Fysieke arbeidsbelasting werknemers; geslacht en leeftijd

Fysieke arbeidsbelasting werknemers; geslacht en leeftijd

Geslacht Leeftijd Marges Perioden Gevaarlijk werk en gevaarlijke stoffen Gevaarlijk werk (vanaf 2018) Gevaarlijk werk (vanaf 2018) (%) Gevaarlijk werk en gevaarlijke stoffen Gevaarlijk werk (vanaf 2018) Vallen (%) Gevaarlijk werk en gevaarlijke stoffen Gevaarlijk werk (vanaf 2018) Struikelen (%) Gevaarlijk werk en gevaarlijke stoffen Gevaarlijk werk (vanaf 2018) Bekneld (%) Gevaarlijk werk en gevaarlijke stoffen Gevaarlijk werk (vanaf 2018) Snijden (%) Gevaarlijk werk en gevaarlijke stoffen Gevaarlijk werk (vanaf 2018) Botsen (%) Gevaarlijk werk en gevaarlijke stoffen Gevaarlijk werk (vanaf 2018) Gevaarlijke stoffen (%) Gevaarlijk werk en gevaarlijke stoffen Gevaarlijk werk (vanaf 2018) Geweld (%) Gevaarlijk werk en gevaarlijke stoffen Gevaarlijk werk (vanaf 2018) Verbranden (%) Gevaarlijk werk en gevaarlijke stoffen Gevaarlijk werk (vanaf 2018) Verstikking (%) Gevaarlijk werk en gevaarlijke stoffen Gevaarlijk werk (vanaf 2018) Anders (%) Gevaarlijk werk en gevaarlijke stoffen Gevaarlijke stoffen (vanaf 2022) Werkt met of dichtbij ongezonde stoffen (%) Gevaarlijk werk en gevaarlijke stoffen Gevaarlijke stoffen (vanaf 2022) Besmettingskans (%) Gevaarlijk werk en gevaarlijke stoffen Gevaarlijke stoffen (vanaf 2022) Besmettingskans via patiënten (%) Gevaarlijk werk en gevaarlijke stoffen Gevaarlijke stoffen (vanaf 2022) Besmettingskans via andere mensen (%) Gevaarlijk werk en gevaarlijke stoffen Gevaarlijke stoffen (vanaf 2022) Besmettingskans via dieren (%) Gevaarlijk werk en gevaarlijke stoffen Gevaarlijke stoffen (vanaf 2022) Besmettingskans via water (%) Gevaarlijk werk en gevaarlijke stoffen Gevaarlijke stoffen (vanaf 2022) Besmettingskans via onderzoeksmateriaal (%) Gevaarlijk werk en gevaarlijke stoffen Gevaarlijke stoffen (vanaf 2022) Besmettingskans via ander materiaal (%)
Totaal mannen en vrouwen 15 tot 75 jaar Waarde 2023 12,7 1,6 4,6 1,3 4,2 3,5 1,8 2,0 2,1 0,3 1,9 6,1 46,4 13,0 34,6 1,6 1,6 0,9 2,9
Totaal mannen en vrouwen 15 tot 75 jaar Ondergrens 95%-interval 2023 12,4 1,5 4,4 1,2 4,1 3,3 1,7 1,9 2,0 0,3 1,8 5,9 46,0 12,8 34,2 1,5 1,5 0,9 2,8
Totaal mannen en vrouwen 15 tot 75 jaar Bovengrens 95%-interval 2023 13,0 1,7 4,8 1,4 4,4 3,7 1,9 2,1 2,2 0,4 2,1 6,4 46,8 13,2 35,0 1,8 1,7 1,0 3,1
Totaal mannen en vrouwen 15 tot 25 jaar Waarde 2023 16,8 1,4 5,6 1,3 6,6 3,6 1,6 2,1 4,5 0,3 2,0 6,1 42,2 10,1 31,2 1,9 1,1 0,7 3,6
Totaal mannen en vrouwen 15 tot 25 jaar Ondergrens 95%-interval 2023 15,9 1,1 5,1 1,0 6,1 3,2 1,3 1,8 4,0 0,2 1,7 5,5 41,1 9,4 30,1 1,6 0,9 0,5 3,2
