Beroeps- en niet-beroepsbevolking; gemd. inkomen en arbeidspositie, '11-'20

Beroeps- en niet-beroepsbevolking; gemd. inkomen en arbeidspositie, '11-'20

Geslacht Arbeidspositie Persoonskenmerken Perioden Beroeps- en niet-beroepsbevolking (x 1 000 ) Beroeps- en niet-beroepsbev. met inkomen Beroeps- en niet-beroepsbev. met inkomen (x 1 000) Beroeps- en niet-beroepsbev. met inkomen Gemiddeld persoonlijk primair inkomen (x 1 000 euro) Beroeps- en niet-beroepsbev. met inkomen Gemiddeld persoonlijk overdrachtsinkomen (x 1 000 euro) Beroeps- en niet-beroepsbev. met inkomen Gemiddeld persoonlijk inkomen (x 1 000 euro) Beroeps- en niet-beroepsbev. met inkomen Gemiddeld gestandaardiseerd inkomen (x 1 000 euro) Beroeps- niet-beroepsbev. inkomen onb. (x 1 000 )
Totaal mannen en vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Totaal personen 2020* 767 720 1,0 20,6 20,3 24,3 47
Totaal mannen en vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Migratieachtergrond: Nederland 2020* 524 495 1,2 21,4 21,2 25,6 29
Totaal mannen en vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Migratieachtergrond: met migratieacht... 2020* 243 225 0,6 19,0 18,4 21,6 18
Totaal mannen en vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Migratieachtergrond: westers 2020* 85 79 0,7 21,2 20,6 22,8 5
Totaal mannen en vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Migratieachtergrond: niet-westers 2020* 158 146 0,5 17,7 17,2 20,9 12
Totaal mannen en vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Migratieachtergrond: onbekend 2020* 0 0 . . . . 0
Totaal mannen en vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Onderwijsniveau: 1 laag 2020* 378 357 0,4 17,6 17,1 22,2 20
Totaal mannen en vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Onderwijsniveau: 2 middelbaar 2020* 264 250 1,7 21,7 21,8 25,2 14
Totaal mannen en vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Onderwijsniveau: 3 hoog 2020* 100 92 1,5 30,6 30,0 30,9 9
Totaal mannen en vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Onderwijsniveau: weet niet of onbekend 2020* 25 21 0,4 15,3 15,0 22,2 4
Totaal mannen en vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Leeftijd: 15 tot 25 jaar 2020* 34 31 0,8 7,3 7,9 28,5 3
Totaal mannen en vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Leeftijd: 25 tot 45 jaar 2020* 153 142 0,8 18,2 17,9 21,2 10
Totaal mannen en vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Leeftijd: 25 tot 35 jaar 2020* 60 56 0,8 16,9 16,9 21,7 4
Totaal mannen en vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Leeftijd: 35 tot 45 jaar 2020* 92 86 0,7 19,0 18,5 20,8 6
Totaal mannen en vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Leeftijd: 45 tot 55 jaar 2020* 173 161 0,9 20,7 20,2 24,7 13
Totaal mannen en vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Leeftijd: 45 tot 75 jaar 2020* 580 547 1,1 22,0 21,6 24,9 33
Totaal mannen en vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Leeftijd: 55 tot 65 jaar 2020* 303 287 1,4 22,9 22,5 25,4 17
Totaal mannen en vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Leeftijd: 65 tot 75 jaar 2020* 104 100 0,6 21,6 21,5 24,1 4
Totaal mannen en vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Positie: alleenstaande 2020* . . . . . . .
Totaal mannen en vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Positie: ouder 2020* 216 201 1,2 20,4 20,1 25,8 15
Totaal mannen en vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Positie: ouder in éénouderhuishouden 2020* 55 52 0,6 21,0 20,4 20,0 4
Totaal mannen en vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Positie: partner in paar 2020* 389 365 1,6 20,7 20,6 28,3 24
Totaal mannen en vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Positie: partner in paar met kind 2020* 161 149 1,4 20,2 20,0 27,8 12
Totaal mannen en vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Positie: partner in paar, geen kind 2020* 229 217 1,7 21,0 21,1 28,6 12
Totaal mannen en vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Positie: kind 2020* 43 40 0,5 10,1 10,4 30,7 4
Totaal mannen en vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Positie: kind >= 18 jaar 2020* 37 34 0,6 11,8 12,1 30,2 3
Totaal mannen en vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Positie: kind < 18 jaar 2020* 6 6 . . . . 1
Totaal mannen en vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Positie: overig lid 2020* 15 12 . . . . 3
Mannen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Totaal personen 2020* 302 285 1,7 25,1 25,1 23,4 17
Mannen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Migratieachtergrond: Nederland 2020* 198 189 2,3 26,9 27,2 25,0 9
Mannen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Migratieachtergrond: met migratieacht... 2020* 104 96 0,6 21,7 20,9 20,4 8
Mannen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Migratieachtergrond: westers 2020* 39 36 1,0 24,0 23,6 21,6 3
Mannen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Migratieachtergrond: niet-westers 2020* 65 60 0,3 20,2 19,4 19,6 5
Mannen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Migratieachtergrond: onbekend 2020* 0 0 . . . . 0
Mannen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Onderwijsniveau: 1 laag 2020* 154 146 0,6 21,9 21,2 21,6 8
Mannen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Onderwijsniveau: 2 middelbaar 2020* 101 96 3,3 26,5 27,6 24,6 4
Mannen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Onderwijsniveau: 3 hoog 2020* 36 33 2,5 36,9 37,1 28,6 3
Mannen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Onderwijsniveau: weet niet of onbekend 2020* 12 10 . . . . 2
