Milieukosten en -investeringen; bedrijven met >10 werknemers, 2008-2011
Verklaring van tekens
Tabeltoelichting
Deze tabel geeft informatie over de milieukosten en milieu-investeringen door bedrijven (met 10 of meer werknemers) in de bedrijfstakken delfstoffenwinning, industrie, energievoorziening en waterwinning volgens de Standaard Bedrijfsindeling 2008 (SBI 2008). In de tabel staan ook de netto milieulasten. Deze geven de financiële lasten van het bedrijfsleven weer, als gevolg van de zorg voor het milieu.
Gegevens beschikbaar van 2008 tot en met 2011.
Status van de cijfers:
De gegevens zijn definitief.
Wijzigingen per 5 december 2014:
Deze tabel is stopgezet.
Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Niet meer van toepassing, deze tabel wordt opgevolgd door ‘Milieukosten en -investeringen van bedrijven’. Zie paragraaf 3.
Toelichting onderwerpen
- Milieu-investeringen
- Investeringen in materiële vaste activa die gedaan worden met het primaire motief om bescherming, herstel of verbetering van het milieu te bewerkstelligen en die zichzelf niet binnen drie jaar terugverdienen.
- Totaal milieucompartimenten
- Het totaal van milieuactiviteiten om verontreiniging te voorkomen of te beperken.
- Compartiment water
- Milieuactiviteiten om waterverontreiniging te voorkomen of te beperken en milieuactiviteiten die als doel hebben de reductie van (drink)waterverbruik.
Voorbeelden:
- afvalwaterzuiveringen;
- gescheiden rioleringsstelsels;
- apparatuur voor lozings- en concentratiemetingen.
- voorzieningen voor hergebruik koel- of spoelwater;
- gesloten koelwatercircuits;
- waterbesparende kranen.- Totaal
- Milieuactiviteiten om waterverontreiniging te voorkomen of te beperken en milieuactiviteiten die als doel hebben de reductie van (drink)waterverbruik.
Voorbeelden:
- afvalwaterzuiveringen;
- gescheiden rioleringsstelsels;
- apparatuur voor lozings- en concentratiemetingen.
- voorzieningen voor hergebruik koel- of spoelwater;
- gesloten koelwatercircuits;
- waterbesparende kranen.
- Compartiment lucht
- Milieuactiviteiten om luchtverontreiniging te voorkomen of te beperken en milieuactiviteiten die als doel hebben de reductie van energieverbruik en de opwekking van hernieuwbare energie.
Voorbeelden:
- installaties e.d. om afvalgassen te zuiveren, te beperken of te voorkomen;
- voorzieningen die zorgen voor een betere verspreiding van luchtverontreinigende stoffen in de atmosfeer (bijv. verhoging van bestaande schoorstenen);
- fakkelsystemen;
- apparatuur voor emissie-, stank- en concentratiemetingen buiten gebouwen;
- isolatie van gebouwen en installaties;
- installaties voor warmteterugwinning en dergelijke;
- warmtekrachtinstallaties, brandstofcellen, warmtepompen;
- zonnepanelen en –collectoren;
- windmolens;
- benutten van bodemenergie/warmte-koude opslag (WKO) of buitenluchtwarmte;
- installaties voor energie-opwekking uit biomassa en waterkracht.- Totaal
- Milieuactiviteiten om luchtverontreiniging te voorkomen of te beperken en milieuactiviteiten die als doel hebben de reductie van energieverbruik en de opwekking van hernieuwbare energie.
Voorbeelden:
- installaties e.d. om afvalgassen te zuiveren, te beperken of te voorkomen;
- voorzieningen die zorgen voor een betere verspreiding van luchtverontreinigende stoffen in de atmosfeer (bijv. verhoging van bestaande schoorstenen);
- fakkelsystemen;
- apparatuur voor emissie-, stank- en concentratiemetingen buiten gebouwen;
- isolatie van gebouwen en installaties;
- installaties voor warmteterugwinning en dergelijke;
- warmtekrachtinstallaties, brandstofcellen, warmtepompen;
- zonnepanelen en –collectoren;
- windmolens;
- benutten van bodemenergie/warmte-koude opslag (WKO) of buitenluchtwarmte;
- installaties voor energie-opwekking uit biomassa en waterkracht.
- Compartiment bodem
- Milieuactiviteiten om bodemverontreiniging te voorkomen of te beperken.
Voorbeelden:
- vloeistofdichte isolatie van bodem met opstaande randen of dijken, met bijbehorende drainagesystemen, pompen, leidingen en verzamelbekkens;
- voorzieningen voor opvang van mors- en lekverliezen;
- voorzieningen aan ondergrondse opslagvaten en leidingen;
- apparatuur voor emissie- en concentratiemetingen en dergelijke.
- Compartiment afval
- Milieuactiviteiten om afvalverontreiniging te voorkomen of te beperken.
Voorbeelden:
- Voorzieningen voor opslag, transport en behandeling van afval in eigen beheer, bijv. eigen containers en voertuigen;
- voorzieningen die afval sorteren, scheiden, comprimeren, composteren, vergisten;
- toepassing van duurdere (productie)processen en dergelijke.
- Compartiment geluid
- Milieuactiviteiten om geluidverontreiniging te voorkomen of te beperken.
Voorbeelden:
- omkasting of akoestische isolatie van machines en leidingen;
- dempers; geluidsschermen of -wallen;
- apparatuur voor geluidsmetingen;
- trillingdempende funderingen; geluidsarme branders op fakkels en dergelijke.