Totaal mannen en vrouwen 15 tot 25 jaar Bovengrens 95%-interval 2023 17,6 1,7 6,1 1,6 7,2 4,1 1,9 2,5 5,0 0,4 2,3 6,7 43,4 10,8 32,2 2,3 1,3 0,9 4,1
Totaal mannen en vrouwen 25 tot 35 jaar Waarde 2023 12,4 1,4 4,2 1,3 4,3 3,1 2,2 2,6 1,9 0,5 2,3 7,0 43,8 13,9 31,6 2,0 1,7 1,4 2,7
Totaal mannen en vrouwen 25 tot 35 jaar Ondergrens 95%-interval 2023 11,7 1,1 3,8 1,1 3,9 2,8 1,9 2,3 1,6 0,3 2,0 6,5 42,8 13,2 30,6 1,8 1,5 1,2 2,3
Totaal mannen en vrouwen 25 tot 35 jaar Bovengrens 95%-interval 2023 13,1 1,6 4,7 1,5 4,8 3,5 2,5 2,9 2,2 0,6 2,6 7,5 44,8 14,5 32,5 2,3 2,0 1,7 3,0
Totaal mannen en vrouwen 35 tot 45 jaar Waarde 2023 11,4 1,8 4,2 1,3 3,9 3,3 1,8 2,0 1,7 0,3 2,2 6,1 46,2 13,1 34,5 1,5 1,7 1,0 2,9
Totaal mannen en vrouwen 35 tot 45 jaar Ondergrens 95%-interval 2023 10,7 1,5 3,8 1,1 3,6 2,9 1,5 1,7 1,5 0,2 1,9 5,6 45,2 12,5 33,6 1,3 1,4 0,8 2,6
Totaal mannen en vrouwen 35 tot 45 jaar Bovengrens 95%-interval 2023 12,0 2,1 4,6 1,5 4,4 3,7 2,1 2,3 2,0 0,5 2,5 6,7 47,2 13,8 35,4 1,8 1,9 1,2 3,3
Totaal mannen en vrouwen 45 tot 55 jaar Waarde 2023 11,5 1,8 4,4 1,5 3,8 3,2 1,8 1,7 1,7 0,4 1,8 6,1 47,2 12,5 35,9 1,5 1,7 0,8 2,9
Totaal mannen en vrouwen 45 tot 55 jaar Ondergrens 95%-interval 2023 10,9 1,6 4,0 1,3 3,4 2,9 1,6 1,5 1,5 0,3 1,5 5,7 46,2 11,9 35,0 1,3 1,4 0,7 2,6
Totaal mannen en vrouwen 45 tot 55 jaar Bovengrens 95%-interval 2023 12,1 2,1 4,8 1,8 4,1 3,6 2,1 2,0 2,0 0,5 2,0 6,6 48,1 13,2 36,8 1,8 2,0 1,0 3,3
Totaal mannen en vrouwen 55 tot 65 jaar Waarde 2023 12,4 1,8 5,1 1,4 3,3 3,9 1,8 1,8 1,4 0,2 1,6 5,8 52,2 15,1 39,5 1,4 1,8 0,8 2,7
Totaal mannen en vrouwen 55 tot 65 jaar Ondergrens 95%-interval 2023 11,9 1,6 4,7 1,2 3,0 3,5 1,6 1,6 1,2 0,1 1,4 5,4 51,3 14,5 38,6 1,2 1,6 0,6 2,4
Totaal mannen en vrouwen 55 tot 65 jaar Bovengrens 95%-interval 2023 13,1 2,1 5,5 1,7 3,6 4,2 2,0 2,1 1,6 0,3 1,8 6,2 53,1 15,7 40,4 1,6 2,1 0,9 3,0
Totaal mannen en vrouwen 65 tot 75 jaar Waarde 2023 11,3 1,0 3,3 0,8 2,2 5,8 0,9 0,9 0,8 0,1 0,9 3,7 47,4 12,2 36,1 0,9 1,6 0,4 2,3
Totaal mannen en vrouwen 65 tot 75 jaar Ondergrens 95%-interval 2023 10,1 0,7 2,7 0,6 1,6 4,9 0,6 0,6 0,5 0,0 0,6 3,0 45,4 10,9 34,2 0,6 1,2 0,2 1,8
Totaal mannen en vrouwen 65 tot 75 jaar Bovengrens 95%-interval 2023 12,7 1,5 4,2 1,3 2,8 6,8 1,4 1,4 1,2 0,2 1,4 4,6 49,4 13,6 38,1 1,4 2,3 0,7 3,1
Mannen 15 tot 75 jaar Waarde 2023 17,0 2,8 6,6 2,3 5,7 6,0 2,7 1,8 2,8 0,5 2,4 7,9 38,0 4,7 30,7 1,9 2,1 0,9 4,0
Mannen 15 tot 75 jaar Ondergrens 95%-interval 2023 16,5 2,6 6,3 2,1 5,4 5,7 2,5 1,7 2,6 0,4 2,3 7,6 37,4 4,5 30,2 1,7 1,9 0,8 3,8
Mannen 15 tot 75 jaar Bovengrens 95%-interval 2023 17,4 3,0 6,9 2,5 6,0 6,3 2,9 2,0 3,0 0,6 2,6 8,3 38,6 5,0 31,3 2,1 2,3 1,1 4,2