Mannen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Leeftijd: 15 tot 25 jaar 2020* 17 15 0,5 7,1 7,5 30,0 1
Mannen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Leeftijd: 25 tot 45 jaar 2020* 59 55 0,8 18,7 18,5 19,9 4
Mannen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Leeftijd: 25 tot 35 jaar 2020* 24 22 0,5 16,8 16,8 20,9 2
Mannen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Leeftijd: 35 tot 45 jaar 2020* 34 32 0,9 20,0 19,6 19,1 2
Mannen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Leeftijd: 45 tot 55 jaar 2020* 66 61 1,6 25,0 24,9 22,1 4
Mannen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Leeftijd: 45 tot 75 jaar 2020* 227 215 2,1 28,0 28,1 23,9 12
Mannen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Leeftijd: 55 tot 65 jaar 2020* 119 113 2,8 29,8 30,0 24,5 6
Mannen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Leeftijd: 65 tot 75 jaar 2020* 42 41 0,8 27,8 27,4 24,9 1
Mannen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Positie: alleenstaande 2020* . . . . . . .
Mannen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Positie: ouder 2020* 66 61 2,4 29,2 29,3 25,6 5
Mannen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Positie: ouder in éénouderhuishouden 2020* 6 6 . . . . 0
Mannen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Positie: partner in paar 2020* 140 132 3,1 30,4 31,0 27,0 9
Mannen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Positie: partner in paar met kind 2020* 60 55 2,5 29,5 29,6 26,1 5
Mannen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Positie: partner in paar, geen kind 2020* 81 77 3,6 31,0 32,0 27,8 4
Mannen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Positie: kind 2020* 26 24 0,3 10,7 10,8 30,8 2
Mannen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Positie: kind >= 18 jaar 2020* 22 20 0,4 12,5 12,6 30,4 2
Mannen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Positie: kind < 18 jaar 2020* 4 3 . . . . 0
Mannen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Positie: overig lid 2020* 6 5 . . . . 2
Vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Totaal personen 2020* 465 436 0,5 17,7 17,2 24,9 29
Vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Migratieachtergrond: Nederland 2020* 326 306 0,5 18,0 17,4 26,0 20
Vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Migratieachtergrond: met migratieacht... 2020* 139 129 0,6 16,9 16,5 22,4 10
Vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Migratieachtergrond: westers 2020* 46 44 0,5 18,9 18,2 23,7 2
Vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Migratieachtergrond: niet-westers 2020* 93 86 0,6 16,0 15,7 21,8 7
Vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Migratieachtergrond: onbekend 2020* 0 0 . . . . 0
Vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Onderwijsniveau: 1 laag 2020* 223 211 0,3 14,7 14,3 22,6 12
Vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Onderwijsniveau: 2 middelbaar 2020* 163 154 0,7 18,7 18,1 25,5 10
Vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Onderwijsniveau: 3 hoog 2020* 65 59 1,0 27,1 26,1 32,1 6
Vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Onderwijsniveau: weet niet of onbekend 2020* 14 12 . . . . 2
Vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Leeftijd: 15 tot 25 jaar 2020* 17 15 1,0 7,5 8,3 27,1 2
Vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Leeftijd: 25 tot 45 jaar 2020* 94 88 0,8 17,9 17,5 22,0 6
Vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Leeftijd: 25 tot 35 jaar 2020* 36 34 1,0 17,0 17,0 22,2 2
Vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Leeftijd: 35 tot 45 jaar 2020* 58 53 0,6 18,4 17,8 21,8 4
Vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Leeftijd: 45 tot 55 jaar 2020* 108 100 0,5 18,0 17,3 26,2 8
Vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Leeftijd: 45 tot 75 jaar 2020* 354 333 0,5 18,1 17,5 25,6 21
Vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Leeftijd: 55 tot 65 jaar 2020* 184 174 0,4 18,4 17,6 25,9 10
Vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Leeftijd: 65 tot 75 jaar 2020* 62 59 0,5 17,4 17,5 23,5 2
Vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Positie: alleenstaande 2020* . . . . . . .
Vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Positie: ouder 2020* 150 140 0,6 16,6 16,1 25,8 10
Vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Positie: ouder in éénouderhuishouden 2020* 49 46 0,5 20,2 19,7 19,7 3
Vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Positie: partner in paar 2020* 249 234 0,7 15,3 14,8 28,9 15
Vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Positie: partner in paar met kind 2020* 101 94 0,7 14,9 14,4 28,8 7
Vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Positie: partner in paar, geen kind 2020* 148 140 0,7 15,5 15,1 29,0 8
Vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Positie: kind 2020* 17 16 0,8 9,3 9,7 30,7 2
Vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Positie: kind >= 18 jaar 2020* 15 14 . . . . 1
Vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Positie: kind < 18 jaar 2020* 3 2 . . . . 0
Vrouwen Vanwege ziekte/arbeidsongeschiktheid Positie: overig lid 2020* 9 7 . . . . 1
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat cijfers over het gemiddeld inkomen (persoonlijk primair inkomen, persoonlijk overdrachtsinkomen, persoonlijk inkomen, gestandaardiseerd inkomen) van de bevolking van 15 tot 75 jaar (exclusief de institutionele bevolking). Deze gegevens worden verbijzonderd naar arbeidspositie en uitgesplitst naar geslacht, leeftijd, onderwijsniveau, migratieachtergrond en positie in het huishouden.