- Compartiment landschap
- Milieuactiviteiten ter voorkoming of beperking van aantasting van natuur en landschap.
Voorbeelden:
- groengordels en aarden wallen, vereist rond fabrieks- of industrieterrein;
- herinrichting van het landschap (bijvoorbeeld bij afgravingen);
- zichtbaar maken van hoogspanningslijnen ter voorkoming van vogelaanvaring;
- apparatuur voor lozings- en concentratiemetingen;
- het bij boren maken van een omweg naar een locatie door middel van schuinboren;
- maatregelen ter beperking van grondwatergebruik en dergelijke.
- Milieukosten
- Alle jaarlijkse kosten van activiteiten die bescherming, herstel of verbetering van het milieu beogen.
---
Milieukosten zijn te verdelen in eigen kosten en betaalde overdrachten. De eigen kosten bestaan uit de berekende kapitaallasten (rente en afschrijvingen van milieu-investeringen), de operationele kosten en overige kosten. De overdrachten bestaan vooral uit heffingen en uitbestede diensten.- Kosten eigen milieuactiviteiten
- Het totaal van de milieukosten van milieuactiviteiten (activiteiten in eigen beheer). Deze kosten worden gevormd door de kapitaallasten (rente en afschrijvingen) van de in het verleden gedane milieu-investeringen, de lopende kosten en overige kosten.
- Totaal milieucompartimenten
- Het totaal van milieuactiviteiten om verontreiniging te voorkomen of te beperken.
- Totaal kosten
- Kapitaallasten
- De (berekende) kapitaallasten worden gevormd door de afschrijvingskosten en rentekosten van de milieu-investeringen (totaal van bouwkundig deel en machines/apparatendeel van de toegevoegde en procesgeïntegreerde milieuvoorzieningen).
- Totaal kapitaallasten
- De totale (berekende) kapitaallasten van de milieu-investeringen over alle milieucompartimenten.
- Afschrijvingen
- De waardevermindering van duurzame productiemiddelen, zoals machines, gebouwen, vervoermiddelen en software, als gevolg van normale slijtage en voorzienbare economische veroudering.
---
De afschrijvingen op de milieu-investeringen worden door het CBS berekend op basis van de vervangingswaarde van de milieuvoorzieningen, met lineaire afschrijving over de economische levensduur.
Om de vervangingswaarde van de milieuvoorzieningen te berekenen uit de opgave tegen historische kostprijs, zijn de volgende prijsindexcijfers gebruikt:
- voor het bouwkundig deel: de prijsindexcijfers van nieuwbouwwoningen;
- voor machines en apparaten: de producentenprijsindexcijfers van de binnenlandse afzet voor de machine-industrie.
Als gemiddelde economische levensduur is verondersteld:
- 25 jaar voor het bouwkundig deel;
- 10 jaar voor machines en apparaten.
- Rente
- De rentekosten van de milieu-investeringen.
---
De rente op de milieu-investeringen wordt door het CBS berekend op basis van de vervangingswaarde van de milieuvoorzieningen, met de reële rente over het nog niet afgeschreven deel van de investeringen.
Aangezien de stijging van het prijsniveau reeds in de vervangingswaarde tot uiting komt, moet voor de berekening van de rente gebruik gemaakt worden van een "reëel" rentepercentage. Het "nominale" rentepercentage bevat immers een vergoeding voor opgetreden prijsstijgingen, zodat het gebruik van dit percentage zou leiden tot dubbel meenemen van de prijsstijging. Aangenomen is dat de reële rente 5% bedroeg.
- Lopende kosten
- De lopende kosten van milieu-investeringen worden berekend en bestaan uit personeelskosten voor bediening, onderhoud en toezicht, energiekosten, kosten van grond- en hulpstoffen en diensten door derden, met aftrekking van eventuele opbrengsten en besparingen.
Apart bijgeteld worden de (berekende) meerkosten voor zwavelarme brandstoffen.
- Overige kosten
- Tot de overige kosten van eigen milieuactiviteiten worden gerekend de kosten van:
- bodemsanering;
- afvoer van waterzuiveringsslib en afval van luchtzuiveringsinstallaties;
- eigen milieuonderzoek;
- het coördineren van milieuactiviteiten;
- het opzetten en in stand houden van milieuzorgsystemen;
- het voorbereiden van milieuvergunningen.
- Compartiment water
- Milieuactiviteiten om waterverontreiniging te voorkomen of te beperken.
Voorbeelden:
- afvalwaterzuiveringen;
- gescheiden rioleringsstelsels;
- apparatuur voor lozings- en concentratiemetingen.- Totaal
- Milieuactiviteiten om waterverontreiniging te voorkomen of te beperken.
Voorbeelden:
- afvalwaterzuiveringen;
- gescheiden rioleringsstelsels;
- apparatuur voor lozings- en concentratiemetingen.- Totaal kosten
- Kapitaallasten
- De (berekende) kapitaallasten worden gevormd door de afschrijvingskosten en rentekosten van de milieu-investeringen (totaal van bouwkundig deel en machines/apparatendeel van de toegevoegde en procesgeïntegreerde milieuvoorzieningen).
- Totaal kapitaallasten
- De totale (berekende) kapitaallasten van de milieu-investeringen over alle milieucompartimenten.