Mannen 15 tot 25 jaar Waarde 2023 21,1 2,2 7,4 2,2 8,2 6,1 2,3 1,7 5,2 0,3 2,6 7,4 33,6 3,6 26,5 1,6 1,2 0,5 4,6
Mannen 15 tot 25 jaar Ondergrens 95%-interval 2023 19,8 1,7 6,6 1,8 7,3 5,4 1,8 1,3 4,5 0,2 2,1 6,5 32,0 3,0 25,0 1,2 0,9 0,3 3,9
Mannen 15 tot 25 jaar Bovengrens 95%-interval 2023 22,5 2,7 8,3 2,8 9,2 7,0 2,8 2,2 5,9 0,6 3,2 8,3 35,2 4,3 28,0 2,1 1,7 0,9 5,3
Mannen 25 tot 35 jaar Waarde 2023 16,3 2,5 6,1 2,2 6,0 5,3 3,3 2,3 2,8 0,7 3,0 9,0 36,4 5,6 28,6 2,3 2,2 1,5 3,8
Mannen 25 tot 35 jaar Ondergrens 95%-interval 2023 15,3 2,1 5,5 1,8 5,3 4,6 2,8 1,9 2,4 0,5 2,5 8,2 35,0 5,0 27,3 1,9 1,8 1,1 3,3
Mannen 25 tot 35 jaar Bovengrens 95%-interval 2023 17,4 3,0 6,8 2,7 6,7 5,9 3,8 2,8 3,3 1,0 3,6 9,9 37,8 6,3 29,9 2,8 2,7 1,9 4,4
Mannen 35 tot 45 jaar Waarde 2023 15,9 3,2 6,5 2,2 5,8 5,7 2,5 1,9 2,6 0,5 3,0 8,0 37,6 4,5 30,4 1,8 2,3 1,2 4,0
Mannen 35 tot 45 jaar Ondergrens 95%-interval 2023 14,9 2,7 5,8 1,8 5,1 5,1 2,1 1,6 2,2 0,4 2,5 7,2 36,2 3,9 29,1 1,4 1,9 0,9 3,5
Mannen 35 tot 45 jaar Bovengrens 95%-interval 2023 16,9 3,7 7,2 2,6 6,4 6,4 3,0 2,3 3,1 0,8 3,5 8,8 38,9 5,1 31,6 2,2 2,7 1,6 4,6
Mannen 45 tot 55 jaar Waarde 2023 15,3 3,1 6,5 2,6 5,0 5,6 2,9 1,4 2,2 0,6 2,0 8,2 38,3 4,5 31,3 2,0 2,4 0,7 4,2
Mannen 45 tot 55 jaar Ondergrens 95%-interval 2023 14,3 2,7 5,9 2,2 4,4 5,0 2,5 1,1 1,8 0,4 1,7 7,5 37,0 3,9 30,1 1,6 2,0 0,5 3,7
Mannen 45 tot 55 jaar Bovengrens 95%-interval 2023 16,3 3,6 7,2 3,1 5,6 6,3 3,4 1,7 2,6 0,9 2,5 9,0 39,6 5,1 32,6 2,4 2,8 1,0 4,8
Mannen 55 tot 65 jaar Waarde 2023 17,3 3,1 7,3 2,5 4,6 6,5 2,7 1,9 2,1 0,4 2,0 7,8 42,6 5,1 35,2 1,9 2,3 0,7 3,8
Mannen 55 tot 65 jaar Ondergrens 95%-interval 2023 16,4 2,7 6,6 2,1 4,1 5,9 2,4 1,6 1,7 0,3 1,7 7,1 41,4 4,5 34,0 1,6 1,9 0,5 3,3
Mannen 55 tot 65 jaar Bovengrens 95%-interval 2023 18,3 3,6 7,9 2,9 5,2 7,1 3,2 2,3 2,4 0,5 2,3 8,5 43,8 5,6 36,4 2,3 2,7 1,0 4,3
Mannen 65 tot 75 jaar Waarde 2023 15,3 1,5 4,4 1,3 2,3 8,9 1,2 1,0 1,0 0,1 1,0 4,5 41,2 5,5 34,9 1,4 1,9 0,4 3,0
Mannen 65 tot 75 jaar Ondergrens 95%-interval 2023 13,6 1,0 3,4 0,9 1,7 7,5 0,8 0,6 0,6 0,0 0,6 3,5 38,8 4,4 32,5 0,9 1,3 0,2 2,2
Mannen 65 tot 75 jaar Bovengrens 95%-interval 2023 17,3 2,2 5,5 2,0 3,2 10,4 2,0 1,6 1,5 0,4 1,7 5,8 43,7 6,7 37,3 2,1 2,8 0,8 4,0
Vrouwen 15 tot 75 jaar Waarde 2023 8,2 0,4 2,5 0,3 2,7 0,9 0,9 2,2 1,4 0,1 1,4 4,2 55,2 21,6 38,7 1,4 1,1 1,0 1,8
Vrouwen 15 tot 75 jaar Ondergrens 95%-interval 2023 7,8 0,3 2,3 0,3 2,5 0,8 0,8 2,0 1,2 0,1 1,2 4,0 54,6 21,2 38,1 1,2 1,0 0,8 1,6
Vrouwen 15 tot 75 jaar Bovengrens 95%-interval 2023 8,5 0,5 2,7 0,4 2,9 1,0 1,0 2,4 1,5 0,2 1,5 4,5 55,8 22,1 39,3 1,5 1,3 1,1 2,0
