Overheid; inkomsten en uitgaven 1995-2017
Sectoren | Perioden | Uitgaven Totaal uitgaven (mln euro) | Uitgaven Aankopen goederen en diensten (mln euro) | Uitgaven Afschrijvingen (mln euro) | Uitgaven Saldo aan- en verkopen van niet-gepro... (mln euro) | Uitgaven Overige uitgaven Totaal overige uitgaven (mln euro) | Uitgaven Overige uitgaven Belastingen op productie en invoer (mln euro) | Uitgaven Overige uitgaven Belastingen op inkomen en vermogen (mln euro) | Uitgaven Overige uitgaven Uitk.soc.verz. rechtstr. door werkgevers (mln euro) | Overheidssaldo Overheidssaldo uitgaven (mln euro) | Exploitatiesaldo Saldo aan- en verkopen van niet-... (mln euro) | Memorandumposten Werkelijke rente-uitgaven (mln euro) |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Overheid | 2017* | 312.015 | 41.569 | 22.717 | -2.202 | 3.774 | 622 | 24 | 3.128 | -312.015 | -2.202 | 8.536 |
Centrale overheid | 2017* | 185.907 | 13.811 | 10.867 | 0 | 1.816 | 112 | 12 | 1.692 | -185.907 | 0 | 7.139 |
Rijk | 2017* | 177.958 | 9.124 | 5.111 | -4 | 1.293 | 26 | 12 | 1.255 | -177.958 | -4 | 7.071 |
Overige centrale overheid | 2017* | 22.482 | 4.687 | 5.756 | 4 | 523 | 86 | 0 | 437 | -22.482 | 4 | 88 |
Lokale overheid | 2017* | 97.962 | 26.434 | 11.747 | -2.202 | 1.899 | 505 | 12 | 1.382 | -97.962 | -2.202 | 1.528 |
Gemeenten | 2017* | 54.479 | 13.432 | 7.099 | -2.165 | 647 | 217 | 12 | 418 | -54.479 | -2.165 | 1.077 |
Overige lokale overheid | 2017* | 53.666 | 13.002 | 4.648 | -37 | 1.252 | 288 | 0 | 964 | -53.666 | -37 | 480 |
Socialezekerheidsfondsen | 2017* | 119.986 | 1.324 | 103 | 0 | 59 | 5 | 0 | 54 | -119.986 | 0 | 0 |
Bron: CBS. |
Tabeltoelichting
Deze tabel bevat gegevens over de inkomsten en uitgaven, het vorderingensaldo en het exploitatiesaldo van de sector overheid. Daarnaast worden enkele aanvullende gegevens over inkomsten en uitgaven weergegeven (memorandumposten). De gebruikte begrippen sluiten aan bij de Nationale rekeningen. De Nationale rekeningen zijn gebaseerd op de internationale definities van het Europees Systeem van Rekeningen (ESR 2010). Om de toegankelijkheid van de tabel te verhogen, worden in sommige gevallen gangbare omschrijvingen van inkomsten- en uitgavencategorieën gebruikt in plaats van de termen uit de Nationale rekeningen. De betreffende Nationale rekeningen-term wordt dan in de toelichting vermeld. De gepresenteerde gegevens sluiten aan bij de publicaties over de Nationale rekeningen. Er kunnen kleine tijdelijke verschillen met de publicaties van de Nationale rekeningen optreden doordat de gepubliceerde cijfers van de overheidsrekeningen soms actueler zijn.
De gegevens in deze tabel zijn geconsolideerd, dat wil zeggen dat onderlinge stromen worden geëlimineerd. Als gevolg daarvan tellen de uitgaven en inkomsten van de subsectoren niet op tot de totale uitgaven en inkomsten van de overheid. Betalingen van bijvoorbeeld het rijk aan de gemeenten maken deel uit van de uitgaven van het rijk en de inkomsten van gemeenten. Voor de uitgaven en inkomsten van de totale overheid tellen ze niet mee, het zijn immers betalingen van de overheid aan de overheid.
Gegevens beschikbaar vanaf:
Jaarcijfers van 1995 tot en met 2017, kwartaalcijfers van 1999 tot en met 2017.
Status van de cijfers:
De cijfers in deze tabel hebben voor de periode 1995-2014 de status definitief. De kwartalen van 2015 hebben de status voorlopig. De jaarcijfers van 2015 hebben de status definitief. De cijfers van 2016 en 2017 hebben de status voorlopig.
Aangezien deze tabel is stopgezet, worden de gegevens niet meer definitief gemaakt.
Wijzigingen per 6 juli 2018:
Geen, deze tabel is stopgezet.
Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Niet meer van toepassing.
Deze tabel wordt opgevolgd door Overheidsinkomsten; transacties en overheidssectoren en Overheidsuitgaven; transacties en overheidssectoren. Zie paragraaf 3.
Toelichting onderwerpen
- Uitgaven
- Uitgaven door de sector overheid.
- Totaal uitgaven
- Uitgaven door de sector overheid.