- Afschrijvingen
- De waardevermindering van duurzame productiemiddelen, zoals machines, gebouwen, vervoermiddelen en software, als gevolg van normale slijtage en voorzienbare economische veroudering.
---
De afschrijvingen op de milieu-investeringen worden door het CBS berekend op basis van de vervangingswaarde van de milieuvoorzieningen, met lineaire afschrijving over de economische levensduur.
Om de vervangingswaarde van de milieuvoorzieningen te berekenen uit de opgave tegen historische kostprijs, zijn de volgende prijsindexcijfers gebruikt:
- voor het bouwkundig deel: de prijsindexcijfers van nieuwbouwwoningen;
- voor machines en apparaten: de producentenprijsindexcijfers van de binnenlandse afzet voor de machine-industrie.
Als gemiddelde economische levensduur is verondersteld:
- 25 jaar voor het bouwkundig deel;
- 10 jaar voor machines en apparaten.
- Rente
- De rentekosten van de milieu-investeringen.
---
De rente op de milieu-investeringen wordt door het CBS berekend op basis van de vervangingswaarde van de milieuvoorzieningen, met de reële rente over het nog niet afgeschreven deel van de investeringen.
Aangezien de stijging van het prijsniveau reeds in de vervangingswaarde tot uiting komt, moet voor de berekening van de rente gebruik gemaakt worden van een "reëel" rentepercentage. Het "nominale" rentepercentage bevat immers een vergoeding voor opgetreden prijsstijgingen, zodat het gebruik van dit percentage zou leiden tot dubbel meenemen van de prijsstijging. Aangenomen is dat de reële rente 5% bedroeg.
- Lopende kosten
- De lopende kosten van milieu-investeringen worden berekend en bestaan uit personeelskosten voor bediening, onderhoud en toezicht, energiekosten, kosten van grond- en hulpstoffen en diensten door derden, met aftrekking van eventuele opbrengsten en besparingen.
Apart bijgeteld worden de (berekende) meerkosten voor zwavelarme brandstoffen.
- Afvoer waterzuiveringsslib
- De kosten voor het afvoeren van waterzuiveringsslib.
---
Hoewel hier grotendeels sprake is van betalingen aan derden, wordt deze kostenpost op historische gronden tot de milieukosten van de eigen milieu-activiteiten gerekend. Dit stamt uit de tijd dat het waterzuiveringsslib van bedrijven voornamelijk in de landbouw werd toegepast. De kosten bestonden toen vooral uit transportkosten (door de industrie, dus geen uitbestede milieudienst) en werden beschouwd als eigen kosten. Tegenwoordig is afzet in de landbouw nauwelijks nog mogelijk. In de praktijk wordt het slib verwerkt door particuliere milieudienstverleners.
- Compartiment lucht
- Milieuactiviteiten om luchtverontreiniging te voorkomen of te beperken.
Voorbeelden:
- installaties e.d. om afvalgassen te zuiveren, te beperken of te voorkomen;
- voorzieningen die zorgen voor een betere verspreiding van luchtverontreinigende stoffen in de atmosfeer (bijv. verhoging van bestaande schoorstenen);
- fakkelsystemen;
- apparatuur voor emissie-, stank- en concentratiemetingen buiten gebouwen;
- isolatie van gebouwen en installaties;
- installaties voor warmteterugwinning en dergelijke.- Totaal
- Milieuactiviteiten om luchtverontreiniging te voorkomen of te beperken.
Voorbeelden:
- installaties e.d. om afvalgassen te zuiveren, te beperken of te voorkomen;
- voorzieningen die zorgen voor een betere verspreiding van luchtverontreinigende stoffen in de atmosfeer (bijv. verhoging van bestaande schoorstenen);
- fakkelsystemen;
- apparatuur voor emissie-, stank- en concentratiemetingen buiten gebouwen;
- isolatie van gebouwen en installaties;
- installaties voor warmteterugwinning en dergelijke.- Totaal kosten
- Kapitaallasten
- De (berekende) kapitaallasten worden gevormd door de afschrijvingskosten en rentekosten van de milieu-investeringen (totaal van bouwkundig deel en machines/apparatendeel van de toegevoegde en procesgeïntegreerde milieuvoorzieningen).
- Totaal kapitaallasten
- De totale (berekende) kapitaallasten van de milieu-investeringen over alle milieucompartimenten.
- Afschrijvingen
- De waardevermindering van duurzame productiemiddelen, zoals machines, gebouwen, vervoermiddelen en software, als gevolg van normale slijtage en voorzienbare economische veroudering.
---
De afschrijvingen op de milieu-investeringen worden door het CBS berekend op basis van de vervangingswaarde van de milieuvoorzieningen, met lineaire afschrijving over de economische levensduur.
Om de vervangingswaarde van de milieuvoorzieningen te berekenen uit de opgave tegen historische kostprijs, zijn de volgende prijsindexcijfers gebruikt:
- voor het bouwkundig deel: de prijsindexcijfers van nieuwbouwwoningen;
- voor machines en apparaten: de producentenprijsindexcijfers van de binnenlandse afzet voor de machine-industrie.
Als gemiddelde economische levensduur is verondersteld:
- 25 jaar voor het bouwkundig deel;
- 10 jaar voor machines en apparaten.
- Rente
- De rentekosten van de milieu-investeringen.
---
De rente op de milieu-investeringen wordt door het CBS berekend op basis van de vervangingswaarde van de milieuvoorzieningen, met de reële rente over het nog niet afgeschreven deel van de investeringen.
