Vertrouwen in mensen en in organisaties; persoonskenmerken, 2012-2021
Persoonskenmerken | Cijfersoort | Perioden | Vertrouwen in organisaties Europese Unie (%) |
---|---|---|---|
Totaal | Waarde | 2012 | 39,2 |
Totaal | Waarde | 2013 | 34,3 |
Totaal | Waarde | 2014 | 36,4 |
Totaal | Waarde | 2015 | 35,8 |
Totaal | Waarde | 2016 | 36,0 |
Totaal | Waarde | 2017 | 43,1 |
Totaal | Waarde | 2018 | 45,2 |
Totaal | Waarde | 2019 | 45,7 |
Totaal | Waarde | 2020 | 48,1 |
Totaal | Waarde | 2021 | 53,4 |
Geslacht: mannen | Waarde | 2012 | 37,2 |
Geslacht: mannen | Waarde | 2013 | 32,4 |
Geslacht: mannen | Waarde | 2014 | 34,7 |
Geslacht: mannen | Waarde | 2015 | 33,9 |
Geslacht: mannen | Waarde | 2016 | 34,9 |
Geslacht: mannen | Waarde | 2017 | 40,6 |
Geslacht: mannen | Waarde | 2018 | 42,1 |
Geslacht: mannen | Waarde | 2019 | 43,2 |
Geslacht: mannen | Waarde | 2020 | 45,9 |
Geslacht: mannen | Waarde | 2021 | 50,4 |
Geslacht: vrouwen | Waarde | 2012 | 41,2 |
Geslacht: vrouwen | Waarde | 2013 | 36,2 |
Geslacht: vrouwen | Waarde | 2014 | 38,1 |
Geslacht: vrouwen | Waarde | 2015 | 37,9 |
Geslacht: vrouwen | Waarde | 2016 | 37,2 |
Geslacht: vrouwen | Waarde | 2017 | 45,7 |
Geslacht: vrouwen | Waarde | 2018 | 48,5 |
Geslacht: vrouwen | Waarde | 2019 | 48,3 |
Geslacht: vrouwen | Waarde | 2020 | 50,5 |
Geslacht: vrouwen | Waarde | 2021 | 56,4 |
Leeftijd: 15 tot 25 jaar | Waarde | 2012 | 57,3 |
Leeftijd: 15 tot 25 jaar | Waarde | 2013 | 55,0 |
Leeftijd: 15 tot 25 jaar | Waarde | 2014 | 56,4 |
Leeftijd: 15 tot 25 jaar | Waarde | 2015 | 54,5 |
Leeftijd: 15 tot 25 jaar | Waarde | 2016 | 57,1 |
Leeftijd: 15 tot 25 jaar | Waarde | 2017 | 66,5 |
Leeftijd: 15 tot 25 jaar | Waarde | 2018 | 71,5 |
Leeftijd: 15 tot 25 jaar | Waarde | 2019 | 69,6 |
Leeftijd: 15 tot 25 jaar | Waarde | 2020 | 73,6 |
Leeftijd: 15 tot 25 jaar | Waarde | 2021 | 75,9 |
Leeftijd: 25 tot 35 jaar | Waarde | 2012 | 43,6 |
Leeftijd: 25 tot 35 jaar | Waarde | 2013 | 39,9 |
Leeftijd: 25 tot 35 jaar | Waarde | 2014 | 41,2 |
Leeftijd: 25 tot 35 jaar | Waarde | 2015 | 43,3 |
Leeftijd: 25 tot 35 jaar | Waarde | 2016 | 40,8 |
Leeftijd: 25 tot 35 jaar | Waarde | 2017 | 50,5 |
Leeftijd: 25 tot 35 jaar | Waarde | 2018 | 55,8 |
Leeftijd: 25 tot 35 jaar | Waarde | 2019 | 55,5 |
Leeftijd: 25 tot 35 jaar | Waarde | 2020 | 59,7 |
Leeftijd: 25 tot 35 jaar | Waarde | 2021 | 64,6 |
Leeftijd: 35 tot 45 jaar | Waarde | 2012 | 40,3 |
Leeftijd: 35 tot 45 jaar | Waarde | 2013 | 33,8 |
Leeftijd: 35 tot 45 jaar | Waarde | 2014 | 36,2 |
Leeftijd: 35 tot 45 jaar | Waarde | 2015 | 36,2 |
Leeftijd: 35 tot 45 jaar | Waarde | 2016 | 34,5 |
Leeftijd: 35 tot 45 jaar | Waarde | 2017 | 43,6 |
Leeftijd: 35 tot 45 jaar | Waarde | 2018 | 43,5 |
Leeftijd: 35 tot 45 jaar | Waarde | 2019 | 48,5 |
Leeftijd: 35 tot 45 jaar | Waarde | 2020 | 50,9 |
Leeftijd: 35 tot 45 jaar | Waarde | 2021 | 53,6 |
Leeftijd: 45 tot 55 jaar | Waarde | 2012 | 32,8 |
Leeftijd: 45 tot 55 jaar | Waarde | 2013 | 29,3 |
Leeftijd: 45 tot 55 jaar | Waarde | 2014 | 32,2 |
Leeftijd: 45 tot 55 jaar | Waarde | 2015 | 31,0 |
Leeftijd: 45 tot 55 jaar | Waarde | 2016 | 31,2 |
Leeftijd: 45 tot 55 jaar | Waarde | 2017 | 38,1 |
Leeftijd: 45 tot 55 jaar | Waarde | 2018 | 38,6 |
Leeftijd: 45 tot 55 jaar | Waarde | 2019 | 38,3 |
Leeftijd: 45 tot 55 jaar | Waarde | 2020 | 41,0 |
Leeftijd: 45 tot 55 jaar | Waarde | 2021 | 48,2 |
Leeftijd: 55 tot 65 jaar | Waarde | 2012 | 31,5 |
Leeftijd: 55 tot 65 jaar | Waarde | 2013 | 25,5 |
