A-U Alle economische activiteiten 2016* 289,3 217,0 74,3
Zelfstandige met personeel (zmp) A Landbouw, bosbouw en visserij 2016* 21,4 784,4 441,0
Zelfstandige met personeel (zmp) B-E Nijverheid (geen bouw) en energie 2016* 18,4 317,2 143,6
Zelfstandige met personeel (zmp) F Bouwnijverheid 2016* 21,6 240,9 80,0
Zelfstandige met personeel (zmp) G-I Handel, vervoer en horeca 2016* 124,1 177,7 59,4
Zelfstandige met personeel (zmp) J Informatie en communicatie 2016* 6,5 150,4 80,7
Zelfstandige met personeel (zmp) K Financiële dienstverlening 2016* 6,3 322,7 190,0
Zelfstandige met personeel (zmp) L Verhuur en handel van onroerend goed 2016* 3,5 314,6 123,2
Zelfstandige met personeel (zmp) M-N Zakelijke dienstverlening 2016* 40,6 183,7 71,9
Zelfstandige met personeel (zmp) O-Q Overheid en zorg 2016* 28,7 231,6 59,7
Zelfstandige met personeel (zmp) R-U Cultuur, recreatie, overige diensten 2016* 18,1 106,5 24,5
Zelfstandige met personeel (zmp) SBI-code onbekend 2016* 0,0 . .
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat gegevens over het inkomen en vermogen van zelfstandigen per bedrijfstak. Het gaat hier om personen voor wie werk als zelfstandige de belangrijkste inkomensbron vormt. Er wordt onderscheid gemaakt naar type zelfstandige en naar economische activiteit. De gegevens zijn uitgesplitst naar diverse detailniveaus van de standaard bedrijfsindeling (SBI).

Peildatum van doelpopulatie en vermogen is 1 januari van het verslagjaar. Voor de oudere jaargangen 2007 t/m 2010 is de peildatum van vermogen 1 januari van het jaar volgend op het onderzoeksjaar.

Alle cijfers in deze tabel zijn op persoonsniveau, ook de vermogens; (bedrijfs)vermogens zijn bepaald per huishouden, en worden toegekend aan alle personen in het huishouden als een maat voor de welvaart. Peildatum van doelpopulatie en vermogen is 1 januari van het verslagjaar. Voor de oudere jaargangen 2007 t/m 2010 is de peildatum van vermogen 1 januari van het jaar volgend op het verslagjaar.

Voor het bepalen van de SBI van zelfstandigen wordt gebruik gemaakt van het Algemeen Bedrijvenregister (ABR). Het ABR heeft in de periode 2007-2011 met diverse trendbreuken te maken gehad. Dit leidt in deze tabel tot een forse daling van het aantal zelfstandigen in de financiële dienstverlening (K) in 2010. Bij het vergelijken van de cijfers naar SBI is daarom voorzichtigheid geboden.

Gegevens beschikbaar van 2007 tot en met 2016.

Status van de cijfers:
De gegevens zijn voorlopig. Aangezien deze tabel is stopgezet, worden de gegevens niet meer definitief gemaakt.

Wijzigingen per 1 maart 2019:
Geen, deze tabel is stopgezet.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Niet meer van toepassing.
Deze tabel wordt opgevolgd door de tabel Zelfstandigen; inkomen, vermogen, bedrijfstak. zie paragraaf 3.

Toelichting onderwerpen

Zelfstandigen
Alle personen waarbij het inkomen uit werkzaamheden als zelfstandige de voornaamste inkomensbron is.
Vermogen van zelfstandigen
Het vermogen van het huishouden waartoe de zelfstandige behoort, toegekend aan alle personen in het huishouden als maat van de welvaart.
Mediaan vermogen
Vermogen is het saldo van bezittingen en schulden. De bezittingen bestaan vooral uit banktegoeden, effecten, onroerend goed (waaronder de eigen woning) en bedrijfsvermogen. De schulden omvatten onder meer de schuld ten behoeve van een eigen woning en consumptief krediet. Het mediane vermogen is het bedrag waarvoor geldt dat 50% van de populatie een lager of even groot vermogen heeft. Vermogens zijn bepaald per huishouden, en worden toegekend aan alle personen in het huishouden als een maat voor de welvaart.
Mediaan bedrijfsvermogen
Het bedrijfsvermogen van een huishouden is de som van het aanmerkelijk belang van directeur-grootaandeelhouders en het ondernemingsvermogen van zelfstandig ondernemers. Het mediane vermogen is het bedrag waarvoor geldt dat 50% van de populatie een lager of even groot vermogen heeft. Vermogens zijn bepaald per huishouden, en worden toegekend aan alle personen in het huishouden als een maat voor de welvaart.