Bbp, prod. en best.; consumptie goederen- en dienstenindeling 1969 - 2012
Verklaring van tekens
Tabeltoelichting
Deze tabel bevat gedetailleerde gegevens over de consumptieve bestedingen die onderverdeeld zijn in goederen- en dienstencategorieën.
De totale consumptieve bestedingen wordt in deze tabel opgebouwd uit de werkelijke individuele consumptie, de consumptieve bestedingen door huishoudens inclusief instellingen zonder winstoogmerk ten behoeve van huishoudens en de consumptieve bestedingen door de overheid gesplitst naar individuele consumptie
en collectieve consumptie.
De onderwerpen kunnen in de volgende grootheden worden weergegeven:
- Waarde in werkelijke prijzen, mln euro
- Waarde prijsniveau 2005=100, mln euro
- Procentuele volumeontwikkeling, %
- Prijsindexcijfers 2005=100
Gegevens beschikbaar vanaf: 1969 tot 2012
Status van de cijfers:
Cijfers vanaf 1969 zijn definitief. De twee meest recente jaren hebben nog een (nader) voorlopig karakter.
Aangezien deze tabel is stopgezet, worden de gegevens niet meer definitief gemaakt.
Wijzigingen per 25 juni 2014:
Geen, deze tabel is stopgezet.
Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Niet meer van toepassing.
Toelichting onderwerpen
- Waarde in werkelijke prijzen
- De bedragen zijn uitgedrukt in prijzen van het betreffende verslagjaar,
mln euro.- Totaal consumptie
- Uitgaven voor goederen en diensten die worden gebruikt voor de
rechtstreekse bevrediging van individuele behoeften of wensen of van de
collectieve behoeften van leden van de gemeenschap. De consumptieve
bestedingen kunnen zowel op het eigen grondgebied als in het buitenland
worden gedaan.
Consumptieve bestedingen vinden plaats door huishoudens, instellingen
zonder winstoogmerk ten behoeve van huishoudens en de overheid.
- Totaal werkelijke individuele consumptie
- Consumptieve bestedingen hebben betrekking op de uitgaven voor
consumptiegoederen en -diensten. De werkelijke individuele consumptie
daarentegen betreft de verwerving van consumptiegoederen en -diensten. Het
verschil tussen deze begrippen wordt veroorzaakt door de behandeling van
bepaalde goederen en diensten die door de overheid of Instellingen zonder
winstoogmerk ten behoeve van huishoudens worden gefinancierd, en
vervolgens als sociale overdrachten in natura aan de huishoudens worden
geleverd.
Hieronder valt het merendeel van de uitgaven van de overheid op het gebied
van gezondheid, onderwijs en sociale bescherming. De consumptie door
Instellingen zonder winstoogmerk ten behoeve van huishoudens wordt geheel
tot de individuele consumptie gerekend.
De werkelijke individuele consumptie door huishoudens wordt als volgt
berekend:
consumptieve bestedingen door huishoudens
plus: consumptieve bestedingen door Instellingen zonder winstoogmerk ten
behoeve van huishoudens
plus: individuele consumptie door de overheid
= werkelijke individuele consumptie.
- Consumptie huishoudens inclusief IZWh
- Consumptieve bestedingen door huishoudens inclusief instellingen zonder
winstoogmerk ten behoeve van huishoudens (IZWh).
Deze bestedingen zijn uitgaven door huishoudens (inclusief instellingen zonder winstoogmerk
(IZW) ten behoeve van huishoudens) voor goederen en diensten die worden
gebruikt voor de rechtstreekse bevrediging van individuele behoeften of
wensen of van de collectieve behoeften van leden van de gemeenschap. De
consumptieve bestedingen kunnen zowel op het eigen grondgebied als in het
buitenland worden gedaan.- Totaal
- Totaal binnenlands consumptie huish.
- Alle consumptie die in Nederland plaatsvindt. Consumptie door Nederlandse
huishoudens in het buitenland valt hier dus niet onder, consumptie door
buitenlandse huishoudens in Nederland wel. Bij de invoer van goederen en
diensten valt de binnenlandse consumptie door huishoudens onder de finale
bestedingen.
- Consumptie goederen door huishoudens
- Tastbare producten, zoals voedingsmiddelen, duurzame consumptieartikelen,
machines en dergelijke.- Totaal voedings- en genotmiddelen
- Aardappelen, groenten en fruit; vlees en vleeswaren; vis; zuivelproducten;
brood, beschuit en broodproducten; overige voedingsmiddelen;
consumptie-ijs; zoetwaren; dranken; tabak.
- Totaal duurzame consumptiegoederen
- Consumptiegoederen die duurzaam van aard zijn zoals
textiel en kleding, lederwaren en schoeisel, woninginrichting,
huishoudelijke apparaten, huishoudelijke artikelen, voertuigen en overige
duurzame goederen.
- Totaal overige consumptiegoederen
- Motorbrandstoffen, energie en overige goederen niet elders genoemd.
- Consumptie diensten door huishoudens
- Producten die niet tastbaar zijn zoals horeca-, handel-, transport-, zorg-
en overheiddiensten.- Totaal
- Consumptie buitenlanders in Nederland
- De consumptie door niet-ingezeten huishoudens in Nederland, zoals uitgaven
tijdens vakantie.
- Consumptie huishoudens in buitenland
- De consumptie door Nederlandse huishoudens in het buitenland, zoals
uitgaven tijdens vakantie.
- Individuele consumptie door de overheid
- De verwerving van consumptiegoederen en -diensten die door de overheid
worden gefinancierd en vervolgens als sociale overdrachten in natura aan
de huishoudens worden geleverd. Hieronder valt het merendeel van de
uitgaven van de overheid op het gebied van gezondheid, onderwijs en
sociale bescherming.- Totaal
- Collectieve consumptie door de overheid
- Het collectief gebruik van diensten die worden verleend aan alle leden van
de samenleving of aan alle leden van een bepaald deel van de samenleving.
Collectieve consumptie vindt uitsluitend plaats bij de overheid en betreft
met name uitgaven voor diensten op het gebied van:
- openbaar bestuur, beveiliging en defensie;
- ordehandhaving, wet- en regelgeving;
- milieubescherming;
- speur- en ontwikkelingswerk;
- infrastructuur en economische ontwikkeling.
De werkelijke collectieve consumptie wordt berekend door de individuele
consumptie van de totale consumptieve bestedingen door de overheid af te
trekken.