Vrouwen 15 tot 25 jaar Waarde 2023 12,5 0,6 3,8 0,3 5,1 1,2 0,9 2,5 3,8 0,2 1,4 4,8 50,6 16,3 35,7 2,2 0,9 0,8 2,7
Vrouwen 15 tot 25 jaar Ondergrens 95%-interval 2023 11,5 0,4 3,3 0,2 4,5 0,9 0,6 2,0 3,3 0,1 1,0 4,1 49,0 15,1 34,2 1,8 0,6 0,5 2,3
Vrouwen 15 tot 25 jaar Bovengrens 95%-interval 2023 13,6 0,9 4,5 0,6 5,8 1,6 1,2 3,0 4,4 0,5 1,8 5,5 52,2 17,6 37,2 2,7 1,3 1,2 3,3
Vrouwen 25 tot 35 jaar Waarde 2023 8,4 0,2 2,3 0,3 2,7 1,0 1,1 2,9 1,0 0,2 1,6 4,9 51,2 22,0 34,5 1,8 1,3 1,4 1,5
Vrouwen 25 tot 35 jaar Ondergrens 95%-interval 2023 7,6 0,1 1,9 0,2 2,3 0,8 0,9 2,4 0,7 0,1 1,3 4,3 49,8 20,9 33,2 1,4 1,0 1,1 1,2
Vrouwen 25 tot 35 jaar Bovengrens 95%-interval 2023 9,2 0,4 2,8 0,6 3,2 1,3 1,5 3,4 1,3 0,4 2,0 5,6 52,5 23,2 35,8 2,2 1,7 1,8 1,9
Vrouwen 35 tot 45 jaar Waarde 2023 6,6 0,4 1,8 0,3 2,1 0,8 1,0 2,0 0,8 0,1 1,3 4,2 55,1 22,0 38,7 1,2 1,0 0,8 1,8
Vrouwen 35 tot 45 jaar Ondergrens 95%-interval 2023 5,9 0,2 1,4 0,2 1,7 0,5 0,8 1,7 0,6 0,0 1,0 3,7 53,6 20,8 37,4 1,0 0,8 0,6 1,4
Vrouwen 35 tot 45 jaar Bovengrens 95%-interval 2023 7,4 0,6 2,2 0,6 2,5 1,1 1,4 2,5 1,1 0,2 1,7 4,9 56,5 23,2 40,1 1,6 1,4 1,1 2,2
Vrouwen 45 tot 55 jaar Waarde 2023 7,5 0,4 2,2 0,4 2,5 0,8 0,7 2,1 1,2 0,2 1,5 4,0 56,2 20,7 40,6 1,0 1,0 0,9 1,6
Vrouwen 45 tot 55 jaar Ondergrens 95%-interval 2023 6,8 0,3 1,8 0,2 2,1 0,5 0,5 1,7 0,9 0,1 1,2 3,5 54,9 19,6 39,3 0,8 0,7 0,7 1,3
Vrouwen 45 tot 55 jaar Bovengrens 95%-interval 2023 8,3 0,7 2,7 0,6 2,9 1,0 1,0 2,5 1,5 0,4 1,9 4,6 57,6 21,9 41,9 1,3 1,3 1,3 2,0
Vrouwen 55 tot 65 jaar Waarde 2023 6,8 0,3 2,5 0,2 1,7 0,8 0,7 1,7 0,6 0,0 1,1 3,5 63,1 26,5 44,4 0,8 1,4 0,8 1,5
Vrouwen 55 tot 65 jaar Ondergrens 95%-interval 2023 6,1 0,2 2,1 0,1 1,4 0,6 0,5 1,4 0,4 0,0 0,9 3,0 61,9 25,3 43,1 0,6 1,1 0,6 1,2
Vrouwen 55 tot 65 jaar Bovengrens 95%-interval 2023 7,5 0,5 3,0 0,4 2,1 1,1 1,0 2,1 0,8 0,1 1,4 4,0 64,4 27,6 45,7 1,1 1,7 1,1 1,9
Vrouwen 65 tot 75 jaar Waarde 2023 4,8 0,3 1,7 0,0 1,9 0,7 0,3 0,8 0,5 0,0 0,8 2,4 57,4 23,1 38,2 0,2 1,2 0,4 1,3
Vrouwen 65 tot 75 jaar Ondergrens 95%-interval 2023 3,5 0,1 1,0 0,0 1,2 0,3 0,1 0,4 0,1 0,0 0,3 1,5 54,0 20,4 35,0 0,1 0,6 0,2 0,7
Vrouwen 65 tot 75 jaar Bovengrens 95%-interval 2023 6,6 1,1 2,9 . 3,2 1,6 1,1 1,6 1,4 . 1,8 3,8 60,7 26,2 41,5 0,9 2,3 1,1 2,4
Bron: © CBS, TNO
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat gegevens over de fysieke arbeidsomstandigheden van de Nederlandse werknemer van 15 tot 75 jaar, naar leeftijd en geslacht. In de tabel worden cijfers gepresenteerd over kracht zetten, geluid en trillingen, gevaarlijk werk en gevaarlijke stoffen, werkhouding en beeldschermwerk.

