Landbouw; biologisch, gewassen, dieren, nationaal; 2011-2017
Verklaring van tekens
Tabeltoelichting
Deze tabel bevat gegevens over akkerbouw, tuinbouw, grasland, graasdieren en hokdieren bij biologische landbouwbedrijven. Uitsluitend bedrijven met ten minste 3000 euro SO (Standaard Opbrengst) zijn in de telling opgenomen.
Ter vergelijking zijn in de tabel dezelfde gegevens opgenomen van de totale landbouw.
Voor alle onderwerpen wordt zowel het telgegeven (oppervlakte, aantal dieren), als het bijbehorend aantal bedrijven gepresenteerd.
De gegevens voor deze tabel komen uit de landbouwtelling. De landbouwtelling maakt deel uit van de gecombineerde opgave, die onder meer gebruikt wordt voor de uitvoering van het landbouwbeleid en handhaving van de Meststoffenwet.
De peildatum voor het aantal dieren is 1 april; de peildatum voor de gewassen is 15 mei.
Met ingang van 2016 wordt voor de afbakening van de Landbouwtelling gebruik gemaakt van informatie uit het Handelsregister. Inschrijving in het Handelsregister met een agrarische SBI (Standaard BedrijfsIndeling) is leidend bij de bepaling of er sprake is van een landbouwbedrijf. Met deze afbakening wordt zo nauw mogelijk aangesloten bij de statistische verordeningen van Eurostat en de (Nederlandse) implementatie van het begrip 'actieve landbouwer' uit het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB).
De afbakening van de Landbouwtelling op basis van informatie uit het Handelsregister heeft vooral invloed op het aantal bedrijven, hier treedt een duidelijke trendbreuk op. De invloed op arealen (behalve bij natuurlijk grasland) en de dieraantallen (behalve bij schapen) zijn beperkt. Dit heeft met name te maken met het soort bedrijven dat bij de nieuwe afbakening wordt uitgesloten (zoals kinderboerderijen en natuurbeheer organisaties).
Gegevens beschikbaar van 2011 tot en met 2017.
Status van de cijfers:
De cijfers zijn definitief.
Wijzigingen per 1 juni 2018:
Geen, deze tabel is stopgezet.
Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Deze tabel wordt opgevolgd door Activiteiten van biologische landbouwbedrijven; regio. Voor nieuwe cijfers over biologische landbouw zie paragraaf 3.
Toelichting onderwerpen
- Graasdieren
- Graasdieren zijn paarden en pony's, rundvee, schapen en geiten.
- Aantal dieren
- Rundvee
- Jongvee voor de melkveehouderij
- Jongvee dat voor melkproductie wordt aangehouden.
- Jongvee voor de melkveehouderij, totaal
- Jongvee melkvee, < 1 jaar, vrouwelijk
- Jongvee voor de melkveehouderij, jonger dan 1 jaar, vrouwelijk.
- Jongvee melkvee, < 1 jaar, mannelijk
- Jongvee voor de melkveehouderij, jonger dan 1 jaar, mannelijk.
- Jongvee melkvee, 1-2 jaar, vrouwelijk
- Jongvee voor de melkveehouderij, van 1 tot 2 jaar, vrouwelijk.
- Jongvee melkvee, 1-2 jaar, mannelijk
- Jongvee voor de melkveehouderij, van 1 tot 2 jaar, mannelijk.
- Jongvee melkvee, >= 2 jaar, vrouwelijk
- Jongvee voor de melkveehouderij, 2 jaar of ouder, vrouwelijk (nog nooit gekalfd).
- Aantal bedrijven
- Let op:
De som van onderliggende delen kan groter zijn dan het totaal voor de hele groep, omdat bij een bedrijf meerdere activiteiten (houden van dieren, teelt van gewassen) kunnen voorkomen (zo’n bedrijf telt mee voor iedere afzonderlijke activiteit, maar slechts eenmaal in het totaal)- Rundvee
- Jongvee voor de melkveehouderij
- Jongvee dat voor melkproductie wordt aangehouden.
- Jongvee voor de melkveehouderij, totaal
- Jongvee melkvee, < 1 jaar, vrouwelijk
- Jongvee voor de melkveehouderij, jonger dan 1 jaar, vrouwelijk.
- Jongvee melkvee, < 1 jaar, mannelijk
- Jongvee voor de melkveehouderij, jonger dan 1 jaar, mannelijk.
- Jongvee melkvee, 1-2 jaar, vrouwelijk
- Jongvee voor de melkveehouderij, van 1 tot 2 jaar, vrouwelijk.
- Jongvee melkvee, 1-2 jaar, mannelijk
- Jongvee voor de melkveehouderij, van 1 tot 2 jaar, mannelijk.
- Jongvee melkvee, >= 2 jaar, vrouwelijk
- Jongvee voor de melkveehouderij, 2 jaar of ouder, vrouwelijk (nog nooit gekalfd).