Overheidsbalans; activa en passiva 2001-2016

Overheidsbalans; activa en passiva 2001-2016

Perioden Activa Niet-financiële activa Voorraden (mln euro)
2016* 0
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat gegevens over de (eind)balans van de sector overheid. Dit geeft inzicht in de bezittingen, schulden en het vermogen van de overheid. De bezittingen bestaan uit financiële activa (bijvoorbeeld leningen) en niet-financiële activa (zoals woningen). De schulden plus het vermogen vormen de passiva van de balans. De balansposten worden in het algemeen tegen marktwaarde gewaardeerd. De marktwaarde geeft het bedrag weer waarvoor een activum verkocht kan worden. Indien er geen markt bestaat voor een activum wordt een zo goed mogelijke benadering gegeven van de marktwaarde. Financiële balansposten die niet op de markt verhandeld worden zoals chartaal geld, deposito's, leningen, handelskredieten en transitoria worden tegen de nominale waarde gewaardeerd.

De gebruikte begrippen sluiten aan bij de Nationale rekeningen. De Nationale rekeningen zijn gebaseerd op de internationale definities van het Europees Systeem van Rekeningen (ESR 2010). Om de toegankelijkheid van de tabel te verhogen, worden in sommige gevallen gangbaardere omschrijvingen gebruikt in plaats van de termen uit de Nationale rekeningen. De betreffende Nationale rekeningen-term wordt dan in de toelichting vermeld. De gepresenteerde gegevens sluiten aan bij de publicaties over de Nationale rekeningen, respectievelijk de overheidsrekeningen.

Gegevens beschikbaar van 2001 tot en met 2016

Status van de cijfers:
Het meest recente verslagjaar 2016 heeft de status voorlopig, de verslagjaren 2015 en eerder hebben de status definitief. Aangezien deze tabel is stopgezet, worden de gegevens niet meer definitief gemaakt.

Wijzigingen per 17 juni 2019:
Geen, deze tabel is stopgezet.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Niet meer van toepassing.
Deze tabel wordt opgevolgd door Overheidsbalans; activa en passiva. Zie paragraaf 3.

Toelichting onderwerpen

Activa
Totaal van alle bezittingen.

Een economisch actief (meervoud activa) is een waardeobject waarvan het bezit of gebruik gedurende een bepaalde tijd de economische eigenaar baten oplevert. Het is een middel om waarde mee te nemen van de ene verslagperiode naar de volgende.
Niet-financiële activa
Niet-financiële activa zijn objecten die een economische waarde hebben, waar eigendomsrechten over kunnen worden uitgeoefend en die niet geldelijk van aard zijn. In de praktijk komt dit bij benadering neer op alle (niet geldelijke) objecten die verkocht kunnen worden. Voorbeelden van objecten die niet verkocht kunnen worden zijn de zee en de lucht. Voorbeelden van activa die geldelijk van aard zijn, zijn aandelen en pensioenen. Niet financiële activa bestaan uit vaste activa, voorraden, grond, minerale reserves en duurzame consumptiegoederen.
Voorraden
Alle grondstoffen, halffabrikaten, onderhanden werk en eindproducten, die op een bepaald moment bij de producenten aanwezig zijn. Een uitzondering is het onderhanden werk in de bouwnijverheid, dat tot de investeringen in vaste activa van de opdrachtgever is gerekend, en niet tot veranderingen in voorraden in de bouwnijverheid. Het gaat hierbij om nog niet voltooide woningen, bedrijfsgebouwen en weg- en waterbouwkundige werken. Positieve veranderingen in de voorraden ontstaan wanneer in het verslagjaar goederen zijn geproduceerd, die nog niet zijn verkocht. Ook ontstaan toevoegingen aan voorraden wanneer goederen in het verslagjaar zijn gekocht, maar nog niet in het productieproces verbruikt. Negatieve veranderingen in voorraden ontstaan wanneer goederen aan bestaande voorraden worden onttrokken om verkocht of in het productieproces
verbruikt te worden. De waardering van de veranderingen in voorraden gebeurt zodanig, dat er geen winsten of verliezen op voorraden door prijsveranderingen ontstaan.
Beginvoorraad en eindvoorraad van elk goed worden voor dit doel tegen dezelfde prijs gewaardeerd, namelijk grondstoffen tegen de in de periode geldende gemiddelde inkoopprijs, eindproducten tegen de gemiddelde verkoopprijs en het onderhanden werk tegen de gemiddelde kostprijs. Met deze waarderingsmethode wordt zoveel mogelijk voorkomen dat de productiewaarde en daarmee de toegevoegde waarde worden beïnvloed door prijsveranderingen van de voorraden gedurende de periode van waarneming.