Vanaf het verslagjaar 2022 verschilt de wijze waarop gegevens voor de NEA zijn verzameld en verwerkt op enkele punten van eerdere verslagjaren. Daardoor zijn de cijfers vanaf 2022 mogelijk niet in alle gevallen vergelijkbaar met de cijfers tot en met 2021. Meer informatie is beschikbaar in de onderzoeksbeschrijving van de NEA 2022 (zie paragraaf 4).

Alle cijfers zijn gebaseerd op ten minste 100 waarnemingen.

Gegevens beschikbaar vanaf: 2014.

Status van de cijfers:
Cijfers in deze tabel zijn definitief.

Wijzigingen per 17 april 2024:
De jaarcijfers over 2023 zijn toegevoegd.

Wijzigingen per 18 april 2023:
De jaarcijfers over 2022 zijn toegevoegd.
In 2022 is de vraagstelling over het werken met gevaarlijke stoffen gewijzigd. Deze cijfers staan in de nieuwe onderwerpenmap “Gevaarlijke stoffen (vanaf 2022)”. Door deze wijzigingen zijn de cijfers over dit onderwerp vanaf 2022 niet vergelijkbaar met de cijfers van eerdere jaren (2014-2021). Cijfers over het oude onderwerp “Gevaarlijke stoffen (tot 2022)” worden vanaf 2022 niet meer aangevuld.
Tot slot zijn in de tabel betrouwbaarheidsintervallen toegevoegd, en is het minimaal aantal waarnemingen voor publicatie gewijzigd van 200 naar 100.