Aangezien de stijging van het prijsniveau reeds in de vervangingswaarde tot uiting komt, moet voor de berekening van de rente gebruik gemaakt worden van een "reëel" rentepercentage. Het "nominale" rentepercentage bevat immers een vergoeding voor opgetreden prijsstijgingen, zodat het gebruik van dit percentage zou leiden tot dubbel meenemen van de prijsstijging. Aangenomen is dat de reële rente 5% bedroeg.
- Lopende kosten
- De lopende kosten van milieu-investeringen worden berekend en bestaan uit personeelskosten voor bediening, onderhoud en toezicht, energiekosten, kosten van grond- en hulpstoffen en diensten door derden, met aftrekking van eventuele opbrengsten en besparingen.
Apart bijgeteld worden de (berekende) meerkosten voor zwavelarme brandstoffen.
- Afvoer afval luchtzuiveringsinstallaties
- De kosten voor het afvoeren van afval afkomstig van luchtzuiveringsinstallaties.
---
Dit afval ondergaat geen milieubewerking meer. Deze kostenpost betreft voornamelijk transportkosten (door de industrie, dus geen uitbestede milieudienst) en wordt daarom tot de milieukosten van de eigen milieuactiviteiten gerekend.
- Compartiment bodem
- Milieuactiviteiten om bodemverontreiniging te voorkomen of te beperken.
Voorbeelden:
- vloeistofdichte isolatie van bodem met opstaande randen of dijken, met bijbehorende drainagesystemen, pompen, leidingen en verzamelbekkens;
- voorzieningen voor opvang van mors- en lekverliezen;
- voorzieningen aan ondergrondse opslagvaten en leidingen;
- apparatuur voor emissie- en concentratiemetingen en dergelijke.- Totaal kosten
- Kapitaallasten
- De (berekende) kapitaallasten worden gevormd door de afschrijvingskosten en rentekosten van de milieu-investeringen (totaal van bouwkundig deel en machines/apparatendeel van de toegevoegde en procesgeïntegreerde milieuvoorzieningen).
- Totaal kapitaallasten
- De totale (berekende) kapitaallasten van de milieu-investeringen over alle milieucompartimenten.
- Afschrijvingen
- De waardevermindering van duurzame productiemiddelen, zoals machines, gebouwen, vervoermiddelen en software, als gevolg van normale slijtage en voorzienbare economische veroudering.
---
De afschrijvingen op de milieu-investeringen worden door het CBS berekend op basis van de vervangingswaarde van de milieuvoorzieningen, met lineaire afschrijving over de economische levensduur.
Om de vervangingswaarde van de milieuvoorzieningen te berekenen uit de opgave tegen historische kostprijs, zijn de volgende prijsindexcijfers gebruikt:
- voor het bouwkundig deel: de prijsindexcijfers van nieuwbouwwoningen;
- voor machines en apparaten: de producentenprijsindexcijfers van de binnenlandse afzet voor de machine-industrie.
Als gemiddelde economische levensduur is verondersteld:
- 25 jaar voor het bouwkundig deel;
- 10 jaar voor machines en apparaten.
- Rente
- De rentekosten van de milieu-investeringen.
---
De rente op de milieu-investeringen wordt door het CBS berekend op basis van de vervangingswaarde van de milieuvoorzieningen, met de reële rente over het nog niet afgeschreven deel van de investeringen.
Aangezien de stijging van het prijsniveau reeds in de vervangingswaarde tot uiting komt, moet voor de berekening van de rente gebruik gemaakt worden van een "reëel" rentepercentage. Het "nominale" rentepercentage bevat immers een vergoeding voor opgetreden prijsstijgingen, zodat het gebruik van dit percentage zou leiden tot dubbel meenemen van de prijsstijging. Aangenomen is dat de reële rente 5% bedroeg.
- Lopende kosten
- De lopende kosten van milieu-investeringen worden berekend en bestaan uit personeelskosten voor bediening, onderhoud en toezicht, energiekosten, kosten van grond- en hulpstoffen en diensten door derden, met aftrekking van eventuele opbrengsten en besparingen.
Apart bijgeteld worden de (berekende) meerkosten voor zwavelarme brandstoffen.
- Bodemsanering
- De kosten voor de sanering van verontreinigde bodem.
---
Deze kostenpost wordt in zijn geheel tot de milieukosten van eigen milieuactiviteiten gerekend omdat niet onderscheiden wordt welk deel hiervan uitbesteed wordt.
- Compartiment afval
- Milieuactiviteiten om afvalverontreiniging te voorkomen of te beperken.
Voorbeelden:
- Voorzieningen voor opslag, transport en behandeling van afval in eigen beheer, bijv. eigen containers en voertuigen;
- voorzieningen die afval sorteren, scheiden, comprimeren, composteren, vergisten;
- toepassing van duurdere (productie)processen en dergelijke.- Totaal kosten
- Kapitaallasten
- De (berekende) kapitaallasten worden gevormd door de afschrijvingskosten en rentekosten van de milieu-investeringen (totaal van bouwkundig deel en machines/apparatendeel van de toegevoegde en procesgeïntegreerde milieuvoorzieningen).
- Totaal kapitaallasten
- De totale (berekende) kapitaallasten van de milieu-investeringen over alle milieucompartimenten.