Leeftijd: 55 tot 65 jaar | Waarde | 2014 | 27,0 |
Leeftijd: 55 tot 65 jaar | Waarde | 2015 | 24,6 |
Leeftijd: 55 tot 65 jaar | Waarde | 2016 | 28,6 |
Leeftijd: 55 tot 65 jaar | Waarde | 2017 | 32,5 |
Leeftijd: 55 tot 65 jaar | Waarde | 2018 | 33,5 |
Leeftijd: 55 tot 65 jaar | Waarde | 2019 | 34,8 |
Leeftijd: 55 tot 65 jaar | Waarde | 2020 | 36,2 |
Leeftijd: 55 tot 65 jaar | Waarde | 2021 | 41,1 |
Leeftijd: 65 tot 75 jaar | Waarde | 2012 | 30,7 |
Leeftijd: 65 tot 75 jaar | Waarde | 2013 | 24,7 |
Leeftijd: 65 tot 75 jaar | Waarde | 2014 | 28,4 |
Leeftijd: 65 tot 75 jaar | Waarde | 2015 | 26,8 |
Leeftijd: 65 tot 75 jaar | Waarde | 2016 | 26,3 |
Leeftijd: 65 tot 75 jaar | Waarde | 2017 | 30,7 |
Leeftijd: 65 tot 75 jaar | Waarde | 2018 | 31,8 |
Leeftijd: 65 tot 75 jaar | Waarde | 2019 | 34,6 |
Leeftijd: 65 tot 75 jaar | Waarde | 2020 | 33,7 |
Leeftijd: 65 tot 75 jaar | Waarde | 2021 | 41,9 |
Leeftijd: 75 jaar of ouder | Waarde | 2012 | 37,2 |
Leeftijd: 75 jaar of ouder | Waarde | 2013 | 30,8 |
Leeftijd: 75 jaar of ouder | Waarde | 2014 | 32,2 |
Leeftijd: 75 jaar of ouder | Waarde | 2015 | 34,1 |
Leeftijd: 75 jaar of ouder | Waarde | 2016 | 33,1 |
Leeftijd: 75 jaar of ouder | Waarde | 2017 | 38,7 |
Leeftijd: 75 jaar of ouder | Waarde | 2018 | 39,9 |
Leeftijd: 75 jaar of ouder | Waarde | 2019 | 36,7 |
Leeftijd: 75 jaar of ouder | Waarde | 2020 | 38,6 |
Leeftijd: 75 jaar of ouder | Waarde | 2021 | 46,6 |
Bron: CBS. |
Tabeltoelichting
Deze tabel bevat informatie over de mate waarin de Nederlandse bevolking van 15 jaar en ouder vertrouwen heeft in willekeurige andere mensen. Dit vertrouwen in de medemens is vastgesteld door te vragen of andere mensen over het algemeen te vertrouwen zijn of dat je niet voorzichtig genoeg kunt zijn in de omgang met mensen. In de tabel wordt het aandeel getoond dat andere mensen over het algemeen te vertrouwen vindt. Daarbij zijn personen die geen antwoord hebben gegeven, omdat zij het antwoord niet weten of niet willen zeggen, buiten beschouwing gelaten.
Daarnaast bevat de tabel gegevens over het vertrouwen in diverse organisaties en hun functioneren. Het gaat daarbij om de volgende instellingen: kerken, leger, rechters, pers, de politie, de Tweede Kamer, ambtenaren, banken, grote bedrijven en de Europese Unie. Er is gevraagd of de respondent hier heel veel, tamelijk veel, niet zo veel of helemaal geen vertrouwen in heeft. De tabel geeft het aandeel dat heel veel of tamelijk veel vertrouwen in deze organisaties heeft. Ook daarbij zijn personen die geen antwoord hebben gegeven buiten beschouwing gelaten.
Gegevens beschikbaar van 2012 tot en met 2021
Status van de cijfers: De cijfers in deze tabel zijn definitief.
Wijzigingen per 31 juli 2023
Geen, deze tabel is stopgezet.
Wijzigingen per 31 maart 2022
De jaarcijfers 2021 zijn toegevoegd.
Wijzigingen per 15 mei 2017
De cijfers over de jaren 2016 zijn toegevoegd.
Een aantal onderliggende codes van bepaalde persoonskenmerken zijn aangepast. Tevens zijn onzekerheidsmarges toegevoegd. De toevoeging van deze betrouwbaarheidsintervallen leidt tot gedetailleerdere cijfers.
Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Niet meer van toepassing.
Deze tabel wordt opgevolgd door de tabel Vertrouwen in mensen en in organisaties; persoonskenmerken. Zie paragraaf 3.
Toelichting onderwerpen
- Vertrouwen in organisaties
- Aandeel personen van 15 jaar en ouder dat ‘heel veel’ of ‘tamelijk veel’ vertrouwen heeft in diverse organisaties en hun functioneren.
- Europese Unie