Wijzigingen per 29 augustus 2019
De 2018 cijfers behorende bij het onderwerp ‘gevaarlijk werk (vanaf 2018)’ waren onjuist. Vanwege een technisch probleem tijdens de waarneming waren niet alle antwoorden van respondenten
meegeteld. Deze cijfers zijn nu gecorrigeerd.

Wijzigingen per 11 april 2019
In 2018 is de vraagstelling over gevaarlijk werk gewijzigd. Voor elke vorm van gevaarlijk werk wordt gevraagd naar de frequentie. Hieruit wordt afgeleid of werknemers aan minimaal één vorm van gevaarlijk werk worden blootgesteld. Deze cijfers staan in de nieuwe onderwerpenmap “Gevaarlijk werk (vanaf 2018)”. Door deze wijzigingen zijn de cijfers over dit onderwerp vanaf 2018 niet vergelijkbaar met de cijfers van eerdere jaren (2014-2017). Cijfers over het oude onderwerp “Gevaarlijk werk (tot 2018)” worden vanaf 2018 niet meer aangevuld.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Uiterlijk in mei verschijnen de cijfers over het voorafgaande jaar.

Toelichting onderwerpen

Gevaarlijk werk en gevaarlijke stoffen
Gevaarlijk werk (vanaf 2018)
Gevaarlijk werk (vanaf 2018)
Cijfer betreft het percentage werknemers dat bij minimaal 1 van de 10 vragen over gevaarlijk werk aangeeft dat zij vaak of altijd gevaarlijk werk moeten doen.

In 2021 en 2020 is deze vraag niet gesteld aan werknemers waarvan het werk op de enquêtedatum stil lag/niet mocht worden uitgevoerd vanwege coronamaatregelen. Het betreft 0,5 procent van alle werknemers in 2021 en 2,5 procent in 2020. Binnen bedrijfstakken, beroepen, leeftijdsklassen en andere kenmerken kan dit percentage hoger of lager uitvallen. Het cijfer is berekend voor werknemers waarvan het werk op de enquêtedatum niet stil lag vanwege coronamaatregelen.
Vallen
Cijfer betreft het percentage werknemers dat aangeeft vaak of altijd gevaarlijk werk te moeten doen waarbij zij kunnen vallen van grote hoogte.

Deze vraag wordt sinds 2018 aan werknemers gesteld. In 2021 en 2020 is deze vraag niet gesteld aan werknemers waarvan het werk op de enquêtedatum stil lag/niet mocht worden uitgevoerd vanwege coronamaatregelen. Het betreft 0,5 procent van alle werknemers in 2021 en 2,5 procent in 2020. Binnen bedrijfstakken, beroepen, leeftijdsklassen en andere kenmerken kan dit percentage hoger of lager uitvallen. Het cijfer is berekend voor werknemers waarvan het werk op de enquêtedatum niet stil lag vanwege coronamaatregelen.
Struikelen
Cijfer betreft het percentage werknemers dat aangeeft vaak of altijd gevaarlijk werk te moeten doen waarbij zij kunnen struikelen of uitglijden.

Deze vraag wordt sinds 2018 aan werknemers gesteld. In 2021 en 2020 is deze vraag niet gesteld aan werknemers waarvan het werk op de enquêtedatum stil lag/niet mocht worden uitgevoerd vanwege coronamaatregelen. Het betreft 0,5 procent van alle werknemers in 2021 en 2,5 procent in 2020. Binnen bedrijfstakken, beroepen, leeftijdsklassen en andere kenmerken kan dit percentage hoger of lager uitvallen. Het cijfer is berekend voor werknemers waarvan het werk op de enquêtedatum niet stil lag vanwege coronamaatregelen.
Bekneld
Cijfer betreft het percentage werknemers dat aangeeft vaak of altijd gevaarlijk werk te moeten doen waarbij zij bekneld kunnen raken.