- Afschrijvingen
- De waardevermindering van duurzame productiemiddelen, zoals machines, gebouwen, vervoermiddelen en software, als gevolg van normale slijtage en voorzienbare economische veroudering.
---
De afschrijvingen op de milieu-investeringen worden door het CBS berekend op basis van de vervangingswaarde van de milieuvoorzieningen, met lineaire afschrijving over de economische levensduur.
Om de vervangingswaarde van de milieuvoorzieningen te berekenen uit de opgave tegen historische kostprijs, zijn de volgende prijsindexcijfers gebruikt:
- voor het bouwkundig deel: de prijsindexcijfers van nieuwbouwwoningen;
- voor machines en apparaten: de producentenprijsindexcijfers van de binnenlandse afzet voor de machine-industrie.
Als gemiddelde economische levensduur is verondersteld:
- 25 jaar voor het bouwkundig deel;
- 10 jaar voor machines en apparaten.
- Rente
- De rentekosten van de milieu-investeringen.
---
De rente op de milieu-investeringen wordt door het CBS berekend op basis van de vervangingswaarde van de milieuvoorzieningen, met de reële rente over het nog niet afgeschreven deel van de investeringen.
Aangezien de stijging van het prijsniveau reeds in de vervangingswaarde tot uiting komt, moet voor de berekening van de rente gebruik gemaakt worden van een "reëel" rentepercentage. Het "nominale" rentepercentage bevat immers een vergoeding voor opgetreden prijsstijgingen, zodat het gebruik van dit percentage zou leiden tot dubbel meenemen van de prijsstijging. Aangenomen is dat de reële rente 5% bedroeg.
- Lopende kosten
- De lopende kosten van milieu-investeringen worden berekend en bestaan uit personeelskosten voor bediening, onderhoud en toezicht, energiekosten, kosten van grond- en hulpstoffen en diensten door derden, met aftrekking van eventuele opbrengsten en besparingen.
Apart bijgeteld worden de (berekende) meerkosten voor zwavelarme brandstoffen.
- Compartiment geluid
- Milieuactiviteiten om geluidverontreiniging te voorkomen of te beperken.
Voorbeelden:
- omkasting of akoestische isolatie van machines en leidingen;
- dempers; geluidsschermen of -wallen;
- apparatuur voor geluidsmetingen;
- trillingdempende funderingen; geluidsarme branders op fakkels en dergelijke.- Totaal kosten
- Kapitaallasten
- De (berekende) kapitaallasten worden gevormd door de afschrijvingskosten en rentekosten van de milieu-investeringen (totaal van bouwkundig deel en machines/apparatendeel van de toegevoegde en procesgeïntegreerde milieuvoorzieningen).
- Totaal kapitaallasten
- De totale (berekende) kapitaallasten van de milieu-investeringen over alle milieucompartimenten.
- Afschrijvingen
- De waardevermindering van duurzame productiemiddelen, zoals machines, gebouwen, vervoermiddelen en software, als gevolg van normale slijtage en voorzienbare economische veroudering.
---
De afschrijvingen op de milieu-investeringen worden door het CBS berekend op basis van de vervangingswaarde van de milieuvoorzieningen, met lineaire afschrijving over de economische levensduur.
Om de vervangingswaarde van de milieuvoorzieningen te berekenen uit de opgave tegen historische kostprijs, zijn de volgende prijsindexcijfers gebruikt:
- voor het bouwkundig deel: de prijsindexcijfers van nieuwbouwwoningen;
- voor machines en apparaten: de producentenprijsindexcijfers van de binnenlandse afzet voor de machine-industrie.
Als gemiddelde economische levensduur is verondersteld:
- 25 jaar voor het bouwkundig deel;
- 10 jaar voor machines en apparaten.
- Rente
- De rentekosten van de milieu-investeringen.
---
De rente op de milieu-investeringen wordt door het CBS berekend op basis van de vervangingswaarde van de milieuvoorzieningen, met de reële rente over het nog niet afgeschreven deel van de investeringen.
Aangezien de stijging van het prijsniveau reeds in de vervangingswaarde tot uiting komt, moet voor de berekening van de rente gebruik gemaakt worden van een "reëel" rentepercentage. Het "nominale" rentepercentage bevat immers een vergoeding voor opgetreden prijsstijgingen, zodat het gebruik van dit percentage zou leiden tot dubbel meenemen van de prijsstijging. Aangenomen is dat de reële rente 5% bedroeg.
- Lopende kosten
- De lopende kosten van milieu-investeringen worden berekend en bestaan uit personeelskosten voor bediening, onderhoud en toezicht, energiekosten, kosten van grond- en hulpstoffen en diensten door derden, met aftrekking van eventuele opbrengsten en besparingen.
Apart bijgeteld worden de (berekende) meerkosten voor zwavelarme brandstoffen.
- Compartiment landschap
- Milieuactiviteiten ter voorkoming of beperking van aantasting van natuur en landschap.
Voorbeelden:
- groengordels en aarden wallen, vereist rond fabrieks- of industrieterrein;
- herinrichting van het landschap (bijvoorbeeld bij afgravingen);
- zichtbaar maken van hoogspanningslijnen ter voorkoming van vogelaanvaring;
- apparatuur voor lozings- en concentratiemetingen;
- het bij boren maken van een omweg naar een locatie door middel van schuinboren;
- maatregelen ter beperking van grondwatergebruik en dergelijke.- Totaal kosten
- De totale kosten van Milieuactiviteiten ter voorkoming of beperking van aantasting van natuur en landschap.