- Aankopen goederen en diensten
- Alle producten die in de verslagperiode zijn verbruikt in het productieproces. Dit kunnen al of niet in de verslagperiode aangekochte grondstoffen, halffabricaten en brandstoffen zijn maar ook diensten zoals communicatiediensten, schoonmaakdiensten en diensten van externe accountants.
Dit komt overeen met het Nationale rekeningen-begrip Intermediair verbruik.
- Afschrijvingen
- De waardevermindering van duurzame productiemiddelen, zoals machines, gebouwen, vervoermiddelen en software, als gevolg van normale slijtage en voorzienbare economische veroudering.
- Saldo aan- en verkopen van niet-gepro...
- Saldo aan- en verkopen van niet-geproduceerde niet-financiële activa.
Voornamelijk transacties in grond. Het belangrijkste deel wordt gevormd door de verkopen van bouwrijp gemaakte grond door gemeentelijke grondbedrijven aan investeerders in gebouwen en woningen. De waardering van de aan- en verkopen van grond is exclusief btw en overdrachtskosten; deze vormen een onderdeel van de investeringen in vaste activa.
- Overige uitgaven
- Tot de overige uitgaven worden gerekend:
- Betaalde belastingen op productie en invoer;
- Belastingen op inkomen en vermogen;
- Uitkeringen sociale verzekering rechtstreeks door werkgevers.- Totaal overige uitgaven
- Tot de overige uitgaven worden gerekend:
- Betaalde belastingen op productie en invoer;
- Belastingen op inkomen en vermogen;
- Uitkeringen sociale verzekering rechtstreeks door werkgevers.
- Belastingen op productie en invoer
- Verplichte betalingen aan de overheid en de Europese Unie (EU) die verband houden met productie en invoer en met het gebruik van productiefactoren.
- Belastingen op inkomen en vermogen
- Belastingen op inkomen en vermogen zijn alle verplichte betalingen die regelmatig door de overheid over het inkomen en vermogen van bedrijven, huishoudens en de overheid worden geheven.
Bij bedrijven gaat het met name om de vennootschapsbelasting en bij huishoudens om de loon- en inkomstenbelasting. De betaalde belastingen op inkomen en vermogen bij de sector overheid bestaat uit vennootschapsbelasting. In het verleden waren veel overheidsinstellingen vrijgesteld van de vennootschapsbelasting, maar vanaf 1 januari 2016 zijn veel overheidsinstellingen door een wetswijzing ook vennootschapsbelastingplichtig geworden.
- Uitk.soc.verz. rechtstr. door werkgevers
- Uitkeringen sociale verzekering rechtstreeks door werkgevers.
Uitkeringen die rechtstreeks door werkgevers aan hun (voormalige) werknemers worden betaald zonder dat hierbij een sociaal verzekeringsfonds is betrokken, zoals:
- doorbetaling bij ziekte;
- wachtgelden voormalig overheidspersoneel;
- eigen pensioen militairen.
Omdat de rechtstreekse uitkeringen door werkgevers deel uitmaken van de loonkosten zijn zij in eerste instantie geregistreerd als beloning van werknemers (onderdeel sociale premies ten laste van werkgevers). De rechtstreekse uitkeringen worden echter ook gezien als sociale uitkeringen. De dubbeltelling die daardoor ontstaat wordt bij de inkomsten geneutraliseerd door de fictieve transactie 'toegerekende sociale premies'.
- Overheidssaldo
- Het saldo van de uitgaven en inkomsten. Bedrag dat aangeeft hoeveel een sector of land per saldo kan uitlenen dan wel moet lenen gegeven de lopende en de kapitaaltransacties.
- Overheidssaldo uitgaven
- Uitgaven van de sector overheid.
- Exploitatiesaldo
- Saldo van inkomsten en uitgaven, gecorrigeerd voor netto-investeringen en het saldo van aan- en verkopen van niet-geproduceerde niet-financiële activa.
- Saldo aan- en verkopen van niet-...
- Saldo aan- en verkopen van niet-geproduceerde niet-financiële activa.
Bestaat voornamelijk uit transacties in grond. Het belangrijkste deel wordt gevormd door de verkopen van bouwrijp gemaakte grond door gemeentelijke grondbedrijven aan investeerders in gebouwen en woningen.
De waardering van de aan- en verkopen van grond is exclusief btw en overdrachtskosten; deze vormen een onderdeel van de investeringen in vaste activa.
- Memorandumposten
- Hieronder worden een aantal uitgaven- en ontvangstentransacties nader gespecificeerd. Omdat de indeling van memorandumposten afwijkt van de gebruikte indeling van inkomsten- en uitgaventransacties, worden deze hier afzonderlijk weergegeven.
- Werkelijke rente-uitgaven
- Uitgaven aan rente, toegerekend aan het tijdvak waarin de onderliggende schuld is ontstaan. Dit wijkt af van het begrip rente in de nationale rekeningen. In het begrip rente van de nationale rekeningen worden deze werkelijke rente-uitgaven gecorrigeerd voor toegerekende bankdiensten.