Deze vraag wordt sinds 2018 aan werknemers gesteld. In 2021 en 2020 is deze vraag niet gesteld aan werknemers waarvan het werk op de enquêtedatum stil lag/niet mocht worden uitgevoerd vanwege coronamaatregelen. Het betreft 0,5 procent van alle werknemers in 2021 en 2,5 procent in 2020. Binnen bedrijfstakken, beroepen, leeftijdsklassen en andere kenmerken kan dit percentage hoger of lager uitvallen. Het cijfer is berekend voor werknemers waarvan het werk op de enquêtedatum niet stil lag vanwege coronamaatregelen.
Snijden
Cijfer betreft het percentage werknemers dat aangeeft vaak of altijd gevaarlijk werk te moeten doen waarbij zij zich kunnen snijden of steken.

Deze vraag wordt sinds 2018 aan werknemers gesteld. In 2021 en 2020 is deze vraag niet gesteld aan werknemers waarvan het werk op de enquêtedatum stil lag/niet mocht worden uitgevoerd vanwege coronamaatregelen. Het betreft 0,5 procent van alle werknemers in 2021 en 2,5 procent in 2020. Binnen bedrijfstakken, beroepen, leeftijdsklassen en andere kenmerken kan dit percentage hoger of lager uitvallen. Het cijfer is berekend voor werknemers waarvan het werk op de enquêtedatum niet stil lag vanwege coronamaatregelen.
Botsen
Cijfer betreft het percentage werknemers dat aangeeft vaak of altijd gevaarlijk werk te moeten doen waarbij botsingen of aanrijdingen kunnen voorkomen.

Deze vraag wordt sinds 2018 aan werknemers gesteld. In 2021 en 2020 is deze vraag niet gesteld aan werknemers waarvan het werk op de enquêtedatum stil lag/niet mocht worden uitgevoerd vanwege coronamaatregelen. Het betreft 0,5 procent van alle werknemers in 2021 en 2,5 procent in 2020. Binnen bedrijfstakken, beroepen, leeftijdsklassen en andere kenmerken kan dit percentage hoger of lager uitvallen. Het cijfer is berekend voor werknemers waarvan het werk op de enquêtedatum niet stil lag vanwege coronamaatregelen.
Gevaarlijke stoffen
Cijfer betreft het percentage werknemers dat aangeeft vaak of altijd gevaarlijk werk te moeten doen waarbij zij een ongeluk kunnen krijgen met gevaarlijke stoffen.

Deze vraag wordt sinds 2018 aan werknemers gesteld. In 2021 en 2020 is deze vraag niet gesteld aan werknemers waarvan het werk op de enquêtedatum stil lag/niet mocht worden uitgevoerd vanwege coronamaatregelen. Het betreft 0,5 procent van alle werknemers in 2021 en 2,5 procent in 2020. Binnen bedrijfstakken, beroepen, leeftijdsklassen en andere kenmerken kan dit percentage hoger of lager uitvallen. Het cijfer is berekend voor werknemers waarvan het werk op de enquêtedatum niet stil lag vanwege coronamaatregelen.
Geweld
Cijfer betreft het percentage werknemers dat aangeeft vaak of altijd gevaarlijk werk te moeten doen waarbij er een confrontatie kan ontstaan met geweld.

Deze vraag wordt sinds 2018 aan werknemers gesteld. In 2021 en 2020 is deze vraag niet gesteld aan werknemers waarvan het werk op de enquêtedatum stil lag/niet mocht worden uitgevoerd vanwege coronamaatregelen. Het betreft 0,5 procent van alle werknemers in 2021 en 2,5 procent in 2020. Binnen bedrijfstakken, beroepen, leeftijdsklassen en andere kenmerken kan dit percentage hoger of lager uitvallen. Het cijfer is berekend voor werknemers waarvan het werk op de enquêtedatum niet stil lag vanwege coronamaatregelen.
Verbranden
Cijfer betreft het percentage werknemers dat aangeeft vaak of altijd gevaarlijk werk te moeten doen waarbij zij zich kunnen verbranden.

Deze vraag wordt sinds 2018 aan werknemers gesteld. In 2021 en 2020 is deze vraag niet gesteld aan werknemers waarvan het werk op de enquêtedatum stil lag/niet mocht worden uitgevoerd vanwege coronamaatregelen. Het betreft 0,5 procent van alle werknemers in 2021 en 2,5 procent in 2020. Binnen bedrijfstakken, beroepen, leeftijdsklassen en andere kenmerken kan dit percentage hoger of lager uitvallen. Het cijfer is berekend voor werknemers waarvan het werk op de enquêtedatum niet stil lag vanwege coronamaatregelen.
Verstikking
Cijfer betreft het percentage werknemers dat aangeeft vaak of altijd gevaarlijk werk te moeten doen waarbij verstikking kan voorkomen.