- Kapitaallasten
- De (berekende) kapitaallasten worden gevormd door de afschrijvingskosten en rentekosten van de milieu-investeringen (totaal van bouwkundig deel en machines/apparatendeel van de toegevoegde en procesgeïntegreerde milieuvoorzieningen).
- Totaal kapitaallasten
- De totale (berekende) kapitaallasten van de milieu-investeringen over alle milieucompartimenten.
- Afschrijvingen
- De waardevermindering van duurzame productiemiddelen, zoals machines, gebouwen, vervoermiddelen en software, als gevolg van normale slijtage en voorzienbare economische veroudering.
---
De afschrijvingen op de milieu-investeringen worden door het CBS berekend op basis van de vervangingswaarde van de milieuvoorzieningen, met lineaire afschrijving over de economische levensduur.
Om de vervangingswaarde van de milieuvoorzieningen te berekenen uit de opgave tegen historische kostprijs, zijn de volgende prijsindexcijfers gebruikt:
- voor het bouwkundig deel: de prijsindexcijfers van nieuwbouwwoningen;
- voor machines en apparaten: de producentenprijsindexcijfers van de binnenlandse afzet voor de machine-industrie.
Als gemiddelde economische levensduur is verondersteld:
- 25 jaar voor het bouwkundig deel;
- 10 jaar voor machines en apparaten.
- Rente
- De rentekosten van de milieu-investeringen.
---
De rente op de milieu-investeringen wordt door het CBS berekend op basis van de vervangingswaarde van de milieuvoorzieningen, met de reële rente over het nog niet afgeschreven deel van de investeringen.
Aangezien de stijging van het prijsniveau reeds in de vervangingswaarde tot uiting komt, moet voor de berekening van de rente gebruik gemaakt worden van een "reëel" rentepercentage. Het "nominale" rentepercentage bevat immers een vergoeding voor opgetreden prijsstijgingen, zodat het gebruik van dit percentage zou leiden tot dubbel meenemen van de prijsstijging. Aangenomen is dat de reële rente 5% bedroeg.
- Lopende kosten
- De lopende kosten van milieu-investeringen worden berekend en bestaan uit personeelskosten voor bediening, onderhoud en toezicht, energiekosten, kosten van grond- en hulpstoffen en diensten door derden, met aftrekking van eventuele opbrengsten en besparingen.
Apart bijgeteld worden de (berekende) meerkosten voor zwavelarme brandstoffen.
- Compartiment 'algemeen'
- Milieuactiviteiten om verontreiniging te voorkomen of te beperken die niet aan een compartiment kunnen worden toegerekend.
Voorbeelden:
- de kosten voor het eigen milieuonderzoek;
- kosten voor eigen milieucoördinatie.- Totaal kosten
- Eigen milieuonderzoek
- De kosten van onderzoek met eigen personeel naar mogelijkheden om de milieuverontreiniging, die ontstaat bij de eigen bedrijfsactiviteiten, te voorkomen of te verminderen.
---
Voor de bepaling van de kosten van eigen milieuonderzoek zijn naast de gegevens die uit de enquête zijn verkregen, ook gegevens gebruikt uit de CBS-enquête Research & Development.
- Eigen milieucoördinatie
- De kosten van eigen milieucoördinatie betreffen de volgende activiteiten (uitgevoerd door het eigen personeel dat hiervoor een speciale (deel)taak heeft):
- het coördineren van milieuactiviteiten;
- het opzetten en in stand houden van milieuzorgsystemen met inbegrip van de ontwikkeling van milieubeleid;
- de registratie van de milieubelasting van het eigen bedrijf;
- interne voorlichting en opleiding inzake milieuzorg, externe milieu-rapportage, overleg met de overheid en uitvoering van milieu-audits;
- het voorbereiden van milieuvergunningen.
---
De kosten van de eigen milieucoördinatie worden weergegeven als personeelskosten en als de hoeveelheid verrichte arbeid in mensjaren.- Personeelskosten
- De personeelskosten eigen milieucoördinatie bestaan uit de kosten voor betaalde lonen en de uitgaven voor sociale voorzieningen voor het eigen personeel dat (al of niet in deeltaak) belast is met milieucoördinatie.
- Arbeid eigen personeel
- De hoeveelheid arbeid die door eigen personeel besteed is aan milieucoördinatie, uitgedrukt in mensjaren.
---
Voor een mensjaar worden 50 effectieve arbeidsweken gerekend.
- Betaalde overdrachten
- Betaalde overdrachten zijn heffingen en betalingen voor uitbestede milieuactiviteiten. Hieronder vallen milieuheffingen en -leges, betalingen aan derden voor de afvoer van afvalstoffen en overige betalingen voor aan derden uitbestede milieuactiviteiten.
- Totaal milieucompartimenten
- Totaal betaalde overdrachten
- Het totaal aan betaalde overdrachten bestaat uit heffingen en betalingen voor uitbestede milieuactiviteiten. Hieronder vallen milieuheffingen en -leges, betalingen aan derden voor de afvoer van afvalstoffen en overige betalingen voor aan derden uitbestede milieuactiviteiten.
- Milieuheffingen en -leges
- Betaalde milieuheffingen en -leges bestaan uit de betalingen voor:
- de WVO-heffing;
- rioolrecht;
- de heffing grondwateronttrekking;
- leges voor milieuvergunningen.