Gegevens beschikbaar van 2011 tot en met 2020

Status van de cijfers:
De cijfers in deze tabel zijn definitief, alleen de inkomenscijfers van 2020 zijn voorlopig.

Wijzigingen per 17 augustus 2022:
Geen, deze tabel is stopgezet.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Niet meer van toepassing.
Deze tabel wordt opgevolgd door de tabel Beroeps-, niet-beroepsbev.; gem. inkomen. Zie paragraaf 3.

Toelichting onderwerpen

Beroeps- en niet-beroepsbevolking
Personen die tot de werkzame, de werkloze of de niet-beroepsbevolking behoren.

Deze definitie heeft betrekking op personen die in Nederland wonen (exclusief de institutionele bevolking). De gegevens worden meestal gepresenteerd voor de bevolking van 15 tot 75 jaar.
Beroeps- en niet-beroepsbev. met inkomen
Beroeps- en niet-beroepsbevolking met inkomen
Personen die tot de werkzame, de werkloze of de niet-beroepsbevolking behoren.

Deze definitie heeft betrekking op personen die in Nederland wonen (exclusief de institutionele bevolking). De gegevens worden meestal gepresenteerd voor de bevolking van 15 tot 75 jaar. Het gaat hier om de personen waarvoor het inkomen bekend is.
Beroeps- en niet-beroepsbev. met inkomen
Beroeps- en niet-beroepsbevolking met inkomen
Personen die tot de werkzame, de werkloze of de niet-beroepsbevolking behoren.

