Productie gebouwen, prijsindex 2015=100
Perioden | Totaal nieuwbouw en overige bouw (2015=100) | Nieuwbouw Totaal nieuwbouw (2015=100) | Nieuwbouw Nieuwbouwwoningen (2015=100) | Nieuwbouw Nieuwbouw overige gebouwen Nieuwbouw marktsector (2015=100) | Nieuwbouw Nieuwbouw overige gebouwen Nieuwbouw budgetsector (2015=100) | Overige bouw Totaal overige bouw (2015=100) | Overige bouw Bestaande woningen (2015=100) | Overige bouw Bestaande overige gebouwen Bestaande bouw marktsector (2015=100) | Overige bouw Bestaande overige gebouwen Bestaande bouw budgetsector (2015=100) |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
2024 3e kwartaal* | 145,5 | 145,7 | 150,5 | 138,7 | 133,3 | 144,9 | 154,1 | 140,3 | 137,6 |
Bron: CBS. |
Tabeltoelichting
Deze tabel geeft de prijsontwikkeling weer van de door het CBS berekende bouwproductie. Deze productie wordt berekend aan de hand van door gemeenten afgegeven bouwvergunningen met een waarde van 50 duizend euro of meer, en de daarop vermelde bouwkosten. Met behulp van onder andere gemiddelde wachttijden alvorens de bouw start en bouwtijden worden op basis van deze vergunningen de productie berekend.
Met behulp van de in de tabel genoemde prijsindexcijfers wordt de invloed van prijsveranderingen op de bouwproductie geëlimineerd. Deze prijsindex is daarom te gebruiken als deflator om de volumeontwikkeling van de bouwproductie te berekenen.
De prijsindexcijfers worden berekend voor 2 secties (Nieuwbouw en Overige bouw) en 3 sectoren (woningen, gebouwen voor de marktsector en gebouwen voor de budgetsector).
Gegevens beschikbaar vanaf: 1e kwartaal 2015
Status van de cijfers:
De prijsindexcijfers in deze tabel zijn definitief tot en met het 3e kwartaal 2023 en het jaarcijfer 2022.
Wijzigingen per 30 oktober 2024:
Cijfers van het 3e kwartaal 2024 zijn toegevoegd.
Vanwege een methodeverbetering zijn de indexcijfers voor de deelreeks Nieuwbouwwoningen in de periode 2019 kwartaal 3 en de deelreeks Bestaande bouw marktsector in de periode 2021 kwartaal 3 gecorrigeerd met 0,1 indexpunt. De verbetering heeft betrekking op de onderliggende prijsindexcijfers die gebruikt worden om de invloed van prijsveranderingen op de bouwproductie te elimineren.
Wanneer komen er nieuwe cijfers?
In januari 2025 verschijnen de voorlopige cijfers van het 4e kwartaal 2024.
Toelichting onderwerpen
- Totaal nieuwbouw en overige bouw
- Dit betreft de nieuwbouw (nieuw op te richten) en overige bouw (uitbreiding, herstel en verbouw) van woningen en gebouwen in de markt- en budgetsector.
- Nieuwbouw
- Totaal nieuwbouw
- Dit betreft de nieuw opgerichte woningen en gebouwen voor de markt- en budgetsector.
- Nieuwbouwwoningen
- Nieuwbouw overige gebouwen
- Nieuwbouw marktsector
- De marktsector is de sector die voor het overgrote deel door bedrijven, organisaties of particulieren wordt gefinancierd. Het betreft nieuw op te richten gebouwen voor de volgende bestemmingen: agrarische sector, industrie en bouwnijverheid, handel en horeca, vervoer en communicatie, alsmede zakelijke dienstverlening.
- Nieuwbouw budgetsector
- De budgetsector is de sector die voor het overgrote deel door de overheid wordt gefinancierd. Het betreft nieuw op te richten gebouwen voor de volgende bestemmingen: openbaar bestuur, onderwijs, gezondheids- en welzijnszorg, alsmede overige dienstverlening.
- Overige bouw
- Totaal overige bouw
- Dit betreft de uitbreiding, herstel en verbouw van bestaande woningen en bestaande gebouwen in de markt- en budgetsector.
- Bestaande woningen
- Bestaande overige gebouwen
- Bestaande bouw marktsector
- De marktsector is de sector die voor het overgrote deel door bedrijven, organisaties of particulieren wordt gefinancierd. Het betreft uitbreiding, herstel en verbouw van gebouwen voor de volgende bestemmingen: agrarische sector, industrie en bouwnijverheid, handel en horeca, vervoer en communicatie, alsmede zakelijke dienstverlening.
- Bestaande bouw budgetsector
- De budgetsector is de sector die voor het overgrote deel door de overheid wordt gefinancierd. Het betreft uitbreiding, herstel en verbouw van gebouwen voor de volgende bestemmingen: openbaar bestuur, onderwijs, gezondheids- en welzijnszorg, alsmede overige dienstverlening.