---
Niet inbegrepen zijn de afvalstoffenheffing en het reinigingsrecht. Deze zijn meegenomen bij de betalingen aan derden voor de afvoer van afvalstoffen.- Totaal milieuheffingen en -leges
- WVO-heffing
- De betaalde waterverontreinigingsheffing in het kader van de WVO (Wet verontreiniging oppervlaktewateren) aan:
- waterschap of zuiveringsschap (het betreft geen waterschapslasten);
- aan Bureau Verontreinigingsheffing Rijkswateren.
- Rioolrecht
- De betaalde heffing voor rioolrecht aan de gemeente.
- Heffing grondwateronttrekking
- De betaalde heffing voor grondwateronttrekking aan de provincie
---
Niet meegeteld wordt de 'milieubelasting op grondwater' die door het Rijk wordt geheven.
- Leges milieuvergunningen
- Betaalde leges voor het verkrijgen of wijzigen van milieuvergunningen.
- Afvoer van afvalstoffen
- Betalingen aan derden voor de afvoer en/of verwerking van afvalstoffen:
- gevaarlijk afval;
- slib en mest;
- radioactief afval;
- overig afval (inclusief kantoor- en kantine-afval).
---
Inbegrepen zijn de afvalstoffenheffing en het reinigingsrecht. Niet meegenomen zijn de betalingen aan derden voor de afvoer van waterzuiveringsslib en afval afkomstig van luchtzuiveringsinstallaties.
Deze worden toegerekend aan de kosten van eigen milieuactiviteiten bij achtereenvolgens het compartiment water en lucht.
Eventuele opbrengsten voor verkocht afval (bijvoorbeeld oud papier of metaal) zijn niet in mindering gebracht.- Totaal afvoer van afvalstoffen
- Gevaarlijk afval
- Betalingen aan derden voor de afvoer en/of verwerking van gevaarlijk afval.
- Overig vast afval
- Betalingen aan derden voor de afvoer en/of verwerking van overig vast afval:
- slib en mest;
- radioactief afval;
- overig afval (inclusief kantoor- en kantine-afval).
- Uitbestede milieuactiviteiten
- Overige betalingen voor aan derden uitbestede milieuactiviteiten, zoals:
- betalingen voor waterzuivering door particulieren;
- schadebetalingen en milieuboeten;
- milieuonderzoek door derden;
- milieucoördinatie door derden.- Totaal uitbestede milieuactiviteiten
- Waterzuivering door particulieren
- Betalingen voor de afvoer van afvalwater aan particuliere bedrijven die beschikken over een zuiveringsinstallatie
---
Het betreft niet industriële reiniging.
- Schadebetalingen en milieuboeten
- Betaalde milieuboeten of schade-uitkeringen en betalingen aan derden in vverband met het herstel van veroorzaakte milieuschade.
---
Bij de bedrijfstak Delfstoffenwinning (SBI 06-09) bestaan deze betalingen vrijwel geheel uit ontgrondingsheffingen en leges betaald aan provincies.
- Milieuonderzoek door derden
- Betalingen aan derden voor het verrichten van milieuonderzoek om milieuverontreiniging, die ontstaan is bij de eigen bedrijfsactiviteiten van bedrijven, te voorkomen of te verminderen.
---
Buiten beschouwing blijft het onderzoek naar en de ontwikkeling en productie van milieuvriendelijke producten. Het gebruik van deze producten in productieprocessen is wel meegenomen.
- Milieucoördinatie door derden
- Betalingen aan derden voor het verrichten van activiteiten op het gebied van milieucoördinatie (uitgevoerd door bijvoorbeeld bedrijfsmilieudiensten of brancheorganisaties). Het gaat hierbij om de volgende activiteiten:
- het coördineren van milieuactiviteiten;
- het opzetten en in stand houden van milieuzorgsystemen met inbegrip van de ontwikkeling van milieubeleid;
- de registratie van de milieubelasting van het eigen bedrijf;
- interne voorlichting en opleiding inzake milieuzorg, externe milieu- rapportage, overleg met de overheid en uitvoering van milieu-audits;
- het voorbereiden van milieuvergunningen.
- Ontvangen overdrachten
- Door de overheid gesubsidieerde milieu-investeringen.
---
Deze subsidies verlagen de eigen investering en leiden dus tot lagere jaarlijkse kapitaallasten. De kapitaallasten die als gevolg van de ontvangen subsidies niet zijn opgetreden (de 'gesubsidieerde kapitaallasten') worden berekend en als ontvangen overdracht beschouwd.
Gegevens over de door bedrijven ontvangen subsidies zijn verkregen uit opgaven van de subsidieverlenende instanties.- Totaal milieucompartimenten
- Totaal ontvangen overdrachten
- Door de overheid gesubsidieerde milieu-investeringen.
---
Deze subsidies verlagen de eigen investering en leiden dus tot lagere jaarlijkse kapitaallasten. De kapitaallasten die als gevolg van de ontvangen subsidies niet zijn opgetreden (de 'gesubsidieerde kapitaallasten') worden berekend en als ontvangen overdracht beschouwd.
Gegevens over de door bedrijven ontvangen subsidies zijn verkregen uit opgaven van de subsidieverlenende instanties.
- Netto milieulasten
- De som van de jaarlijkse nettokosten van eigen milieumaatregelen, vermeerderd met betaalde heffingen, subsidies en betalingen voor milieudiensten, verminderd met de ontvangen heffingen, subsidies en ontvangsten voor milieudiensten.