Deze vraag wordt sinds 2018 aan werknemers gesteld. In 2021 en 2020 is deze vraag niet gesteld aan werknemers waarvan het werk op de enquêtedatum stil lag/niet mocht worden uitgevoerd vanwege coronamaatregelen. Het betreft 0,5 procent van alle werknemers in 2021 en 2,5 procent in 2020. Binnen bedrijfstakken, beroepen, leeftijdsklassen en andere kenmerken kan dit percentage hoger of lager uitvallen. Het cijfer is berekend voor werknemers waarvan het werk op de enquêtedatum niet stil lag vanwege coronamaatregelen.
Anders
Cijfer betreft het percentage werknemers dat aangeeft vaak of altijd gevaarlijk werk te moeten doen waarbij er een ‘ander gevaar’ kan spelen.

Deze vraag wordt sinds 2018 aan werknemers gesteld. In 2021 en 2020 is deze vraag niet gesteld aan werknemers waarvan het werk op de enquêtedatum stil lag/niet mocht worden uitgevoerd vanwege coronamaatregelen. Het betreft 0,5 procent van alle werknemers in 2021 en 2,5 procent in 2020. Binnen bedrijfstakken, beroepen, leeftijdsklassen en andere kenmerken kan dit percentage hoger of lager uitvallen. Het cijfer is berekend voor werknemers waarvan het werk op de enquêtedatum niet stil lag vanwege coronamaatregelen.
Gevaarlijke stoffen (vanaf 2022)
Werkt met of dichtbij ongezonde stoffen
Enquêtevraag: Werkt u weleens met of dichtbij stoffen die ongezond kunnen zijn? Dit zijn stoffen waarvan u ziek kunt worden of een allergische reactie kunt krijgen als u ze op de huid krijg, inslikt of inademt.

Antwoordcategorieën:
Nooit.
Soms.
Vaak.
Altijd.

Cijfer betreft het percentage werknemers met de antwoordcategorie: Vaak of altijd.

Deze vraag wordt sinds 2022 aan werknemers gesteld.
Besmettingskans
Cijfer betreft het percentage werknemers dat aangeeft tijdens het werk de kans te lopen om via één of meer manieren besmet te raken met een bacterie of virus.

Deze vraag wordt sinds 2022 aan werknemers gesteld.
Besmettingskans via patiënten
Cijfer betreft het percentage werknemers dat aangeeft tijdens het werk de kans te lopen om via patiënten besmet te raken met een bacterie of virus.

Deze vraag wordt sinds 2022 aan werknemers gesteld.
Besmettingskans via andere mensen
Cijfer betreft het percentage werknemers dat aangeeft tijdens het werk de kans te lopen om via andere mensen dan patiënten besmet te raken met een bacterie of virus.

Deze vraag wordt sinds 2022 aan werknemers gesteld.
Besmettingskans via dieren
Cijfer betreft het percentage werknemers dat aangeeft tijdens het werk de kans te lopen om via dieren (bijv. teken of vee) besmet te raken met een bacterie of virus.

Deze vraag wordt sinds 2022 aan werknemers gesteld.
Besmettingskans via water
Cijfer betreft het percentage werknemers dat aangeeft tijdens het werk de kans te lopen om via water dat besmet is met de legionellabacterie besmet te raken met een bacterie of virus.

Deze vraag wordt sinds 2022 aan werknemers gesteld.
Besmettingskans via onderzoeksmateriaal
Cijfer betreft het percentage werknemers dat aangeeft tijdens het werk de kans te lopen om via onderzoeksmateriaal dat men analyseert besmet te raken met een bacterie of virus.

Deze vraag wordt sinds 2022 aan werknemers gesteld.
Besmettingskans via ander materiaal
Cijfer betreft het percentage werknemers dat aangeeft tijdens het werk de kans te lopen om via ander materiaal (bijv. afval of rioolwater) besmet te raken met een bacterie of virus.

Deze vraag wordt sinds 2022 aan werknemers gesteld.