Deze definitie heeft betrekking op personen die in Nederland wonen (exclusief de institutionele bevolking). De gegevens worden meestal gepresenteerd voor de bevolking van 15 tot 75 jaar. Het gaat hier om de personen waarvoor het inkomen bekend is.
Gemiddeld persoonlijk primair inkomen
Het persoonlijk primair inkomen omvat inkomen uit arbeid en inkomen uit eigen onderneming. Inkomen uit arbeid bestaan uit loon, salaris, tantième, spaarloon en uit de beloning van arbeid die niet in dienstbetrekking is verricht. Ook beloningen in natura (de waarde van het privé gebruik van de auto van de werkgever) zijn hiertoe gerekend. Inkomen uit arbeid omvat ook loon dat vanuit het buitenland is ontvangen. Het weergegeven bedrag is inclusief de werknemers- en werkgeversbijdrage in de premies voor de sociale verzekeringen. Inkomen uit eigen onderneming bestaat uit het fiscale resultaat uit onderneming vermeerderd met het bedrag van de investeringsaftrek. Omdat inkomen uit vermogen niet altijd eenduidig is toe te rekenen aan de afzonderlijke personen binnen een huishouden is dit bestanddeel in het persoonlijk primair inkomen buiten beschouwing gelaten.
Gemiddeld persoonlijk overdrachtsinkomen
Het persoonlijk overdrachtsinkomen omvat uitkeringen inkomensverzekeringen, uitkeringen sociale voorzieningen (met uitzondering van kinderbijslag) en ontvangen inkomensoverdrachten zoals alimentatie van de ex-echtgeno(o)t(e). Bij de bepaling van het persoonlijk overdrachtsinkomen zijn kinderbijslag en ontvangen gebonden overdrachten zoals huurtoeslag buiten beschouwing gebleven, omdat deze bestanddelen niet altijd eenduidig toe te rekenen zijn aan de afzonderlijke personen binnen een huishouden. Het persoonlijk primair inkomen en het persoonlijk overdrachtsinkomen vormen samen het persoonlijk bruto-inkomen.
Gemiddeld persoonlijk inkomen
Het persoonlijk inkomen bestaat uit het persoonlijk bruto-inkomen verminderd met premies inkomensverzekeringen met uitzondering van premies volksverzekeringen. Op het persoonlijk inkomen zijn premies ziektekostenverzekering, belastingen op inkomen en vermogen en premies volksverzekeringen niet in mindering gebracht, omdat deze bestanddelen niet altijd eenduidig toe te rekenen zijn aan de afzonderlijke personen binnen een huishouden.
Gemiddeld gestandaardiseerd inkomen
Het gestandaardiseerd inkomen is het besteedbaar huishoudensinkomen gecorrigeerd voor verschillen in grootte en samenstelling van het huishouden. Deze correctie vindt plaats met behulp van zogenoemde equivalentiefactoren. In de equivalentiefactor komen de schaalvoordelen tot uitdrukking die het gevolg zijn van het voeren van een gemeenschappelijke huishouding. Met behulp van de equivalentiefactoren worden alle inkomens herleid tot het inkomen van een eenpersoonshuishouden. Op deze wijze zijn de welvaartsniveaus van huishoudens onderling vergelijkbaar gemaakt. Omdat welvaart door individuen ervaren wordt, wordt het gestandaardiseerde inkomen aan elk van de leden van het huishouden toegekend. Het besteedbaar inkomen bestaat uit het bruto-inkomen verminderd met betaalde inkomensoverdrachten zoals alimentatie van de ex-echtgeno(o)t(e), premies inkomensverzekeringen zoals premies betaald voor sociale verzekeringen, volksverzekeringen en particuliere verzekeringen in verband met werkloosheid, arbeidsongeschiktheid en ouderdom en nabestaanden, premies ziektekostenverzekeringen, en belastingen op inkomen en vermogen.
Beroeps- niet-beroepsbev. inkomen onb.
Beroeps- en niet-beroepsbevolking inkomen onbekend
Personen die tot de werkzame, de werkloze of de niet-beroepsbevolking behoren.

Deze definitie heeft betrekking op personen die in Nederland wonen (exclusief de institutionele bevolking). De gegevens worden meestal gepresenteerd voor de bevolking van 15 tot 75 jaar. Het gaat hier om de personen waarvoor het inkomen van het huishouden onbekend is of waarvoor geen inkomensgegevens gekoppeld konden worden.