---
De netto milieulasten geven de totale financiële lasten weer die het bedrijfsleven als gevolg van de zorg voor het milieu ondervindt.- Totaal milieucompartimenten
- Compartiment water
- Milieuactiviteiten om waterverontreiniging te voorkomen of te beperken en milieuactiviteiten die als doel hebben de reductie van (drink)waterverbruik.
Voorbeelden:
- afvalwaterzuiveringen;
- gescheiden rioleringsstelsels;
- apparatuur voor lozings- en concentratiemetingen.
- voorzieningen voor hergebruik koel- of spoelwater;
- gesloten koelwatercircuits;
- waterbesparende kranen.- Totaal
- Milieuactiviteiten om waterverontreiniging te voorkomen of te beperken en milieuactiviteiten die als doel hebben de reductie van (drink)waterverbruik.
Voorbeelden:
- afvalwaterzuiveringen;
- gescheiden rioleringsstelsels;
- apparatuur voor lozings- en concentratiemetingen.
- voorzieningen voor hergebruik koel- of spoelwater;
- gesloten koelwatercircuits;
- waterbesparende kranen.
- Compartiment lucht
- Milieuactiviteiten om luchtverontreiniging te voorkomen of te beperken en milieuactiviteiten die als doel hebben de reductie van energieverbruik en de opwekking van hernieuwbare energie.
Voorbeelden:
- installaties e.d. om afvalgassen te zuiveren, te beperken of te voorkomen;
- voorzieningen die zorgen voor een betere verspreiding van luchtverontreinigende stoffen in de atmosfeer (bijv. verhoging van bestaande schoorstenen);
- fakkelsystemen;
- apparatuur voor emissie-, stank- en concentratiemetingen buiten gebouwen;
- isolatie van gebouwen en installaties;
- installaties voor warmteterugwinning en dergelijke;
- warmtekrachtinstallaties, brandstofcellen, warmtepompen;
- zonnepanelen en –collectoren;
- windmolens;
- benutten van bodemenergie/warmte-koude opslag (WKO) of buitenluchtwarmte;
- installaties voor energie-opwekking uit biomassa en waterkracht.- Totaal
- Milieuactiviteiten om luchtverontreiniging te voorkomen of te beperken en milieuactiviteiten die als doel hebben de reductie van energieverbruik en de opwekking van hernieuwbare energie.
Voorbeelden:
- installaties e.d. om afvalgassen te zuiveren, te beperken of te voorkomen;
- voorzieningen die zorgen voor een betere verspreiding van luchtverontreinigende stoffen in de atmosfeer (bijv. verhoging van bestaande schoorstenen);
- fakkelsystemen;
- apparatuur voor emissie-, stank- en concentratiemetingen buiten gebouwen;
- isolatie van gebouwen en installaties;
- installaties voor warmteterugwinning en dergelijke;
- warmtekrachtinstallaties, brandstofcellen, warmtepompen;
- zonnepanelen en –collectoren;
- windmolens;
- benutten van bodemenergie/warmte-koude opslag (WKO) of buitenluchtwarmte;
- installaties voor energie-opwekking uit biomassa en waterkracht.
- Compartiment bodem
- Milieuactiviteiten om bodemverontreiniging te voorkomen of te beperken.
Voorbeelden:
- vloeistofdichte isolatie van bodem met opstaande randen of dijken, met bijbehorende drainagesystemen, pompen, leidingen en verzamelbekkens;
- voorzieningen voor opvang van mors- en lekverliezen;
- voorzieningen aan ondergrondse opslagvaten en leidingen;
- apparatuur voor emissie- en concentratiemetingen en dergelijke.
- Compartiment afval
- Milieuactiviteiten om afvalverontreiniging te voorkomen of te beperken.
Voorbeelden:
- Voorzieningen voor opslag, transport en behandeling van afval in eigen beheer, bijv. eigen containers en voertuigen;
- voorzieningen die afval sorteren, scheiden, comprimeren, composteren, vergisten;
- toepassing van duurdere (productie)processen en dergelijke.
- Compartiment geluid
- Milieuactiviteiten om geluidverontreiniging te voorkomen of te beperken.
Voorbeelden:
- omkasting of akoestische isolatie van machines en leidingen;
- dempers; geluidsschermen of -wallen;
- apparatuur voor geluidsmetingen;
- trillingdempende funderingen; geluidsarme branders op fakkels en dergelijke.
- Compartiment landschap
- Milieuactiviteiten ter voorkoming of beperking van aantasting van natuur en landschap.
Voorbeelden:
- groengordels en aarden wallen, vereist rond fabrieks- of industrieterrein;
- herinrichting van het landschap (bijvoorbeeld bij afgravingen);
- zichtbaar maken van hoogspanningslijnen ter voorkoming van vogelaanvaring;
- apparatuur voor lozings- en concentratiemetingen;
- het bij boren maken van een omweg naar een locatie door middel van schuinboren;
- maatregelen ter beperking van grondwatergebruik en dergelijke.
- Compartiment 'algemeen'
- Milieuactiviteiten om verontreiniging te voorkomen of te beperken die niet aan één compartiment kunnen worden toegerekend.
Voorbeelden:
- de kosten voor het eigen milieuonderzoek;
- kosten voor eigen milieucoördinatie.